Operation Manual
119
Hoofdstuk 6 Songs creëren en bewerken
Hoofdstuk 6
geheugen (KR-7) worden opgeslagen.
Als u een song na het veranderen van de instellingen
van individuele parts niet wilt verwijderen, slaat u de
song op floppydisk of in het User geheugen op (p.106).
* De instellingen die bepalen of de geluiden van elk individueel part
al dan niet worden gespeeld (solo en mute), kunnen niet worden
opgeslagen.
Indien het volgende bericht verschijnt
Als u een ander scherm wilt laten verschijnen nadat u de
song instellingen van elk part heeft veranderd, kan een
bericht zoals hieronder wordt getoond verschijnen:
fig.m-songmod.eps
Raak <OK> aan om de instellingen van de song te
veranderen. Raak <Cancel> aan om de door u gemaakte
veranderingen af te danken.
■
De meest geschikte part
geluiden voor het muziekgenre
verkrijgen (Tone Set)
‘Tone Set’ is een functie die automatisch de meest geschikte
geluiden voor de geselecteerde muziekstijl toewijst.
Bij het creëren van een song kunt u Tone sets toewijzen, en
dan de Tones (geluiden) veranderen, passend bij het idee dat
u over uw song heeft.
1. Laat het 16-sporen sequencer scherm verschijnen
(p.117).
2. Raak <Tone Set> in het onderste gedeelte van het
scherm aan.
Een scherm zoals hieronder verschijnt:
fig.d-16trtone.eps_50
3. Raak het scherm aan om een muziekgenre te selecteren.
4. Raak <Exit> aan.
Het 16-sporen sequencer scherm verschijnt.
Geluiden voor elk part worden automatisch toegewezen.
* Bij sommige genres is er aan bepaalde parts geen geluid toegewezen.
■ Een uitvoering opnemen
❍ Stap 1 Voorbereiding voor opname
De op te nemen song selecteren
1. Druk op de [Select/Listen to a Song] knop.
2. Rak het genre van de song die u wilt opnemen aan.
Als u een nieuwe song opneemt, probeer deze dan in
‘Favorites’ op te nemen.
3. Selecteer het songnummer waarin u wilt opnemen.
Als u een nieuwe song opneemt, raakt u <0: (Song-
naam)> aan, om <New Song> te selecteren.
fig.d-songnew.eps_50
→ Als een song al opgenomen is of de song instellingen zijn
veranderd, verschijnt het ‘OK to delete song?’
bevestigingsbericht, wanneer u <0: (Songnaam)> aanraakt.
Voor meer informatie kunt u bij ‘Indien het volgende scherm
verschijnt’ (p.95) kijken.
De maat en het tempo van de song bepalen
4. Druk op de [Metronome] knop om de maat te
selecteren (p.44).
→ U kunt de maat van de song niet veranderen wanneer deze
eenmaal is opgenomen. Als u een song wilt componeren
waarvan de maat halverwege de song verandert, kunt u bij ‘De
maat in het midden van de song veranderen (Beat Map)’
(p.131) kijken.
5. Druk op de Tempo [-] en [+] knoppen om het
basistempo van de song in te stellen.
Als u het metronoomgeluid niet nodig heeft, drukt u
nogmaals op de [Metronome] knop.
→ Indien reeds opgenomen songdata wordt gebruikt, wordt de
opname met het basistempo van de bron song gemaakt. Om het
basistempo van een song te veranderen, raadpleegt u ‘Het
tempo van opgenomen songs veranderen’ (p.132).