Operation Manual
Table Of Contents
- Introductie
- HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
- Belangrijke opmerkingen
- Benamingen en functies
- Voordat u gaat spelen
- Spelen
- Spelen met een verscheidenheid aan geluiden
- De aanslaggevoeligheid van het toetsenbord aanpassen (Key Touch)
- Weerkaatsing aan de geluiden toevoegen (Reverb effect)
- De toonsoort van het toetsenbord veranderen (Transpose)
- Spelen met twee gestapelde Tones (Dual Play)
- Spelen met verschillende Tones in de linker en rechterkanten van het toetsenbord (Split)
- Spelen met de metronoom
- Een aftelling laten klinken om de timing accuraat te houden
- Songs afspelen
- Opnemen
- Uw uitvoering opslaan
- Verscheidene instellingen
- Basisbediening in de Functie modus
- Aan geluid gerelateerde instellingen
- Toetsenbord instellingen
- Pedal instellingen
- Instellingen voor stemming
- Instellingen voor piano geluiden
- Instelling voor de aftelling
- Instellingen voor het afspelen van een Song
- MIDI instellingen
- Overige instellingen
- De knoppen uitschakelen (Panel Lock)
- Andere apparaten aansluiten
- Probleemoplossing
- Storingsmeldingen
- Tone lijst
- Interne Song lijst
- Parameters die met Memory Backup worden opgeslagen opgeslagen
- MDI Implementatiekaart
- Hoofdspecificaties
- Index

43
Verscheidene instellingen
3D Sound Control uitschakelen
1. Herhaal stappen 1-3 hierboven, maar selecteer
deze keer ‘OFF’.
2. Druk op de [Reverb] of [Transpose] knop om de
Functie modus te verlaten.
Dit specificeert de manier waarop 3D Sound Control (p.42)
toegepast zal worden.
1. Houd de [Reverb] knop ingedrukt, en druk op de
[Transpose] knop.
‘Fnc’ wordt in het scherm weergegeven, en u bevindt
zich in de Functie modus.
2. Druk op de [E. Piano] knop en houd deze
ingedrukt, en gebruik de [+] of [-] knop om ‘3dM’
te selecteren.
3. Laat de [E. Piano] knop los om de huidige instelling
te bekijken.
4. Gebruik de [-] [+] knoppen om de instelling te
veranderen.
5. Druk op de [Reverb] of [Transpose] knop om de
Functie modus te verlaten.
Indien nodig, kunt u het niveau van de lage, medium en hoge
frequenties binnen een reeks van –12 tot +12 dB verhogen of
verlagen.
1. Houd de [Reverb] knop ingedrukt, en druk op de
[Transpose] knop.
‘Fnc’ wordt in het scherm weergegeven, en u bevindt
zich in de Functie modus.
2. Druk op de [E. Piano] knop en houd deze
ingedrukt, en gebruik de [+] of [-] knop om één van
de volgende opties te selecteren:
3. Laat de [E. Piano] knop los om de huidige instelling
te bekijken.
4. Gebruik de [-] [+] knoppen om de instelling te
veranderen.
U kunt een waarde tussen ‘-12’ en ‘12’ dB selecteren.
Negatieve waardes verlagen het niveau van de
betreffende frequentieband, terwijl positieve waardes
deze omhoogduwen.
5. Druk op de [Reverb] of [Transpose] knop om de
Functie modus te verlaten.
Met deze parameter kunt u een aanmerkelijk gereduceerd of
toegenomen niveau, als resultaat van de EQ instellingen die u
gebruikt, compenseren. Het is waarschijnlijk niet nodig om
deze waarde te veranderen als u de ‘EqL’, ‘EqM’ en ‘EqH
instellingen niet verandert.
Bovendien, als u de F-110 via een aangesloten extern systeem
speelt, kunnen er gevallen zijn waarbij het volume van het
externe systeem te laag is, zelfs als het volume van de F-110
op maximaal is ingesteld. In dit soort gevallen kunt u de
Master Gain als volgt aanpassen.
Het aanpassen van de Master gain is ook van invloed op het
volume van de interne luidsprekers en koptelefoon.
Het geluid kan vervormen als het volume overmatig
wordt verhoogd.
De manier waarop Grand Space wordt
toegepast veranderen (3D Modus)
Instelling Uitleg
Auto
Wanneer een koptelefoon is aangesloten,
wordt het effect geoptimaliseerd voor een
koptelefoon, en als er geen koptelefoon is
aangesloten, wordt het optimale effect voor
luidsprekers toegepast.
Speaker
De optimale diepte voor luidsprekers wordt
gebruikt, ongeacht of een koptelefoon al dan
niet is aangesloten.
Grand Space wordt ook op de geluidsuitvoer
van de Output aansluitingen toegepast,
hetgeen dit gemakkelijk maakt als u via de
luidsprekers, die op de Output aansluiting zijn
aangesloten, wilt spelen.
Headphones
De optimale diepte voor een koptelefoon
wordt gebruikt, ongeacht of een koptelefoon
al dan niet is aangesloten
De frequentie respons van de F-110
veranderen (Equalizer)
Niveau van de lage frequenties (bas).
–12 ~ 12
Niveau van de middenfrequenties.
–12 ~ 12
Niveau van de hoge frequenties (treble).
–12 ~ 12
Het volume aanpassen (Master Gain)
NOTE