Operation Manual
100
Probleemoplossing
Probleem Onderdelen die u kunt controleren Actie Page
Algemene problemen
Stroom wordt niet
aangezet
Zijn de meegeleverde adapter en het netsnoer op juiste wijze
op het stopcontact en op de JUPITER-50 aangesloten?
Controleer of het netsnoer correct is aangesloten.
Gebruik geen andere adapter en geen ander netsnoer dan de
meegeleverde items.
Dit kan tot storingen leiden.
p. 29
Geen geluid
Zijn de aangesloten versterker of luidsprekers aangezet? Zet de stroom van de aangesloten versterker of luidsprekers aan.
p. 31
Is het volume van een aangesloten apparaat verlaagd? Pas het volume van de aangesloten apparatuur aan.
Kan het zijn dat de [VOLUME] knop op het minimale niveau is
ingesteld?
Pas de [VOLUME] knop aan.
Zijn de versterker, luidsprekers, koptelefoon enz. op juiste wijze
aangesloten?
Sluit de versterker, luidsprekers en koptelefoon correct aan. p. 28
Kunt u een koptelefoon aansluiten en is er geluid hoorbaar via
de koptelefoon?
Als u geluid door de koptelefoon hoort, kan het zijn dat er een
gebroken aansluitkabel is of dat de versterker of mengpaneel
defect zijn. Controleer nogmaals de aansluitkabels en apparatuur.
p. 28
Gebruikt u een aansluitkabel die een weerstand bevat? Gebruik een aansluitkabel die geen weerstand bevat. —
Problemen met het geluid van de synthesizer
Geen geluid
Als er geen geluid wordt geproduceerd als u het klavier
bespeelt, kan het zijn dat de Local schakelaar is uitgezet?
Zet de Local Switch instelling aan.
p. 75,
p. 86
Is de niveau-instelling te laag?
Controleer het niveau van de registratie, het niveau van het Part
en het niveau van de Live Set Layer.
p. 42,
p. 58
Zijn de eectinstellingen correct?
Controleer de aan/uit instellingen van het eect. Controleer ook
instellingen zoals de eectniveaus.
p. 59
Is het volume verlaagd door een pedaalhandeling, een D-BEAM
controller handeling of een MIDI-boodschap (volume of
expressie) die van een extern MIDI-apparaat is ontvangen?
Druk het pedaal in, beweeg uw hand boven de D-BEAM controller
en controleer instellingen van de andere controllers.
p. 51,
p. 52
Zijn de PART ON/OFF knoppen uitgezet? Zet de PART ON/OFF knoppen aan. p. 42
Geen geluid van een
specieke reeks toetsen
Is er een toetsenreeks ingesteld?
Als u geen geluid van een specieke reeks toetsen hoort,
controleer dan de Key Range instellingen.
p. 54,
p. 57
Geluid is vervormd
Past u een eect toe dat het geluid opzettelijk vervormt?
Als het geluid van een speciek Part of Live Set Layer vervormd is,
verlaagt u het volume van dat Part of die Live Set Layer.
p. 42,
p. 58
Is de [VOLUME] knop te hoog ingesteld? Als het algehele geluid vervormd is, verlaagt u de [VOLUME] knop. p. 26
Is de Output Gain overmatig verhoogd? Controleer de systeeminstelling ‘SOUND’. p. 75
Toonhoogte is verkeerd
Is de stemming van de JUPITER-50 onjuist? Controleer de systeeminstelling ‘Master Tune’. p. 75
Is de toonhoogte veranderd door een pedaal handeling of door
een Pitch Bend boodschap die van een extern MIDI-apparaat is
ontvangen?
Controleer het pedaal en de Pitch Bender.
p. 51,
p. 52
Zijn de Coarse Tune of Fine Tune parameters ingesteld? Controleer de Coarse Tune en Fine Tune instellingen. —
Noten worden afgebroken
Noten worden onderbroken als meer dan 128 noten gelijktijdig
klinken.
Reduceer het aantal Layers in de Live Set die u gebruikt. Verhoog
de Voice Reserve instelling voor Layers waarin noten niet mogen
uitvallen.
p. 58
Noten blijven klinken als u
op het klavier speelt
Is de polariteit van het Hold pedaal omgekeerd? Controleer de systeeminstelling ‘Hold Pedal Polarity’. p. 76
Er is nog steeds geluid
van de tegenovergestelde
kant hoorbaar, zelfs als het
helemaal naar één kant is
gepanned
Worden er eecten toegepast?
Aangezien de interne eecten van de JUPITER-50 stereo zijn,
kan eectgeluid, als een Insert eect wordt toegepast, van de
tegenovergestelde kant te horen zijn, zelfs als het brongeluid
helemaal naar één kant is gepanned.
—
Noten die in een hoog
register worden gespeeld,
klinken gek
Als u hoge noten speelt op de JUPITER-50, kunnen er noten
zijn die niet klinken, waarvan de toonhoogte daalt of stijgt of
een ruis die verandert, afhankelijk van de noot die u speelt (een
huilend, tsjirpend, suizend, piepend, enz. geluid).
Dit komt gewoonlijk doordat u de hoogte noot die de JUPITER-50
kan produceren heeft overschreden, en gebeurt niet met de noten
die u normaalgesproken gebruikt. Dit duidt niet op een storing.
—
Als het tempo wordt
verandert, is dit niet op
het Arpeggio tempo of de
Delay tijd van invloed
Kan het zijn dat de systeeminstelling ‘USB Song Sync Mode’ op
‘SLAVE’ is ingesteld?
Als ‘Sync Mode’ op ‘SLAVE’ is ingesteld, verandert u het tempo van
het externe apparaat dat MIDI Clock data verzendt.
p. 77