Operation Manual

154
Hoofdstuk 9 Diverse instellingen
Hoofdstuk 9
Veranderen hoe snel klanken worden
geproduceerd in verhouding tot de
kracht waarmee de toetsen worden
aangeslagen (‘Hammer Response’)
U kunt de timing waarmee klanken worden geproduceerd in
verhouding tot de kracht die gebruikt wordt om toetsen aan te
slaan regelen. Deze functie heet ‘Hammer Response’ (Hamer-
reactie).
Wanneer op een akoestische piano een toets wordt aangeslagen,
laat die een hamertje bewegen dat een snaar raakt, waardoor een
klank wordt geproduceerd.
De hamertjes bewegen langzamer wanneer de toetsen licht wor-
den aangeslagen, wat inhoudt dat klanken net iets later worden
geproduceerd dan wanneer u het klavier krachtiger bespeelt.
Wanneer de Hamerreactie-functie ingeschakeld is, varieert het
interval tussen het moment waarop een toets wordt aangeslagen
en het moment waarop een klank wordt geproduceerd al naar
gelang de kracht waarmee de toets wordt aangeslagen.
Hoe lichter de toets wordt aangeslagen, hoe meer vertraging
optreedt tot het moment van de klank.
Raak <Hammer Response> aan bij Stap 3 van ‘Procedure’ op
pag. 152.
fig.d-p-hmreso.eps_50
Raak <ON> aan om de Hamerreactie-functie in te schakelen.
Raak de schuif op het scherm aan om de tijd tussen het aanslaan
van de toets en het klinken van de toon te regelen.
Hoe verder de schuif naar ‘Slow’ wordt verplaatst, hoe langer
het duurt voordat de toon klinkt wanneer de toetsen licht wor-
den aangeslagen. En omgekeerd klinken tonen sneller wanneer
de toetsen krachtiger worden aangeslagen.
Raak <OFF> aan om het effect uit te schakelen.
De resonantieklanken regelen
(‘String Resonance’)
Wanneer op een akoestische piano de toetsen worden aangesla-
gen, trillen (‘zingen’) de snaren van toetsen die al zijn aangesla-
gen ook mee. De functie die deze resonantie weergeeft, heet
‘String Resonance’(Snaarresonantie).
Raak bij Stap 3 in ‘Procedure’ op pag. 152 <String Resonance>
aan.
fig.d-p-streso.eps_50
Raak <ON> aan om de Snaarresonantie-functie in te schakelen.
Raak de schuif op het scherm aan om de hoeveelheid effect die
wordt toegepast te regelen.
Wanneer u de schuif naar ‘Max’ verschuift, wordt de toegepaste
mate van resonantie vergroot. Wanneer u de schuif naar ‘Min’
verschuift, wordt de toegepaste mate van het effect verkleind.
Raak <OFF> aan om het effect uit te schakelen.