Operation Manual

56
Verscheidene instellingen
U kunt de volumebalans tussen de twee klanken (Tone 1 en Tone 2)
die voor Dual Play worden gebruikt aanpassen.
Als u de LX-10F via een aangesloten extern systeem speelt, kunnen
er gevallen zijn waarbij het volume van het externe systeem te laag
is, zelfs als het volume van de LX-10F op maximaal is ingesteld.
In dit soort gevallen kunt u de Master Gain instelling als volgt
aanpassen.
Als de Master Gain wordt aangepast heeft dit ook invloed op het
volume van de interne luidsprekers en koptelefoons.
* Het geluid kan vervormen als het volume overmatig toeneemt.
Indien gewenst, kunt u aangeven dat het geluid van een Track op
een gereduceerd volume gespeeld wordt, in plaats van volledig stil
te worden als u op een Track-knop drukt en zijn indicator uitzet.
Met deze instelling kunt u een specifiek gedeelte op een
gereduceerd volume spelen en deze als ‘leidraad’ voor uw spel
gebruiken.
Als u de stroom uitzet, wordt het Track Mute volume opnieuw op ‘0’
ingesteld.
Wanneer SMF-muziekbestanden voor Roland Piano Digital
Instruments worden afgespeeld (p.80), wordt het
linkerhandgedeelte normaalgesproken aan de [Left]-knop
toegewezen, en het rechterhandgedeelte aan de [Right]-knop
toegewezen. Echter, rechterhand en linkerhand gedeelte
toewijzingen kunnen in bepaalde SMF-muziekbestanden
verschillen.
Als deze op ‘Auto’ zijn ingesteld, en u daardoor de Track-knoppen
niet kunt gebruiken voor de juiste besturing van de linker- en
rechterhandgedeeltes, verandert u de instelling in ‘2/1 Part’ of ‘3/4
Part’.
* Deze instelling kan voor andere SMF-formaat songs dan de interne
Preset songs worden gebruikt. Dit is niet van invloed op de interne
Preset songs.
Nadat deze instelling is veranderd, probeert u de song
opnieuw te selecteren.
Volume instellingen
De Dual Play volumebalans aanpassen
(Dual Balance)
Instelling
9-1 (Tone 1 is luider) – 9-9 (hetzelfde volume) – 1-9 (Tone 2 is luider)
Het volume aanpassen (Master Gain)
Instelling
-12–0–12 dB
Het geluid van een specifiek gedeelte als
‘Guide’ gebruiken (Mute Volume)
Instelling Omschrijving
0–10 Het verhogen van de waarde maakt het geluid luider.
Gedeeltes veranderen die aan de Track-
knoppen zijn toegewezen tijdens het
afspelen van SMF (Track Assign)
Instelling Omschrijving
Auto
Het gedeelte dat aan elke Track is toegewezen wordt
automatisch bepaald, afhankelijk van het songbestand.
2/1 Part
Wijst Part 1 aan de [Right]-knop, Part 2 aan de [Left]-knop
en de resterende gedeeltes aan de [Accomp]-knop toe.
3/4 Part
Wijst Part 4 aan de [Right]-knop, Part 3 aan de [Left]-knop
en de resterende gedeeltes aan de [Accomp]-knop toe.