Operation Manual
88
Een song opnemen (MIDI track)
Voordat u een nieuwe song opneemt moet u de maatsoort instellen.
Een maatsoort van 4/4 wordt echter automatisch ingesteld, wanneer
u de Song Initialize bewerking uitvoert of, wanneer het apparaat
aangezet wordt, dus dient u deze instelling alleen te maken,
wanneer u een nieuwe song met een andere maatsoort wilt
opnemen.
1. Druk op EDIT [SONG] om naar het MIDI TRACK scherm te
gaan.
2. Druk op [F3 (MICRO)].
Het MICROSCOPE scherm verschijnt.
3. Druk op [F5 (CH/PART)].
Het Ch/Part Select venster verschijnt.
4. Druk op [F5 (BEAT)] (beat track).
5. Druk op [F6 (CLOsE)].
Het MICROSCOPE scherm voor de BEAT track verschijnt.
6. Druk op [ ][ ] om de cursor naar ‘Beat Change Numerator’
of ‘Beat Change Denominator’ te bewegen.
7. Gebruik de VALUE draaiknop of [INC][DEC] om de
maatsoort in te stellen.
Zie als u de maatsoort halverwege de song wilt veranderen De
maatsoort halverwege de song veranderen (p. 103).
8. Druk op [EXIT] om naar het vorige scherm terug te keren.
Stel het tempo in, waarop de song opgenomen moet worden.
1. Druk op [TEMPO].
Het Tempo venster verschijnt.
2. Gebruik de VALUE draaiknop of [INC][DEC] om het
afspeeltempo in te stellen.
• Als u op [F5 (CLICK)] drukt om een vinkje (
✔
) toe te voegen,
klinkt er op het ingestelde tempo een klik.
• Door op [F4 (TAP)] te drukken kunt u het tempo instellen op de
timing, waarmee u op de knop drukt (Tap Tempo). Druk drie of
meer keer op de knop, op kwart-noot intervallen van het
gewenste tempo.
3. Wanneer u klaar bent met het maken van instellingen, drukt
u op [F6 (CLOSE)].
Zie als u de maatsoort halverwege de song wilt veranderen De
maatsoort halverwege de song veranderen (p. 103).
4. Druk op [EXIT] om naar het vorige scherm terug te keren.
Realtime recording is de opnamemethode, waarin uw keyboardspel
en controllerbewerkingen precies zo opgenomen worden als u ze
speelt. Gebruik deze opnamemethode, wanneer u de nuances van
uw Performance wilt vastleggen.
1. Controleer dat de voorbereidingen voor opnemen gemaakt
zijn, beschreven in ‘Voordat u een nieuwe MIDI track
opneemt’ (p. 87).
Als u naar een bestande song wilt opnemen, laadt u de
gewenste song naar Temporary Song (p. 115). Druk dan op
SONG RECORDER [BWD] of [FWD] om de maat te bepalen
waarop u wilt beginnen met opnemen. De maat waarop het
opnemen begint, krijgt een ‘M=’ indicatie, rechtsboven in elk
PLAY scherm.
2. Druk op SONG RECORDER [REC].
De [REC] indicator zal knipperen, en het MIDI Rec Standby
(Real Time) venster verschijnt.
3. Stel als basisinstellingen de volgende twee parameters in.
Gebruik [ ][ ][ ][ ] om de cursor naar elke parameter te
bewegen, en gebruik de VALUE draaiknop of [INC][DEC] om
de instelling te maken.
De maatsoort instellen
Het tempo instellen
Uw Performance opnemen,
zoals u hem speelt (Realtime
Recording)
Basisbewerkingen voor realtime
recording
Parameter Uitleg
Rec Mode Selecteer, hoe het opnemen plaatsvindt.
MIX:
Mix-recording wordt uitgevoerd. Normaal neemt u met
deze methode op. Als een Performance al op de opname-be-
stemming track opgenomen is, wordt uw nieuw opgenomen
Performance aan de bestaande Performance toegevoegd,
zonder dat deze wordt gewist. Door dit in combinatie met
Loop-recording te gebruiken kunt u herhaaldelijk over een
bepaald gedeelte opnemen zonder de eerder opgenomen
Performance te wissen. Dit is bijvoorbeeld een gemakkelijke
manier om een drumperformance met een instrument per
keer op te nemen: bass drum -> snare drum -> hi-hat, etc.
REPLACE:
Replace-recording wordt uitgevoerd. Als een Performance
al op de opname-bestemming track is opgenomen, wordt
het gewist, als u uw nieuwe Performance opneemt. Gebruik
dit als u opnieuw wilt opnemen.
* Omdat systeemexclusieve opdrachten niet gewist worden,
dient u deze data vooraf te wissen (p. 100).