Operation Manual

11
Paneelbeschrijvingen
fig.Front
D BEAM
Schakelt de D Beam functie aan/uit. U kunt een allerlei effecten
toepassen door simpelweg uw hand te bewegen (p. 69).
[SOLO SYNTH]
Bespeel de JUNO-G als een mono synthesizer (p. 70).
[ACTIVE EXPRESS]
Bespeel de JUNO-G met actieve expressie (p. 71).
[ASSIGNABLE]
U kunt een verscheidenheid aan parameters en functies aan de D
Beam toewijzen om het geluid in realtime te bewerken (p. 71).
* Druk op een van de corresponderende knoppen, terwijl u [SHIFT]
ingedrukt houdt om naar het D Beam instellingen scherm te gaan.
VOLUME knop
Stelt het algemene volume van de OUTPUT A (MIX) jacks en de
PHONES jack op het achterpaneel bij (p. 15).
[V-LINK]
Schakelt de V-LINK functie aan/uit (p. 172).
Druk op deze knop om in het V-LINK instellingen scherm te komen.
MODE
[Patch]
Ga naar Patch Mode (p. 25).
[PERFORM]
Bekijk het Play scherm van de Performance Mode (p. 58).
[LIVE SETTING]
Bekijk het LIVE SETTING scherm (p. 83).
[USB]
Ga naar het USB functie selectie scherm (p. 167).
[PART MIXER]
Bekijk het Mixer scherm van de Performance Mode (p. 58).
[AUDITION]
Houd deze knop om het geselecteerde geluid te beluisteren (p. 28).
[TRANSPOSE]
Door op [+] [-] te drukken, terwijl u [TRANSPOSE] ingedrukt houdt,
kunt u het bereik van het keyboard in stappen van een halve toon (p.
29) verhogen of verlagen.
OCTAVE [UP] [DOWN]
Verandert de toonhoogte van het keyboard in stappen van 1 octaaf
(p. 28).
EDIT
[Patch]
Maak Patch-gerelateerde instellingen (p. 30).
[EFFECTS]
Maak effect-gerelateerde instellingen (p. 125).
[MENU]
Opent het MENU. De inhoud van het menu hangt af van de huidige
Mode.
[SONG]
Druk op deze knop om de hele song of om MIDI tracks te bewerken.
U drukt ook op deze knop om te wisselen tussen het Song Edit
scherm en het Song List scherm (p. 84, p. 87, p. 94).
[AUDIO]
Deze knop brengt u naar het Sample Edit scherm. U drukt ook op
deze knop om te wisselen tussen het Sample Edit scherm en het
Sample List scherm (p. 117).
[WRITE]
Sla bewerkte instellingen op in het interne geheugen of op een
geheugenkaart (p. 32, p. 51, p. 63, p. 76, p. 78, p. 124).
[ARPEGGIO]
Schakelt de ARPEGGIO aan/uit. Bij inschakeling verschijnt het
arpeggio instellingen scherm (p. 73).
[CHORD MEMORY]
Schakelt het CHORD MEMORY aan/uit. Het Chord Memory
instellingen scherm verschijnt, wanneer u dit inschakelt (p. 77).
Display
Dit geeft informatie weer over de bewerking, die u aan het uitvoeren
bent.
[RHYTHM PATTERN]
Met deze knop gaat u naar het Ritme patroon playback scherm (p. 79).
Voorpaneel
1
2
3 4
5 6 7
8 9
10
1
2
3
4
6