Operation Manual

Even voorstellen: de MC-505, Sequencer
65
Referentie
wordt vrijgehouden (zie “Polyfonie per Part
specifiëren (Voice Reserve)” op blz. 199).
1.3 Sequencer
De sequencer neemt alle noten die u speelt en alle
bewegingen die u met knoppen en regelaars uitvoert
op, in de vorm van MIDI-commando’s. Bij de weer-
gave zendt de sequencer deze MIDI-commando’s
naar de klankbron. Aangezien de sequencer op die
manier al uw handelingen kopieert klinkt het bij de
weergave net zoals tijdens de opname, inclusief wij-
zigingen van klankkleur, enz.
Het opnemen en weergeven lijkt in eerste instantie
op het werken met een bandopnemer of cassettere-
corder, maar vertoont hier bij nader inzien een groot
verschil mee: aangezien alle individuele handelingen
worden opgetekend, kunt u ze achteraf ook wijzigen.
Zo kunt u het tempo wijzigen zonder de toonhoogte
te beïnvloeden, andere klanken kiezen zonder de
partijen te veranderen, tot op de noot nauwkeurige
details veranderen, enz. Een ander verschil is dat uw
opname bij de duizendste weergave nog even fris
klinkt als bij de eerste, aangezien de MC-505 door
zijn sequencer wordt “bespeeld” en de geluidsinfor-
matie dus niet onderhevig is aan slijtage van het
medium (zoals bij magneetband wel het geval is).
Patterns
Patterns zijn korte (meestal herhalende) muzikale
patronen die door de sequencer worden weergege-
ven. Het leuke aan de MC-505 is dat u de weergave
niet hoeft te onderbreken om een ander Pattern te
kiezen. Met andere woorden: u kunt een Pattern
laten herhalen zo vaak u wilt en de keuze van het vol-
gende Pattern laten ingeven door de inspiratie van
het moment. Dat levert een intuïtieve en voor dans-
muziek uiterst geschikte manier van muziek maken
op.
Een Pattern bevat partijen voor alle Parts en u kunt
die partijen ook voor iedere Part individueel opne-
men, weergeven en wijzigen. Naast noten bevat zo’n
Pattern ook informatie over klankkeuze en nog een
aantal andere parameters.
Er zijn twee soorten Patterns: Preset Patterns, die
reeds in de fabriek werden geprogrammeerd, en User
Patterns, waarvan u zelf de inhoud bepaalt.
Songs
Een Song in de MC-505 is in feite niet meer dan een
reeks opeenvolgende “verwijzingen” naar Patterns.
Een Song bevat dus niet de informatie (noten en der-
gelijke) van de Patterns zelf, maar enkel een reeks
commando’s die de sequencer opdragen dat Pattern,
vervolgens dat Pattern, enz. weer te geven. Een Song
kan maximaal 50 Patterns bevatten.
1.4 Geheugen
De inhoud van Patches en Patterns wordt bewaard in
het geheugen van de MC-505. Daarin onderscheiden
we drie “blokken”: systeemgeheugen, User-geheu-
gen en Preset-geheugen.
Verder is er nog een “tijdelijk” buffergeheugen, dat
steeds de data bevat die u hoort of wijzigt wanneer u
een Pattern of Patch laadt.
PTN P:001
R Part
Part 1
Part 2
Part 3
Part 4
Part 5
Part 6
Part 7
R Part data
Part 1 data
Part 2 data
Part 3 data
Part 4 data
Part 5 data
Part 6 data
Part 7 data
R Part data
Part 1 data
Part 2 data
Part 3 data
Part 4 data
Part 5 data
Part 6 data
Part 7 data
PTN P:003
Klankbron
Parts die Patterns
weergeven
Weergegeven
Pattern
Part-instellingen
(Patch-keuze en
Part-parameters)
Sequencer
Weer-
gave
Patterns
kiezen
USER
PRESET
CARD
....
1234 50
P:001
P:014 U:007 P:012 C:003 P:029
U:001 C:001