Operation Manual

12
Paneelbeschrijvingen
* De afbeeldingen van het paneel, die in deze handleiding staan, zijn van de KR-17
1. [Power] schakelaar
Wordt ingedrukt om de spanning in- en uit te schakelen (pag.
21).
* De [Power]-schakelaar van de KR-15 bevindt zich links van het
klavier.
2. [Volume]-knop
Regelt het totale volume (pag. 22).
3. [Brilliance]-knop
Regelt de helderheid van het geluid (pag. 22).
4. [Wonderland/Game]-knop
Hier kunt u spelenderwijs iets over instrumenten leren.
Zie Snelle start
Balans
5. [Part Balance]-knop
Regelt het relatieve volumeniveau van elke partij van de
uitvoering (pag. 75).
6. [Balance]-knop
Verandert de volumebalans tussen pianospel en begeleiding
(pag. 75).
7. [User Program]-knop
Slaat de geselecteerde functies en standen van de knoppen op
(pag. 122).
DSP
8. [Reverb]-knop
Voegt galm aan het geluid toe (pag. 33).
9. [Surround]-knop
Geeft driedimensionaal ruimtelijk effect aan de begeleiding
(pag. 38).
10. [Equalizer]-knop
Maakt het mogelijk om de kwaliteit van de geluidssoorten met
de equalizer te wijzigen (pag. 40).
11. [Style Orchestrator]-knop
Wordt gebruikt om het arrangementstype van de automatische
begeleiding te regelen m.b.v. de uitvoeringsknoppen (pag. 70).
12. [Phrase]-knop
Wordt gebruikt om een korte frase te spelen m.b.v. de
uitvoeringsknoppen (pag. 71).
13. [User Function]-knop
Wordt gebruikt om een veelheid aan functies aan de
uitvoeringsknoppen toe te kennen (pag. 157).
Uitvoeringsknoppen
14. [1]-[4]-knoppen
De werking van deze knoppen verandert afhankelijk van de
knoppen met de nummers 11-13.
15. Muziekstijlknoppen
Hier wordt een muziekstijl geselecteerd voor de automatische
begeleiding (pag. 62).
Wanneer u op de [User]-knop drukt, kunt u een Gebruikersstijl
kiezen die u zelf heeft gemaakt, of een Muziekstijl van
floppydisk kiezen (pag. 63.
16. Fill In-knoppen
Voegen een invoegdeel tussen in een automatische begeleiding
en veranderen het begeleidingspatroon (pag. 69).
[To Variation]-knop
[To Original]-knop
17. [Intro/Ending]-knop
Speel een intro of einde tijdens de automatische begeleiding
(pag. 66).
18. [Start/Stop]-knop
Start en stopt de automatische begeleiding (pag. 66).
Ritmehulp
19. [Metronoom]-knop
Activeert de ingebouwde metronoom (pag. 52).
U kunt de instelling van het maatgeluid veranderen (pag. 160).
20. Maatlampje
Dit lampje knippert op de maat van de geselecteerde song of
begeleiding.
21. [Rhythm]-knop
Speelt het ritmepatroon (pag. 56).
22. Tempoknoppen [-] en [+]
Power
2 3 6 72317 1814
4
1 5 11 1213 159 108 19 2120
16 22