Operation Manual

91
Een song opnemen (MIDI track)
Rate:
Wanneer u realtime recording gebruikt, wordt normaliter al uw
sequencer data opgenomen. Als u het opnemen van een specifiek
soort data wilt vermijden, kunt u de Recording Select instelling
ervan op ‘OFF’ zetten.
1. Druk op [REC].
2. Druk op [F5 (REC SELECT)].
Het Recording Select venster verschijnt.
3. Druk op [ ][ ][ ][ ] om de sequencerdata (MIDI
boodschappen) te selecteren, die opgenomen zullen
worden.
4. Gebruik de VALUE draaiknop of [INC][DEC] om een vinkje
(
) toe te voegen.
De opdracht wordt opgenomen, als u een vinkje () toevoegt,
en wordt niet opgenomen, als u het vinkje weghaalt.
[F4 (ALL ON)]: Alle sequencerdata wordt opgenomen.
[F5 (ALL OFF)]: Er wordt geen sequencerdata opgenomen.
5. Druk op [F6 (CLOSE)] om het Recording Select venster te
sluiten.
Realtime Erase is een functie, die ongewenste data tijdens het
realtime opnemen, wist. Dit is handig tijdens loop opnemen, omdat
u data kunt wissen, zonder te stoppen met opnemen.
* Realtime Erase kan alleen gebruikt worden, als de Recording Mode op
‘MIX’ staat.
1. Begin realtime recording (p. 88).
Het Realtime Rec Control venster verschijnt.
2. Druk op [F4 (ERASE)].
Het Realtime Erase venster verschijnt.
3. Wis ongewenste data.
Om alle data te wissen, drukt u op [F5 (ALL NOTE)]. Data
wordt gewist, zolang u de knop ingedrukt houdt.
Om noten van een specifieke toets te wissen, houdt u die knop
ingedrukt. Data voor, die noot wordt gewist, zolang u de toets
ingedrukt houdt.
Om noten van een specifiek toetsbereik te wissen, houdt u de
bovenste en onderste toetsen van dat bereik ingedrukt. Data
voor dat bereik wordt gewist, zolang u de toetsen ingedrukt
houdt.
4. Druk op [F6 (CLOSE)] om het Realtime Erase venster te
sluiten.
U keert terug naar de normale opnamestatus.
Wanneer u in realtime arpeggio’s opneemt, kunt u de arpeggio met
de start/stop timing van de song recorder synchroniseren.
Zie voor meer informatie Arp/Ritme Sync Switch (p. 162).
De sequencerdata selecteren, die
opgenomen gaat worden
(Recording Select)
MIDI Message Uitleg
Note Noten.
Control Chan-
ge
Past effecten, zoals modulatie of expressie toe.
Program
Change
Selecteert geluiden.
System Ex Wordt gebruikt om instellingen uniek voor de JUNO-G
te maken, zoals geluidsparameters.
Channel After Aftertouch op een heel MIDI kanaal toepassen.
Poly After Aftertouch op individuele toetsen toepassen.
Pitch Bend De toonhoogte veranderen.
Oorspronkelijke
performancedata
Rate= 25%
Rate= 50%
Rate= 75%
Rate=100%
Up
beat
Up
beat
Up
beat
Up
beat
Ongewenste data wissen, terwijl u
opneemt (Realtime Erase)
Arpeggios opnemen, die met de
maat van de song recorder
uitgelijnd zijn