Operation Manual
Table Of Contents
- Introductie
- HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
- Belangrijke opmerkingen
- Benamingen en functies
- Voordat u gaat spelen
- Spelen
- Spelen met een verscheidenheid aan geluiden
- De aanslaggevoeligheid van het toetsenbord aanpassen (Key Touch)
- Weerkaatsing aan de geluiden toevoegen (Reverb effect)
- De toonsoort van het toetsenbord veranderen (Transpose)
- Spelen met twee gestapelde Tones (Dual Play)
- Spelen met verschillende Tones in de linker en rechterkanten van het toetsenbord (Split)
- Spelen met de metronoom
- Een aftelling laten klinken om de timing accuraat te houden
- Songs afspelen
- Opnemen
- Uw uitvoering opslaan
- Verscheidene instellingen
- Basisbediening in de Functie modus
- Aan geluid gerelateerde instellingen
- Toetsenbord instellingen
- Pedal instellingen
- Instellingen voor stemming
- Instellingen voor piano geluiden
- Instelling voor de aftelling
- Instellingen voor het afspelen van een Song
- MIDI instellingen
- Overige instellingen
- De knoppen uitschakelen (Panel Lock)
- Andere apparaten aansluiten
- Probleemoplossing
- Storingsmeldingen
- Tone lijst
- Interne Song lijst
- Parameters die met Memory Backup worden opgeslagen opgeslagen
- MDI Implementatiekaart
- Hoofdspecificaties
- Index

36
Opnemen
15.
Als u nogmaals op de [ ] knop drukt, zal het
afspelen stoppen.
De opgenomen uitvoering zal verdwijnen als u
de stroom uitzet. Als u de door u opgenomen
uitvoering wilt behouden, moet deze in het
interne geheugen worden opgeslagen. Zie
‘Songs opslaan’ (p.38).
Als u de door u opgenomen uitvoering niet heeft
opgeslagen, kunt u geen andere Song afspelen.
U moet de uitvoering wissen (p.37) of opslaan
(p.38) voordat een andere Song afgespeeld kan
worden.
Hier wordt uitgelegd hoe u met een Song uit het interne
geheugen kunt meespelen en uw uitvoering kunt opnemen.
U kunt bijvoorbeeld naar het linkerhand gedeelte luisteren,
terwijl u het rechterhand gedeelte opneemt.
De uitvoering die u op het toetsenbord speelt wordt
opgenomen in plaats van het geluid van het gedeelte dat u
met gebruik van de track knoppen selecteert.
Het geluid van de track knop die u selecteert, zal
tijdens de opname niet hoorbaar zijn.
Instellingen voor uitvoering
1.
Selecteer een Song.
Voor details over het selecteren van een Song, kijkt u bij
‘Songs afspelen’ (p.29).
2. Selecteer de Tone die gespeeld moet worden
(p.21).
3. Specificeer het opname tempo (p.31).
De uitvoering wordt opgenomen op het tempo
van de Song die u tijdens de opname heeft
geselecteerd. Als u uw uitvoering samen met
een Song opneemt, wordt deze opgenomen in
de maatsoort van die Song.
Instellingen voor opnemen
4.
Druk op de [ ] knop.
5. Houd de [ ] knop ingedrukt en druk op de knop
van de track die u wilt opnemen, zodat deze
knippert.
Op deze manier kunt u opnemen, terwijl u de
geselecteerde Song beluistert.
De [ ] knop is verlicht, de [ ] knop knippert en
de F-110 zal in de Standby voor opname modus
worden geplaatst.
Indien u besluit niet op ten nemen, drukt u nogmaals op
de [ ] knop.
Hoe uitvoeringsgedeeltes met track knoppen
corresponderen
Beginnen met opnemen
6.
Druk op de [ ] knop.
Na een aftelling van twee maten zal de opname
beginnen.
Zelfs als u niet op de [ ] knop drukt, zal de
opname beginnen als u het toetsenbord bespeelt. In dit
geval wordt er geen aftelling gespeeld.
Als de opname begint, zijn de [ ] knop en de
[ ] knop verlicht.
Tijdens de aftelling wordt het maatnummer als ‘-
2’ en dan ‘-1’ in het scherm weergegeven.
De opname stoppen
7.
Druk op de [ ] knop.
De opname zal stoppen. U kunt ook op de [ ] knop
drukken om de opname te stoppen.
Uw spel samen met een Song
opnemen
NOTE
NOTE
NOTE
Knop Uitvoeringsgedeelte
[E. Piano]
Andere uitvoeringsdata dan het rechterhand
gedeelte en het linkerhand gedeelte.
[Strings] Linkerhand gedeelte
[Others] Rechterhand gedeelte