Operation Manual

78
Hoofdstuk 3 Het afspelen van songs
Hoofstuk 3
Wanneer u < > aanraakt, worden songs die zijn geselecteerd uit alle
voorgeprogrammeerde songs in willekeurige volgorde afgespeeld.
Wanneer u < > aanraakt, worden alle songs in het genre dat u heeft geselecteerd op
volgorde afgespeeld, te beginnen bij de geselecteerde song. Wanneer de laatste song
afgelopen is, wordt weer bij de eerste song begonnen.
< >: Informatie van de geselecteerde song komt op het scherm.
< >: De geselecteerde song wordt afgespeeld. Dit verandert in < >, terwijl de
song wordt afgespeeld; het afspelen stopt wanneer u < > aanraakt.
<><>: Het songgenre verandert.
2. Raak de naam van de song die u wilt afspelen aan.
De naam van de geselecteerde song verschijnt bij ‘0:’.
U kunt de knoppen [-] en [+] en de afstemknop gebruiken om songs te selecteren.
Afspelen
3. Druk op de knop [ (Play/Stop)].
Het lampje bij de knop gaat branden en de song begint te spelen.
De song stoppen
4. Druk nogmaals op de knop [ (Play/Stop)].
Het lampje bij de knop gaat uit en de song stopt.
Wanneer de song afgelopen is, stopt het afspelen automatisch.
Druk op de [ (Reset)]-knop om terug te gaan naar het begin van de song..
Indien er opgenomen songge-
gevens zijn, verschijnt het
scherm ‘Delete song’ (Song
verwijderen).
Indien u de song wilt verwij-
deren, raak dan <OK> aan.
Indien u de song niet wilt ver-
wijderen, raak dan <Cancel>
aan en sla de song op een flop-
pydisk (pag. 116) op, of voeg
de song toe aan uw Favorieten
(pag. 80).
NOTE
Wanneer u songs begint af te
spelen, verschijnt het maat-
nummer in omgekeerde kleu-
ren op het Basisscherm. De
gegevens van de uitvoering
worden geladen, terwijl de
indicator oplicht; wacht alstu-
b
lieft een ogenblik totdat het
laden voltooid is.
Songnummer <0>
In het Songselectiescherm ver-
schijnt de titel van de op dat
moment geselecteerde song bij
‘0’.
Songnummer ‘0’ wordt bij alle
genres gebruikt. Opgenomen
uitvoeringen worden ook
onder ‘0’ bewaard. De song
onder songnummer ‘0’ wordt
gewist wanneer de spanning
van het instrument wordt uit-
geschakeld.
NOTE
Wanneer u merktekens
gebruikt om een te herhalen
deel aan te geven (pag. 102),
kunt u alleen in het gebied tus-
sen Merkteken A en Merkte-
ken B heen en weer spoelen.
Opname- en afspeelknoppen
fig.composer.e
Spoorknoppen:
Iedere partij van de song die wordt afgespeeld, wordt aan een spoorknop toegekend. Gebruik
deze knoppen om de partijen van de uitvoering te selecteren, die worden gedempt of worden
afgespeeld. Zie pag. 99 voor uitgebreidere informatie hierover.
[ (Reset)]-knop: Gaat terug naar het begin van de song.
[ (Play/Stop)]: Speelt de song af, of als die al wordt afgespeeld, wordt de song gestopt.
[ (Rec)]-knop: Neemt de uitvoering op. Zie pag. 105 voor uitgebreidere informatie
hierover.
[ (Bwd)]-knop: Zet de afspeelpositie van de song telkens wanneer de knop wordt
ingedrukt één maat terug. Wanneer de knop ingeduwd gehouden wordt, spoelt de song aan
één stuk door terug.
[ (Fwd)]-knop: Zet de afspeelpositie van de song telkens wanneer de knop wordt
ingedrukt één maat vooruit. Wanneer de knop ingeduwd gehouden wordt, spoelt de song aan
één stuk door vooruit.
Wanneer u de [ (Play/Stop)]-knop ingeduwd houdt en de [ (Fwd)]-knop indrukt,
gaat het apparaat naar het einde van de song.