Operation Manual

MC-505 Handleiding
114
Willekeurige stereopositie (Random Pan
Switch)
De Tones waarvoor u deze functie activeert komen
bij iedere noot die u speelt op een andere, willekeu-
rige positie in het stereobeeld terecht.
1) Druk op [FUNC] tot de indicator begint te knippe-
ren.
2) Druk op [RND PAN].
De vier indicators beginnen te knipperen om aan te
geven dat Random Pan is ingeschakeld
Opmerking:
De Rhythm Tone Pan-parameter heeft geen
invloed op Rhythm Tones waarvoor de Random Pan Switch
is ingeschakeld.
Overige volumeparameters
1) Houd [EDIT] ingedrukt en druk op klaviertoets
[6].
U komt terecht in de eerste display-pagina van het
AMPLIFIER/LEVEL-blok.
2) Ga met PAGE [<][>] naar de gewenste parameter
en kies met [INC][DEC] of met het [VALUE]-wiel
de gewenste waarde.
Tone Level (Rhythm Tone Level)
Zie “Volume van Tones aanpassen (Tone Level)” op
blz. 91.
Overige Pan-parameters
1) Houd [EDIT] ingedrukt en druk op klaviertoets
[7].
U komt terecht in de eerste display-pagina van het
AMPLIFIER/PAN-blok.
2) Ga met PAGE [<][>] naar de gewenste parameter
en kies met [INC][DEC] of met het [VALUE]-wiel
de gewenste waarde.
Tone Pan (Rhythm Tone Pan)
Zie “Stereopositie van Tones aanpassen (Tone Pan)”
op blz. 91.
Rnd Pan Sw (Random Pan Switch)
Zie “Willekeurige stereopositie (Random Pan
Switch)” op blz. 92.
Alt Pan Dpth (Alternate Pan Depth)
L63~63R
Deze parameter zorgt dat het geluid telkens als u een
toets indrukt afwisselend van links en rechts komt.
Kiest u een “L”-waarde, dan wisselt het geluid in de
volgorde links
rechts links rechts enz. Kiest u
een “R”-waarde, dan is de volgorde rechts
links
rechts links. Hoe hoger de waarde, hoe extremer
de stereoposities.
Als u niet weet welke Rhythm Tone u wilt editen
Stel: u hoort een Pattern en u wilt het geluid van de
snare aanpassen, maar u weet niet waar die snare zich
in de Rhythm Set bevindt.
In zo’n geval selecteert u de Rhythm Set en drukt u
op [MEASURE]. Als u nu een klaviertoets ingedrukt
houdt licht de indicator van die toets telkens op wan-
neer de overeenkomstige Rhythm Tone een noot
speelt. Verschuif eventueel de octaafligging van het
klaviertje met de OCTAVE [-][+]-knoppen tot u de
toets vindt die oplicht voor de slagen van de gewens-
te snare.
Volume laten evolueren (Amplifier
Envelope)
Het volume van de meeste akoestische instrumenten
kent een zeker verloop in de tijd. Zo gaat een piano-
toon van hard naar zacht. Bij een orgel daarentegen
blijft het volume constant tot u de toets loslaat. Met
de A-ENV parameters kunt u een curve programme-
ren die dit soort verschillen nabootst.
RND PAN
LPF
BPF
HPF
PKG
FUNC
REALTIME ERASE
EDIT
6
PAGE
REALTIME ERASE
EDIT
7
PAGE