Gebruikershandleiding 201a Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, leest u de secties getiteld ‘Het apparaat op een veilige manier gebruiken’ (p.3) en ‘Belangrijke opmerkingen’ (p. 5). In deze secties vindt u belangrijke informatie over het op juiste wijze gebruiken van het apparaat. Bovendien kunt u de gebruikershandleiding in zijn geheel doorlezen om een goed beeld te krijgen van alles dat uw nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar deze handleiding, zodat u er later aan kunt refereren.
Het apparaat op een veilige manier gebruiken INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN Over WAARSCHUWING en WAARSCHUWING VOORZICHTIG VOORZICHTIG opmerkingen Over de symbolen Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt.
WAARSCHUWING 010 • Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die permanent gehoorsverlies kunnen veroorzaken. Gebruik het apparaat niet gedurende langere tijd op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Indien u last heeft van enig gehoorsverlies of een piep in de oren, moet u het apparaat niet meer gebruiken en een oorarts raadplegen. ...................................................................................
Belangrijke opmerkingen Naast de onderdelen die onder‘Het apparaat op een veilige manier gebruiken’ (p. 2) worden genoemd, raden wij u aan het volgende te lezen en in acht te nemen. Stroomvoorziening: Reparaties en data • Sluit dit apparaat niet op hetzelfde stopcontact aan dat door een elektrisch apparaat wordt gebruikt waar een omvormer bij te pas komt (zoals een koelkast, wasmachine, magnetronoven of airconditioner) of dat een motor bevat.
Belangrijke opmerkingen • USB geheugens zijn met gebruik van precisie componenten gefabriceerd. Behandel de kaarten voorzichtig, en let vooral op het volgende: • Om beschadigingen aan kaarten door statische elek-triciteit te voorkomen moet alle mogelijke statische elektriciteit van uw eigen lichaam ontladen worden voordat u USB geheugen gaat gebruiken. • Het contact gedeelte van de kaarten mag nooit met de vingers worden aangeraakt of met metaal in aanraking komen.
Hoofdkenmerken Het ideale Workstation voor uitvoeringen op het podium Geluiden van hoge kwaliteit ● De nieuwste geluiden, gegenereerd door een geluidsgenerator van top niveau, met 128 stemmige polyfonie. ● Gelokaliseerde geluiden van hoge kwaliteit. Drie achtergrond functies om uw podium uitvoeringen te ondersteunen ● Music Style motor van hoge kwaliteit met de nieuwste stijlen ❍ Vier variaties voor elk intro, couplet en einde.
Inhoud Het apparaat op een veilige manier gebruiken..........................................3 Belangrijke opmerkingen ...................5 Hoofdkenmerken ...............................7 Paneelbeschrijvingen .......................10 Kiezen uit de Tone lijst (klankenlijst).............................20 Naar een Arabische stemming of andere stemming overschakelen ........................... 20 De Key Touch veranderen ([KEY TOUCH]) ..
De afspeel locatie van een Song verplaatsen ............... 30 Local Switch .............................................................42 Met een Song meespelen ([MINUS ONE / CENTER CANCEL]).................................................. 30 De Prelude als een MIDI geluidsmodule gebruiken ............................................... 43 Songbestanden opslaan ......................................30 Verbinden met een computer via de USB MIDI aansluiting ......................................
Paneelbeschrijvingen Voorpaneel 1. VOLUME draaiknop Deze knop regelt het volume van de gehele Prelude. Een al te hoog volume kan ervoor zorgen dat sommige geluiden door de luidsprekers worden vervormd. 1 2. Pitch Bend/Modulatie hendel U kunt de toonhoogte verhogen of verlagen door deze hendel naar links of rechts te verplaatsen. Druk de hendel van u af om modulatie (normaalgesproken vibrato) op het geluid toe te passen (p.36). 2 3 3.
Paneelbeschrijvingen 16 17 19 20 23 21 22 24 25 27 28 26 30 31 29 32 33 18 34 16. VALUE draaiknop Gebruik deze om de waarde van parameters (instellingen) in het scherm te bewerken. EDIT sectie 17. Cursor knoppen ([ ][ ][ ][ ]) Gebruik deze knoppen om de cursor in het scherm te verplaatsen. 18. EXIT and ENTER knoppen Deze worden ingedrukt om de ‘Cancel’ (EXIT) of ‘Execute’ (ENTER) commando’s uit te voeren, in schermen waarin u gevraagd wordt een dergelijke selectie te maken.
Paneelbeschrijvingen Achterpaneel 1 2 3 4 5 6 1. LCD CONTRAST draaiknop Past het contrast van het beeldscherm aan (p. 16). 2. MIDI OUT/IN aansluitingen Sluit MIDI apparaten op deze aansluitingen aan (p.42). 3. CONTROL PEDAL Jack Sluit een apart verkrijgbare pedaalschakelaar (Roland DP serie), en apart verkrijgbare voetschakelaar (BOSS FS-5U) of een apart verkrijgbaar expressiepedaal (Roland EV-5) op deze Jack aan (p.15, p.36). 4.
Introductie Over de Prelude Over geheugen Wat is een Performance? (p.36) Uitvoeringsinstellingen worden opgeslagen in dat wat geheu- Een ‘Performance’ (uitvoering) is een groep instellingen die het gen wordt genoemd. Er zijn drie soorten geheugen: tijdelijk, geluid en de stijl, de keyboard modus en verscheidene andere herschrijfbaar en niet herschrijfbaar. parameters specificeren. fig.Memory-Flow.eps Prelude Wat is een Tone? (p.
Introductie User (gebruikers) geheugen In het User geheugen wordt de data die u nodig heeft opgeslagen. Om een uitvoering of Song op te slaan, voert u de Write pro- 3. Sluit het bijgeleverde netsnoer op de adapter aan. De indicator licht op als de adapter in een stopcontact wordt gestoken. fig.ACadap.eps Adapter cedure uit (p.28, p.39). Niet herschrijfbaar geheugen Indicator Netsnoer Naar een stopcontact Preset geheugen Data in het Preset geheugen kan niet herschreven worden.
Introductie Een draagbare geluidsspeler op de EXT INPUT Jack aansluiten Externe apparatuur aansluiten De Prelude is uitgerust met een intern versterkingssysteem, U kunt een MP3 speler of ander geluidsapparaat op de EXIT maar kan ook worden aangesloten op geluidsapparatuur INPUT Jack van de Prelude aansluiten, en naar het zoals een monitor luidspreker of stereo installatie. Ook kunt u afspeelgeluid luisteren. een koptelefoon gebruiken.
Introductie Het contrast van het beeldscherm bijstellen ([LCD CONTRAST] knop) Hoofdscherm Het volgende scherm, dat verschijnt nadat u de stroom heeft aangezet, wordt het ‘Hoofdscherm’ genoemd. Dit scherm wordt tijdens het spelen op de Prelude bijna altijd getoond. 1. Draai aan de [LCD CONTRAST] knop op het achterpaneel. (1) (5) (2) Basisbediening (6) (3) Een waarde veranderen (4) 1.
Introductie De demosong beluisteren 1. Druk op [MENU]. 2. Gebruik [ ][ ] om ‘Demo Play’ te selecteren, en druk dan op [ENTER]. 3. Gebruik de cursor knoppen om de Song die u wilt horen te selecteren, en druk op [ENTER]. Druk op [PIANO (0)] om alle demosongs af te spelen. 4. Druk op [START/STOP] om het afspelen van de demo te Door het herstellen van de fabrieksinstellingen worden de systeem, User Performance en Favorite Tone/Performance instellingen opnieuw op de standaard waarde ingesteld.
Introductie Ingangsinstellingen voor de EXT INPUT Jack Hier kunt u specificeren of het geluid van de EXT INPUT Jack (p.15) gebruikt zal worden. U kunt ook aangeven of de Center Cancel functie op het geluid van de EXT INPUT Jack toegepast zal worden. Als aansluitkabels met weerstanden worden gebruikt, kan het volumeniveau van apparatuur die op de invoer (EXT INPUT Jack) is aangesloten te laag zijn. Als dit gebeurt, gebruikt u aansluitkabels die geen weerstanden bevatten.
Keyboard modus functies Geluiden van het toetsenbord spelen (Keyboard modus) Split modus gebruiken ([SPLIT]) Een dergelijke splitsing van het toetsenbord in rechter en linkerhand secties wordt een ‘Split’ genoemd, en de toets Direct nadat de stroom is aangezet, bevindt de Prelude zich waarop de splitsing plaatsvindt wordt het ‘Splitspunt’ een staat waarin het gehele toetsenbord gebruikt kan worden genoemd. om een pianogeluid te spelen.
Keyboard modus functies 2. Druk op [ ][ ] om de Upper of Lower Part te selecteren indien u deze aan een andere Tone wilt toewijzen. U kunt [ ][ ] gebruiken om binnen de gekozen categorie een sub-categorie te selecteren. 3. Om de Dual modus te verlaten, drukt u nogmaals op [DUAL], zodat de verlichting uitdooft. Een geluid selecteren ([TONE]) De Prelude bevat meer dan 1000 verschillende Tones (geluiden). U kunt deze Tones in de drie toetsenbord modi (Single, Split, Dual) gebruiken.
Keyboard modus functies Parameter Uitleg Waarde C Key Scale C -64–+63 C# Key Scale C# -64–+63 D Key Scale D -64–+63 Eb Key Scale Eb -64–+63 E Key Scale E -64–+63 F Key Scale F -64–+63 F# Key Scale F# -64–+63 G Key Scale G -64–+63 G# Key Scale G# -64–+63 A Key Scale A -64–+63 Bb Key Scale Bb -64–+63 B Key Scale B -64–+63 3. Nadat de instellingen zijn gemaakt, drukt u op [EXIT] om Parameter Waarde HEAVY Selecteer deze instelling voor maximale expressiviteit.
Keyboard modus functies 1. Druk op [TRANSPOSE]. Parameter Het Transpose venster wordt geopend, en zal enige seconden nadat u de knop heeft losgelaten sluiten. 2. Terwijl u [TRANSPOSE] ingedrukt houdt, gebruikt u [ [ DUET, ORGAN, COMBO, STRINGS, CHOIR, BLOCK, BIG BAND, COUNTRY, TRADITIONAL, BROADWAY, GOSPEL, ROMANCE, LATIN, COUNTRY GUITAR, COUNTRY BALLAD, WALTZ ORGAN, OCTAVE TYPE 1, OCTAVE TYPE 2 ] ] om het onderdeel waarvan de instelling veranderd Type moet worden te selecteren.
Backing Track functies Als u de volumebalans heeft veranderd, is de knop waarvan De Backing types selecteren (stijl/ Song/USB geheugen speler) het volume hoger is verlicht. Deze instelling kan niet worden opgeslagen. Met de Prelude kunnen de volgende drie types muzikale achtergrond gebruikt worden. Om van achtergrond te veranderen, gebruikt u BACKING TYPE [STYLE], [SONG], en [USB Het tempo aanpassen ([TAP TEMPO]) MEMORY PLAYER]. [STYLE] (p.24) Tempo van geluidsdata kan niet worden aangepast.
Backing Track functies Als u [SPLIT] indrukt en vasthoudt (ongeveer twee seconden), zal het Split Point scherm verschijnen. U kunt aan de VALUE draaiknop draaien om het splitspunt te veranderen. Als u klaar bent drukt u op [EXIT]. Wat is een ‘Fill-In’? – Een korte geïmproviseerde frase die op de notenbalk wordt ingevoerd, wordt een Fill-In genoemd. De Prelude speelt automatisch de passende frase voor de geselecteerde stijl. 2. Druk op [START/STOP]. De drums beginnen te spelen.
Backing Track functies begeleiding op het moment dat u een noot aan de linkerkant van het splitspunt speelt (d.w.z. in het Lower Part gebied). Als u SYNC [STOP] aan laat staan (knop verlicht), zal de begeleiding stoppen op het moment dat u uw hand van het Lower Om een User Style te selecteren selecteert u ‘USER’ of drukt u op [USER]. 4. Gebruik [ ][ ] of de VALUE draaiknop om een stijl te selecteren. Part gebied wegneemt. Dit is gemakkelijk voor Songs die breaks nodig hebben (d.w.
Backing Track functies De aanbevolen geluidsinstellingen voor een stijl gebruiken ([ONE TOUCH]) Opgenomen uitvoeringen worden afgedankt wanneer een andere Song wordt geselecteerd of de stroom wordt uitgezet. Als u de Song niet wilt verliezen, moet u deze opslaan (p.28).
Backing Track functies Zelfs zonder [ ] in te drukken begint de opname als u op het toetsenbord speelt… (1) als de [SYNC START] knop brandt, of… (2) als u begint te spelen met gebruikmaking van de Upper of Lower Part terwijl de ‘Count-In’ parameter is ingesteld op ‘WAIT NOTE’ (p. 28). 4. Speel uw muziek. 5. Druk op [ ] om te stoppen met opnemen. Als u stopt met opnemen, zal het SONG TRACK scherm verschijnen.
Backing Track functies 9. Druk op [ ] om de opname te starten. Parameter 10. Speel de muziek. 11. Druk op [ Waarde Uitleg Geen aftelling. De opname start als OFF [ ] om de opname te beëindigen. Een uitvoering opnieuw opnemen 1MEAS 2MEAS Opname start na een aftelling van 2 maten. WAIT NOTE Opname start als u een noot op het toetsenbord speelt. (Er is geen aftelling).
Backing Track functies Knop Uitleg [0] Selecteert het soort teken. Elke keer als dit wordt ingedrukt, selecteert u afwisselend het eerste teken van een serie tekens: hoofdletters (A) of cijfers en symbolen (0). [1] Verwijdert het teken op de plaats, waar de cursor zich bevindt. [2] Voegt een spatie op de cursor locatie in. Een Song selecteren en afspelen ([SONG]) 1. Importeer, als u dat nog niet gedaan heef, één of meerdere Songs vanuit een USB geheugen. 2.
Backing Track functies De afspeel locatie van een Song verplaatsen Gebruik de SONG knoppen om de afspeel locatie van de Song te specificeren. [ Keert naar het begin van de Song terug ] [ ] Spoelt de Song terug [ ] Spoelt de Song vooruit [ USB Memory Player (SMF/Audio File Player) Verplaatst naar het einde van de Song ] [ zie ‘Preset Performances gebruiken’ (p.36) ‘De metronoom gebruiken’ (p.22) ‘User data in USB geheugen opslaan (Backup)’ (p.
Backing Track functies SMF Geluidsbestand WAV/ Samplesnelheid AIFF Bit diepte Van speellijsten met een links van de naam kunnen de speellijst instellingen of de instellingen van Songs in de speellijst niet bewerkt worden. 44.1 kHz 8/16/24 bits Formaat MPEG-1 audio layer 3 Samplesnelheid 44.1 kHz Bit rates 32/40/48/56/64/80/96/112/128/ 160/192/224/256/320 kbps, VBR (Variable Bit Rate) MP3 2. P INFO icoon: toont informatie over de op dat moment geselecteerde speellijst.
Backing Track functies Een speellijst selecteren en afspelen geheugen op de Prelude aan en drukt u op de [USB MEMORY PLAYER] knop. 1. In het hoofdscherm verplaatst u de cursor naar het PLAYLIST icoon op de bovenste regel in het scherm, en dan 2. Gebruik[ ][ ] om de USB geheugenmap te selecteren. drukt u op [ENTER]. Het PLAYLIST SELECT scherm verschijnt.
Backing Track functies Als u niet wilt verwijderen, drukt u op [EXIT]. Speellijst bewerken Het volume van elke Song aanpassen Wanneer de inhoud van de speellijst wordt gewijzigd, zal een ‘*’voor de speellijst naam worden getoond. Om de veranderde speellijst te behouden, voert u de Write handeling uit (zie rechter kolom). Als u een andere speellijst selecteert zonder de instellingen op te slaan, keren deze naar hun oorspronkelijke staat terug. De afspeelmodus selecteren 1.
Uitvoeringsfuncties en effecten Uitvoeringskenmerken Het bereik van de D Beam controller Het diagram toont de bruikbare reeks van de D Beam controller. Als u uw D Beam Controller hand buiten dit bereik beweegt, zal er De D Beam controller kan simpelweg gebruikt worden door geen effect geproduceerd worden. uw hand erboven te bewegen. Afhankelijk van de functie die is toegewezen, kan de D Beam controller worden gebruikt om verschillende effecten toe te passen en om geluiden te wijzigen.
Uitvoeringsfuncties en effecten D Beam functie Uitleg D Beam functie EXPLOSION* Het geluid van een explosie zal klinken als u uw hand boven de D Beam plaatst. Het volume is sterker als u uw hand sneller beweegt. TEMPO UP Het tempo wordt sneller als u uw hand dichter bij de D Beam brengt. Het tempo keert naar het oorspronkelijke niveau terug als u uw hand wegneemt. GUN SHOT* Een pistoolschot zal klinken als u uw hand boven de D Beam plaatst. Het volume is sterker als u uw hand sneller beweegt.
Uitvoeringsfuncties en effecten Pitch Bend en modulatie hendel De Pitch Bend/Modulatie hendel links op het toetsenbord kan gebruikt worden om twee effect types toe te passen, op het geluid dat in de Keyboard modus wordt gespeeld. Pitch Bend is een effect dat de toonhoogte van het geluid dat u speelt verlaagt als de hendel naar links wordt bewogen, en verhoogt deze als de hendel naar rechts wordt bewogen. Modulatie is een effect dat vibrato op het geluid dat u speelt toepast, als u de hendel van u af duwt.
Uitvoeringsfuncties en effecten 4. Gebruik [ ][ ] of de VALUE draaiknop om een Per- formance te selecteren. Parameter Waarde Uitleg STANDARD Hiermee kan een eenvoudige vingerzetting worden gebruikt om een akkoord te specificeren, zonder dat alle noten van het akkoord gespeeld hoeven te worden. PIANO Het akkoord zal alleen bestaan uit de noten die in het Lower Part op het toetsenbord gespeeld worden. INTEL U kunt akkoorden spelen, volgens de beschrijving van ‘Chord Intelligence’ (p.102).
Uitvoeringsfuncties en effecten Parameter Een Tone bewerken Een Tone gedetailleerd bewerken Waarde -64–+63 Past de attack tijd aan. (De tijd vanaf het moment dat een toets wordt ingedrukt, totdat het geluid zijn volledige volume bereikt). Draai de knop naar rechts om de attack tijd te verlengen of naar links om deze te verkorten.
Uitvoeringsfuncties en effecten Parameter Legato Switch Portamento Switch Portamento Time Pitch Bend Range Hold Pedal Switch Control Pedal Switch Waarde OFF, ON, TONE Uitleg Deze instelling specificeert of de Legato schakelaar gebruikt wordt (ON) of niet (OFF). Legato Switch is geldig als de Mono/Poly parameter op ‘MONO’ staat.
Uitvoeringsfuncties en effecten Effect parameters Reverb, Chorus en MFX effecten gebruiken ([REVERB]) Pagina De Prelude bevat ingebouwde reverb, chorus, en multi-effect (MFX) processors. Voor elke processor kan een effecttype worden gekozen. MFX wordt alleen toegepast op de Realtime uitvoeringen van het gedeelte dat handmatig wordt gespeeld (het Upper Part of Lower Part). Wees ervan bewust dat MFX niet op opgenomen songdata wordt toegepast. De Reverb, Chorus en MFX effecten bewerken 1. Druk op [REVERB].
Uitvoeringsfuncties en effecten Pagina Parameter Uitleg Waarde Upper MFX Source Specificeert de MFX instellingen die voor het Upper Part gebruikt zullen worden. Als u ‘PERFORM’ kiest, worden de MFX instellingen van de Performance gebruikt. Als u ‘UPPER TONE’ kiest, worden de Upper MFX instellingen van de Tone gebruikt. PERFORM, UPPER TONE Lower MFX Source Specificeert de MFX instellingen die voor het Lower Part gebruikt zullen worden.
MIDI gebruiken De Prelude kan uitvoeringsdata verzenden en ontvangen wanMIDI kanaal Track de twee apparaten elkaars uitvoering kunnen besturen. Eén 1 1 Accomp 1 apparaat kan bijvoorbeeld geluiden op het andere apparaat 2 2 Accomp bass spelen of veranderen.
MIDI gebruiken MIDI Parameters Parameter Uitleg Waarde MIDI Tx Switch Specificeert of MIDI berichten niet verzonden worden (OFF), of verzonden worden (ON). OFF, ON Upper Tx Channel Specificeert het zendkanaal voor het Upper Part. 1–16 Lower Tx Channel Specificeert het zendkanaal voor het Lower Part. 1–16 MIDI Rx Switch Specificeert of MIDI berichten niet worden ontvangen (OFF), of worden ontvangen (ON). OFF, ON Upper Rx Channel Specificeert het ontvangstkanaal voor het Upper Part.
MIDI gebruiken • De Prelude gebruiken om SMF, die met MIDI compatibele software wordt afgespeeld, af te spelen. • Door MIDI data tussen de Prelude en de sequencer software over te brengen, kunt u van een brede reeks mogelijkheden voor muziekproductie en bewerking gebruikmaken. Als de verbinding met de computer is mislukt Normaalgesproken hoeft u geen Driver te installeren om de Prelude met de computer te verbinden.
Systeeminstellingen Instellingen die op de gehele operationele omgeving van de VENDER, GENERIC Prelude van invloed zijn, zoals stemmingen en ontvangst van USB Driver MIDI berichten, worden ‘systeeminstellingen’ genoemd. SYSTEM PEDAL Hoe systeeminstellingen worden gemaakt ([MENU]) Parameter Waarde Zie ‘De instellingen voor de USB Driver maken’ (p.44). Uitleg Selecteert de functie die bestuurd wordt als u een apart verkrijgbaar pedaal, dat op de CONTROL PEDAL Jack is aangesloten, indrukt.
Systeeminstellingen FILL UP Pedal Assign Pedal Polarity Hold Polarity FILL DOWN Het pedaal triggert een Fill-In, waarna de volgende variatie gespeeld zal worden. (bijv. van MAIN ‘1’tot ‘2’). Wanneer variatie ‘4’ is bereikt, zal de variatie niet verder veranderen als het pedaal achtereenvolgend wordt ingedrukt. SYSTEM MIDI Het pedaal triggert een Fill-In, waarna de vorige variatie gespeeld wordt (bijv. van MAIN ‘4’ naar ‘3’).
Systeeminstellingen SYSTEM LOCK Parameter Waarde Style OFF, ON Tone OFF, ON Style TemOFF, ON po Transpose Uitleg Zie ‘Bepaalde instellingen behouden, zelfs als u van uitvoering verandert ([LOCK])’ (p.17). OFF, ON Instellingen van parameters in de tabel, waarbij een ‘*’ wordt aangegeven, kunnen niet worden opgeslagen. Als de stroom wordt ingeschakeld, keren deze parameters altijd naar dezelfde waarde (standaard waarde) terug.
USB geheugen gebruiken U kunt Prelude gebruikersdata in USB geheugen opslaan (een reservekopie maken) of data van het USB geheugen in de Prelude laden. Data die van de computer gedownload is, kan 1. Druk op [MENU]. 2. Gebruik [ ] om ‘Utility’ te selecteren, en druk dan op [ENTER]. ook in USB geheugen worden opgeslagen, en in de Prelude worden geladen. ][ 3. Gebruik de cursor knoppen om ‘Export’ te selecteren, en druk op [ENTER].
USB geheugen gebruiken De hoeveelheid data die in de Prelude wordt geladen, is afhankelijk van de hoeveelheid vrij geheugen in de Prelude. Een bevestigingsvenster verschijnt. Als u de data niet wilt laden, drukt u op [EXIT]. 5. Druk op [ENTER] om de data te laden. Een bestand met een naam bestaande uit meer dan zeventien tekens (uitgezonderd de bestandsnaam) kan niet in de Prelude worden geladen. Door u geladen User data verwijderen Om User stijlen te verwijderen, zie ‘Een User stijl verwijderen’ (p.25).
Over V-LINK Wanneer de Prelude met een V-LINK compatibel afbeeldingen apparaat wordt aangesloten, kunnen de afbeeldingen met de 3. Gebruik [ ][ ] om de cursor naar de parameter die u wilt bewerken te verplaatsen. Prelude worden bestuurd. 4. Gebruik de VALUE draaiknop om de waarde in te stellen. Om storingen en/of beschadigingen aan luidsprekers of andere apparaten te voorkomen, zet u het volume altijd laag, en de stroom van alle apparaten uit, voordat u aansluitingen maakt.
Over V-LINK Parameter D BEAM Waarde Uitleg BPM Sync SW CC64 (Hold) Clip Loop SW CC65 (Portamento) Assign Knob CC72 (Release) Fade Time SW CC73 (Attack) Visual Knob CC74 (Cutoff) AB SW CC81 (General–6) Tap SW CC83 (General–8) Total Select CC85 FX Select CC86 Play Pos CC91 (Reverb) Loop StartPos CC92 (Tremolo) Loop End Pos CC93 (Chorus) Layer ModeSel CC94 (Celeste) Dissolve Time CC73 (Attack) Color Cb Ctrl CC01 (Modulation) Color Cr Ctrl CC71 (Resonance) Brightness Ctrl C
MEMO 52
Appendices Probleemoplossing In deze sectie vindt u punten en acties die ondernomen kunnen worden wanneer de Prelude niet naar verwachting werkt. Raadpleeg de sectie passend bij het probleem dat optreedt. Probleem Stroom gaat niet aan Controleer/oplossing Is de bijgeleverde adapter/het netsnoer op juiste wijze op het stopcontact en op de Prelude aangesloten? • Gebruik geen andere adapter en ander netsnoer dan de bij dit apparaat behorende. Hierdoor kunnen storingen optreden.
Appendices Probleem Toonhoogte is verkeerd Controleer/oplossing pagina Bij sommige Tones kan de toonhoogte in bepaalde reeksen anders klinken dan andere Tones. — Kan de stemming van de Prelude onjuist zijn? • Controleer de Master Tune instelling. p.
Storingsmeldingen Wanneer een onjuiste handeling wordt uitgevoerd of gegevensverwerking niet volgens uw specificaties kan worden uitgevoerd, zal een storingsmelding verschijnen. Raadpleeg de uitleg voor de storingsmelding die verschijnt, en onderneem passende actie. Bericht USB Memory Not Ready! Betekenis Actie USB geheugen wordt niet herkend. Sluit USB geheugen aan. De data kan niet gelezen worden. Laad de data nog een keer. Data uit USB geheugen laden is mislukt.
Effectenlijst Multi-Effects parameters De multi-effecten hebben 78 verschillende soorten effecten. Sommige effecten bestaan uit twee of meer verschillende effecten, die in serie zijn geschakeld.
Over Note Bij gebruik van 3D effecten Sommige effectparameters (zoals Rate of Delay Time) kunnen als nootwaarde uitgedrukt worden ingesteld. Dit soort parameters hebben een num/note schakelaar, waarmee gespecificeerd kan worden of de waarde als een nootwaarde of een numerieke waarde ingesteld zal worden. Als u de Rate (Delay Time) als numerieke waarde wilt instellen, zet u de num/note schakelaar op ‘Hz’ (‘msec’). Als u deze als nootwaarde wilt instellen, zet u de num/note schakelaar op ‘NOTE’.
01: EQUALIZER 03: Dit is een vier-bands stereo equalizer (laag, mid x 2, hoog). fig.MFX-01 L in 4-Band EQ L out ISOLATOR Dit is een equalizer die het volume grotelijks afkapt, zodat een speciaal effect aan het geluid toegevoegd kan worden, door het volume in varierende reeksen af te kappen. fig.MFX-03 R in 4-Band EQ Parameter Waarde Omschrijving Low Freq Low Gain 200, 400 Hz -15– +15 dB Mid1 Freq 200–8000 Hz Mid1 Gain -15– +15 dB Mid1 Q 0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.
05: SUPER FILTER 06: Dit is een filter met een extreem scherpe helling. De cutoff frequentie kan cyclisch gevarieerd worden. fig.
Parameter Waarde Bestuurt een filter op cyclische wijze, om een cyclische verandering in timbre te creëren. Manual 0–100 fig.
11: Parameter PHASER Waarde Omschrijving Een in fase verschoven geluid wordt aan het originele geluid toegevoegd en gemoduleerd. fig.MFX-11 L in Phaser Mix Mix Phaser R in Parameter Mode Manual Rate Depth Polarity Resonance Cross Feedback Mix Low Gain High Gain Level 12: Waarde 2-Band EQ L out 2-Band EQ R out Omschrijving 4-STAGE, 8-STAGE, 12Aantal fases in de Phaser. STAGE Past de basisfrequentie aan, 0–127 vanaf waar het geluid gemoduleerd zal worden. 0.05–10.
14: INFINITE PHASER 16: STEP RING MODULATOR Een Phaser die de frequentie waarop het geluid wordt gemoduleerd doorlopend blijft verhogen/verlagen. Dit is een ring modulator die een16-staps sequens gebruikt om de frequentie waarop modulatie wordt toegepast te variëren. fig.MFX-14 fig.
18: AUTO PAN 20: Moduleert de stereo locatie van het geluid op cyclische wijze. fig.MFX-18a L in Auto Pan 2-Band EQ L out R in Auto Pan 2-Band EQ R out Parameter Mod Wave Waarde Omschrijving TRI, SQR, SIN, SAW1, SAW2 Modulatie golf TRI: driehoek golf SQR: vierkante golf SIN: sinusgolf SAW1/2: zaagtand golf SAW1 R L SAW2 R L Rate 0.05–10.
21: Parameter ROTARY Het Rotary effect simuleert het geluid van roterende luidsprekers die vaak met elektrische orgels uit het verleden werden gebruikt. Omdat de beweging van de hoge reeks en lage reeks rotors onafhankelijk ingesteld kan worden, kunnen de unieke modulatie kenmerken van deze luidsprekers zeer natuurgetrouw gesimuleerd worden. Dit effect is het meest geschikt voor elektrische orgel patches. fig.
24: FLANGER Parameter Dit is een stereo flanger. (De LFO heeft dezelfde fase voor links en rechts). Dit produceert een metaalachtige resonantie die stijgt en daalt als een vliegtuig dat stijgt of landt. Een filter is beschikbaar, zodat het timbre van het flanger geluid aangepast kan worden. Waarde Filter Type OFF, LPF, HPF Cutoff Freq 200–8000 Hz Pre Delay 0.0–100.0 ms Rate Depth 0.05–10.00 Hz, note 0–127 Phase 0–180 deg Feedback -98– +98% Step Rate 0.10–20.
27: TREMOLO CHORUS 29: 3D CHORUS Dit is een chorus effect met een toegevoegde tremolo (cyclische modulatie van volume). Dit past een 3D effect op het chorus geluid toe. Het chorus geluid wordt op 90 graden links en 90 graden rechts geplaatst. fig.MFX-27 fig.MFX-29 L in L out L Balance D Balance W 2-Band EQ L out 2-Band EQ R out 3D Chorus Tremolo Chorus Balance W R in R R out Balance D Parameter Parameter Waarde Pre Delay 0.0–100.0 ms Chorus Rate 0.05–10.
30: 3D FLANGER Dit past een 3D effect op het flanger geluid toe. Het flanger geluid wordt op 90 graden links en 90 graden rechts geplaatst. Parameter Waarde Omschrijving Rate Depth 0.05–10.00 Hz, note 0–127 Phase 0–180 deg Feedback -98– +98% Step Rate 0.10–20.
33: 2BAND FLANGER 34: 2BAND STEP FLANGER Een flanger waarmee een effect onafhankelijk op de lage frequentie en hoge frequentiereeksen toegepast kan worden. Een step flanger waarmee een effect onafhankelijk op de lage frequentie en hoge frequentiereeksen toegepast kan worden. fig.MFX-33 fig.
35: OVERDRIVE 38: VS DISTORTION Creëert een zachte vervorming, gelijkend op die door buizenversterkers wordt geproduceerd. Dit is een distortion effect dat zware vervorming biedt. De parameters zijn hetzelfde als die van ‘37: VS OVERDRIVE’. fig.MFX-35 fig.
Specificaties van elk luidsprekertype In de luidspreker kolom wordt de diameter van elk luidspreker eenheid (in inches), en het aantal eenheden aangegeven.
43: DELAY Dit is een stereo delay. Als Feedback modus NORMAL is: fig.MFX-43a Balance D L in Delay 2-Band EQ Feedback Feedback Balance W R in Balance D 2-Band EQ Waarde Phase NORMAL, INVERSE Feedback -98– +98% HF Damp 200–8000 Hz, BYPASS Pan L64–63R Low Gain -15– +15 dB High Gain -15– +15 dB Balance D100:0W–D0:100W Level 0–127 L out Balance W Delay Parameter R out Als Feedback modus CROSS is: fig.
46: MODULATION DELAY Voegt modulatie aan het vertraagde geluid toe. Wanneer Feedback modus NORMAL is: fig.MFX-46a Balance D 2-Band EQ L in Delay Modulation Balance W 2-Band EQ R in Balance D Omschrijving 0–2600 ms, note Center Feedback -98– +98% HF Damp 200–8000 Hz, BYPASS Past de tijd totdat het delay geluid hoorbaar is aan. Past de hoeveelheid delay geluid dat in het effect wordt teruggevoerd aan. Negatieve (-) waardes keren de fase om.
49: MULTI TAP DELAY Dit effect voorziet in vier delays. Elke delay Time parameter kan op een nootlengte worden ingesteld, gebaseerd op het geselecteerde tempo. Ook de panning en het niveau van elk delay geluid kan ingesteld worden. fig.
52: Parameter 3D DELAY Dit past een 3D effect op het delay geluid toe. Het delay geluid wordt 90 graden links en 90 graden rechts geplaatst. fig.MFX-52 L 2-Band EQ Level Waarde Omschrijving Acceleration 0–15 Feedback -98– +98% HF Damp 200–8000 Hz, BYPASS L out 3D Delay L 3D Delay C Feedback 3D Delay R 2-Band EQ R R out Parameter Waarde Omschrijving Delay Left Delay Right Delay Center 0–2600 ms, note Past de delay tijd vanaf het directe geluid totdat het delay geluid hoorbaar is aan.
55: Parameter TAPE ECHO Waarde 200–8000 Hz Echo Level Filter Cutoff W/P Noise Type Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt LPF: kapt de frequentiereeks boven de Cutoff af HPF: kapt de frequentiereeks onder de Cutoff af. Middenfrequentie van het filter. WHITE, PINK Schakelt tussen witte ruis en roze ruis.
58: LOFI RADIO In aanvulling op een Lo-Fi effect genereert dit effect tevens ruis. fig.MFX-58 2-Band EQ L in L out Parameter Waarde Omschrijving Signal Distortion 0–127 Diepte van vervorming Frequency Range 0–127 Disc Type LP, EP, SP Lo-Fi Radio Lo-Fi 2-Band EQ R in Parameter LoFi Type Waarde 1–9 Filter Type OFF, LPF, HPF R out Omschrijving Vermindert de geluidskwaliteit. De geluidskwaliteit neemt af naarmate deze waarde toeneemt.
62: 2VOI PITCH SHIFTER (2VOICE PITCH SHIFTER) Verschuift de toonhoogte van het originele geluid. Deze 2-stemmige pitch shifter heeft twee pitch shifters, en kan twee in toonhoogte verschoven geluid aan het originele geluid toevoegen. Parameter Waarde Uitleg Attack 0–127 Gate Time 0–127 Fine -100– +100 cent Delay Time 0–1300 ms, note Feedback -98– +98% Low Gain -15– +15 dB High Gain -15– +15 dB Balance D100:0W–D0:100W Level 0–127 fig.
65: GATED REVERB 67: Dit is een speciaal type reverb, waarin het weerkaatsende geluid wordt afgekapt voordat het zijn natuurlijke lengte heeft bereikt. OVERDRIVE → FLANGER fig.MFX-67 Balance D L out L in fig.MFX-65 L in 2-Band EQ Balance D Feedback L out Overdrive Balance W Balance W Gated Reverb Balance W Balance D Parameter Waarde Pre Delay 0.0–100.
69: DISTORTION → CHORUS De parameters zijn basaal hetzelfde als die van ’66: OVERDRIVE → CHORUS’, met uitzondering van de volgende twee: Overdrive Drive → Distortion Drive, Overdrive Pan → Distortion Pan Parameter Waarde Omschrijving Chorus Pre Delay 0.0–100.0 ms Past de delay tijd aan vanaf het moment dat het directe geluid begint, totdat het flanger geluid hoorbaar is. Chorus Rate fig.MFX-69 Chorus Depth L out L in 0.05–10.
74: ENHANCER → DELAY 76: fig.MFX-74 FLANGER → DELAY fig.MFX-76 L in Balance D L out Enhancer Mix L in Balance D L out Balance W Feedback Balance W Flanger Delay Balance D Balance W Feedback R in Balance W R out Enhancer Mix Balance D Parameter Waarde Omschrijving Enhancer Sens 0–127 Gevoeligheid van de enhancer Niveau van de boventonen die door de enhancer gegenereerd worden Past de delay tijd aan vanaf het directe geluid, totdat het delay geluid hoorbaar is.
77: CHORUS → FLANGER 78: fig.MFX-77 Balance D Balance D L in L out Balance W Chorus Feedback Balance W Flanger Balance W Balance W R in Parameter Chorus Pre Delay Chorus Rate Chorus Depth Chorus Balance Flanger Pre Delay Flanger Rate Flanger Depth Flanger Feedback Flanger Balance Level R out Balance D Balance D Waarde Omschrijving Past de delay tijd aan vanaf het 0.0–100.0 ms directe geluid totdat het delay geluid hoorbaar is. Modulatie frequentie van het chorus 0.05–10.
Chorus parameters De chorus effect eenheid van de Prelude kan ook als een stereo delay eenheid worden gebruikt. Met deze instellingen kunt u chorus of delay selecteren, en de kenmerken van het geselecteerde effect type. Parameter Waarde Chorus Type 0 1 2 3 (OFF), (CHORUS), (DELAY), (GM2 CHORUS) Omschrijving Selecteert chorus of delay 0 (OFF): er wordt geen chorus of delay gebruikt 1 (CHORUS): chorus wordt gebruikt 2 (DELAY): delay wordt gebruikt 3 (GM2 CHORUS): GM2 chorus wordt gebruikt.
Reverb parameters Met deze instellingen kunt u het gewenste type reverb, en zijn karakteristieken selecteren.
Tone lijst * Nummers. 897–1152 (Tones) en nummers Nos. 1185–1193 (Ritmes) zijn GM2 geluiden. Nr. Naam Categorie MSB LSB PC 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 Rich Grand 88ConcertPno UltimatGrand X Pure Grand So true...
PC Nr. 151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161 162 163 164 165 166 167 168 169 170 171 172 173 174 175 176 177 178 179 180 Nr.
PC Nr. 305 306 307 308 309 310 311 312 313 314 315 316 317 318 319 320 321 322 323 324 325 326 327 328 329 330 331 332 333 334 Nr.
PC Nr. 459 460 461 462 463 464 465 466 467 468 469 470 471 472 473 474 475 476 477 478 479 480 481 482 483 484 485 486 487 488 Nr.
PC Nr. Naam 613 614 615 616 617 618 619 620 621 622 623 624 625 626 627 628 629 630 631 632 633 634 635 636 637 638 639 640 641 642 Nr.
PC Nr. 767 768 769 770 771 772 773 774 775 776 777 778 779 780 781 782 783 784 785 786 787 788 789 790 791 792 793 794 795 796 Nr.
MSB LSB PC Nr. 921 922 923 924 925 926 927 928 929 930 931 932 933 934 935 936 937 938 939 940 941 942 943 944 945 946 947 948 949 950 Nr. Celesta Glockenspiel Music Box Vibraphone Vibraphone w Marimba Marimba w Xylophone Tubular-bell Church Bell Carillon Santur Organ 1 Trem. Organ 60's Organ 1 70's E.Organ Organ 2 Chorus Or.2 Perc. Organ Organ 3 Church Org.1 Church Org.2 Church Org.3 Reed Organ Puff Organ Accordion Fr Accordion It Harmonica Bandoneon Nylon-str.
MSB LSB PC Nr. MSB LSB PC 1075 1076 1077 1078 1079 1080 1081 1082 1083 1084 1085 1086 1087 1088 1089 1090 1091 1092 1093 1094 1095 1096 1097 1098 1099 1100 1101 1102 1103 1104 Nr.
Ritme set lijst Preset groep Tone nr.
Preset groep Note No. 28 29 30 31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103 1153 GW Std Kit Dance Kick Dry Kick 1 Snr Roll Power Kick Amb.Snr 2 Power Kick Reg.PHH Reg.Kick SF Kick 1 SF CStk SF Snr SF Snr Gst SF Rim RR F.Tom Reg.CHH 1 SF L.Tom Reg.CHH 2 SF M.Tom Reg.OHH SF MT Flm SF H.
Note No. 28 29 30 31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103 94 1159 StandardKit3 HipHop Kick2 Syn Swt Atk1 Lo-Bit Stk 1 TR707 Kick TR808 Snr 5 Vint Kick 1 Reg.PHH Vint Kick 2 Old Kick 1 Lo-Bit Stk 4 Reg.Snr 1 Amb Clap TY Rim Jazz Lo Tom1 Reg.CHH 1 Jazz Lo Tom2 Reg.CHH 2 Jazz Mid Tom Reg.
Note No. 28 29 30 31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103 1165 Limiter Kit Dance Kick 1 HipHop Kick1 WD CStk R&B Kick 1 Wild Stick Dance Kick 2 Hip PHH LD Kick R&B Kick 2 Lo-Bit Stk 2 Wild Stick Dist Clap DR660 Snr Reg.F.Tom p Lo-Bit CHH 2 Reg.F.Tom f Lo-Bit CHH 4 Reg.L.Tom Lo-Bit OHH 2 Reg.L.
Note No.
Note No. 28 29 30 31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103 1177 Snare Menu ----------------------------Reg.Snr1 p Reg.Snr1mf Reg.Snr1 f Reg.Snr1ff Reg.Snr2 p Reg.Snr2 f Reg.Snr2ff Amb.Snr1 p Amb.Snr1 f Amb.Snr2 p Amb.Snr2 f Piccolo Snr Maple Snr Reg.
Note No.
GM groep Note No. 27 28 29 30 31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 1185 (PC: 1) GM2 STANDARD High Q Slap Scratch Push Scratch Pull Sticks Square Click Metron Click Metron Bell Kick Drum 2 Kick Drum 1 Side Stick Aco.Snare Hand Clap Elec.
Note No.
MEMO 101
Chord Intelligence ● = noten waaruit dit akkoord is samengesteld. ★ = toetsen die ingedrukt moeten worden om dit akkoord te horen, als ‘Chord modus’ bij ‘Performance Parameters’ op INTEL is ingesteld (p.37).
Chord Intelligence ● = noten waaruit dit akkoord is samengesteld. ★ = toetsen die ingedrukt moeten worden om dit akkoord te horen, als ‘Chord modus’ bij ‘Performance Parameters’ op INTEL is ingesteld (p.37).
MIDI Implementation Chart MIDI Implementatiekaart Model: Prelude Functie...
Specificaties Prelude: Music Keykoard Stroomvoorziening DC 12V (Adapter) (in overeenstemming met General MIDI 2 systeem) Stroomverbruik 1,200 mA Afmetingen 1,044 (W) x 317 (D) x 121 (H) mm Gewicht 7.8 kKg (zonder adapter) Accessoires Gebruikershandleiding CD-ROM (Style Converter 3.
Index A Aansluiten Adapter ................................................................ Computer ............................................................. Draagbare geluidsspeler ........................................ Externe apparatuur ................................................. MIDI .................................................................... Pedaal en schakelaar ............................................. Adapter...................................................................
Index Lower MFX Source ...................................................... 41 Lower Tone ................................................................ 19 M [MAIN] ..................................................................... 24 Master Tune ............................................................... 45 [MELODY INTELLIGENCE] ........................................... 11 MELODY INTELLIGENCE ............................................. 22 [MENU] .............................................
Index [SPLIT] ................................................................. 11, 19 Split mode ................................................................. 19 Split Point ...................................................... 19, 24, 37 [START/STOP] ............................................................ 24 [STYLE] ................................................................ 23–24 Style (Music Style) ....................................................... 24 STYLE CONTROL knoppen ..........
Voor EU-Landen 110
Voor EU-Landen Dit product voldoet aan de voorwaarden van de Europese richtlijn EMC Directive 2004/108/EC.
Versie 2 Aanvullende handleiding In dit document worden functies die in versie 2.0 zijn toegevoegd uitgelegd. Lees dit samen met de Prelude gebruikershandleiding. Copyright © 2009 ROLAND EUROPE Alle rechten voorbehouden. Niets van deze publicatie mag, in welke vorm dan ook, niet gereproduceerd worden zonder schriftelijke toestemming van ROLAND EUROPE.
Inhoud Nieuwe functies in Prelude versie 2.0 .3 Een Song creëren............................. 24 Songs met Lyrics data afspelen ...............................3 Een User Style creëren en bewerken .......................3 Een Song opnemen of bewerken ............................3 Andere toegevoegde functies..................................3 Uw uitvoering opnemen terwijl u speelt ................ 24 Manieren voor het creëren van een Song.............. 25 Songs met Lyrics data afspelen...........
Nieuwe functies in Prelude versie 2.0 Songs met Lyrics data afspelen • Songs die in het interne geheugen van de Prelude zijn opgeslagen, kunnen nu worden afgespeeld terwijl de tekst in het scherm gevolgd kan worden, op een echte Karaoke manier. • Om het u gemakkelijk te maken kunt u op de Prelude specificeren of u 4 of 6 tekstregels tegelijk wilt bekijken.
Songs met Lyrics data afspelen Met de Prelude kunt u de teksten van de Songs die u afspeelt handleiding, om de gewenste Songs te importeren. in het scherm volgen (mits de geselecteerde Songs tekstdata Nu bent u gereed om van karaoke uitvoeringen op de Prelude te genieten. bevatten). Deze functie is beschikbaar voor Songs die zich in het interne geheugen van de Prelude bevinden. Zodoende moet u mogelijk Songs van een USB apparaat importeren om van deze nieuwe functie gebruik te maken.
Voordat u een Style componeert Hoe een Style is opgebouwd Voor elk van de drie hoofd akkoorden (Majeur, mineur, en De instellingen van elk Part van een divisie controleren septiem) bevat elke Style vier variaties voor intro, hoofd, Fill-in, In het STYLE COMPOSER scherm drukt u op [ENTER] om naar en einde, met een totaal van 48 begeleidingspatronen. het STYLE COMPOSER ZOOM scherm te gaan. Elk begeleidingspatroon wordt een ‘divisie’ genoemd.
Voordat u een Style componeert Een User Style creëren Globaal gesproken kunt u een User Style op de volgende twee manieren creëren. Een bestaande Style bewerken U kunt een nieuwe User Style creëren door de Tones die in een eerder opgeslagen Style worden gebruikt te veranderen, de volumebalans tussen Parts aan te passen, of de instellingen van speciale Style effecten aan te passen.
Een bestaande Style bewerken De geluiden van de Style veranderen (STYLE MAKEUP) De MFX instellingen van de Style veranderen (STYLE MFX) U kunt de Tone die door elk Part van een Style wordt gebruikt Hier ziet u hoe de effect instellingen, of de hoeveelheid Cho- veranderen, en het volume en de effectbalans tussen Parts rus of Reverb die op de Style worden toegepast, veranderd aanpassen. kunnen worden.
Een bestaande Style bewerken STYLE MFX SETTING scherm Vanuit het STYLE MFX scherm drukt u op [ scherm te gaan. Parameter Style MFX Chorus Send Style MFX Reverb Send MFX Sw Waarde 0–127 0–127 OFF, ON Uitleg Specificeert hoeveel Chorus wordt toegepast op het geluid dat door MFX is gegaan. Specificeert of MFX voor elk Part van de Style gebruikt zullen worden (ON), of niet gebruikt zullen worden (OFF). Vanuit [MENU] kunt u ‘4.
Een nieuwe Style creëren De Style initialiseren (STYLE INITIALIZE) Hier ziet u hoe de uitvoeringsdata van de Style verwijderd wordt, en opnieuw op de gespecificeerde waardes wordt ingesteld. Een Style opnemen U kunt hiervoor twee opnamemethodes gebruiken: realtime Recording of Step recording. Selecteer de methode die het meest geschikt is voor uw situatie. Realtime Recording 1. Druk op [MENU] zodat de knop verlicht is. 2. Gebruik [ ][ ] om ‘Style Composer’ te selecteren, en 1.
Een nieuwe Style creëren Parameter Waarde REPLACE Rec Mode Uitleg Nieuw materiaal wordt opgenomen terwijl eerder opgenomen materiaal wordt gewist. Step recording 1. creëren, initialiseert u de Style (p.9) en gaat u verder met stap 4. Nieuwe noten worden bovenop eerder opgenomen noten opgenomen. MIX Als u wilt opnemen met gebruik van een bestaande Style, selecteer dan de gewenste Style (p.25 in de gebruikershandleiding). Geen aftelling. Opname OFF begint als u op [ drukt.
Een nieuwe Style creëren Parameter TONE Waarde Uitleg Nieuw materiaal wordt opgenomen terwijl eerder opgenomen materiaal wordt gewist. Rec Mode Octave Specificeert de locatie waarop de opname zal starten (MEAS: BEAT: TICK). C–B Specificeert de toonsoort waarin wordt opgenomen. -4–+4 Past de noten tijdens de opname in stappen van octaven aan. U kunt de volgende Tones aan elk Style Part toewijzen. Drums (ADrum): ritme sets. Bass (ABass): andere Tones dan ritme sets.
Een nieuwe Style creëren Als u de zojuist opgenomen Style wilt behouden, gaat u verder volgens de beschrijving van ‘De Style die u heeft opgenomen opslaan’ (p.12). I De relatie tussen Note Value Length en Gate Time De relatie tussen de lengte van de noot waarde en de Gate tijd wordt hieronder getoond. Aangezien de Song De Style die u heeft opgenomen opslaan Een door u opgenomen Style kan als een User Style worden opgeslagen. De volgende inhoud wordt opgeslagen.
Een nieuwe Style creëren 4. Gebruik [ ][ ][ ][ ] om de divisie die u wilt bewerken te selecteren, en druk op [ENTER]. De Prelude kan zowel hoofdletters als kleine letters weergeven, maar hiertussen wordt intern geen onderscheid gemaakt. Het STYLE COMPOSER ZOOM scherm verschijnt. Stel bijvoorbeeld dat een Style genaamd ‘ROCK’ is opgeslagen.
Een nieuwe Style creëren Parameter De noot timing corrigeren (Quantize) Waarde Uitleg Strength 0–100% Specificeert de toegepaste hoeveelheid timing correctie, relatief aan het Resolution timing interval. Als u ‘100%’ selecteert, zullen noten volledig in precieze intervallen van de gespecificeerde Resolutie worden gecorrigeerd. Met lagere waardes is de correctie minder strikt, en met een instelling van 0% zal er geheel geen correctie plaatsvinden.
Een nieuwe Style creëren Parameter Waarde Uitleg Selecteert de divisie. From (MEAS: BEAT: TICK) 0001: 01: 000– Specificeert het begin van de regio waarvan data gewist zal worden. To (MEAS: BEAT: TICK) 0001: 01: 000– Specificeert het einde van de regio waarvan data gewist zal worden. Data Type ALL, NOTE, MODULATION, PANPOT, EXPRESSION, REVERB, CHORUS, PC, PITCH BEND Specificeert het type data dat gewist zal worden.
Een nieuwe Style creëren Parameter Waarde Uitleg 000 TEMPORARY STYLE, 001– PART ADrum, ABass, Acc1–6, ALL Selecteert het Style Part van de kopieerbron. CHORD Maj, min, 7th, ALL Selecteert het akkoord. DIVISION INT1–4, INTALL, MAIN1–4, MAINALL, FILL1–4, FILLALL, END1– 4, ENDALL Selecteert de divisie. 0001: 01: 000– Specificeert het begin van de te kopiëren regio. Als u ALL als de SOURCE Part instelling heeft geselecteerd, wordt dit als ‘- - -’ getoond, en kan niet veranderd worden.
Een nieuwe Style creëren Copy Mode = REPLACE De toonhoogte verschuiven (Transpose) Copy Times = 1 Nadat deze operatie is uitgevoerd, is het niet mogelijk om de data naar zijn oorspronkelijke staat terug te brengen. Een lege ruimte invoegen (Insert) Deze functie transponeert de toonhoogte van de gespecificeerde regio. 1. In het ‘Style Edit Menu’ selecteert u ‘6. Transpose’. Druk dan op [ENTER]. Deze functie voegt een lege ruimte op de gespecificeerde Het STYLE EDIT TRANSPOSE scherm verschijnt.
Een nieuwe Style creëren De noot dynamiek wijzigen (Change Velocity) Parameter Waarde Magnify 0–200% Hiermee kan de Velocity meer eenvormig worden gemaakt, of de dynamiek laten afnemen of toenemen. Als Magnify in de buurt van 0% is ingesteld, zal de Velocity in de richting van 64 worden bijgesteld, en de Bias waarde zal aan elke Velocity waarde worden toegevoegd. Op deze manier kunt u de Velocity consistent maken, terwijl deze naar wens wordt aangepast.
Een nieuwe Style creëren Parameter Waarde Uitleg PART ADrum, ABass, Acc1–6, ALL Selecteert het Style Part waarvan de Gate tijden gewijzigd zullen worden. CHORD Maj, min, 7th Selecteert het akkoord. DIVISION INT1–4, MAIN1–4, FILL1–4, END1–4 Selecteert de divisie. 0001: 01: 000– Specificeert het begin van de regio waarvan de Gate tijden gewijzigd zullen worden. 0001: 01: 000– Specificeert het eind van de regio waarvan de Gate tijden gewijzigd zullen worden. 2.
Een nieuwe Style creëren De timing nauwkeuriger aanpassen (Shift Clock) Met gebruik van deze functie kunnen events van het gespecifi- Parameter Note Range Max Waarde Uitleg (Note Range Min value)–G9 Specificeert de hoogste toonhoogte waarvan de positie verschoven zal worden. ceerde data type in de gespecificeerde regio en binnen de gespecificeerde reeks toonhoogtes naar voren of naar achter 3. Selecteer ‘EXECUTE’ en druk dan op [ENTER]. worden verschoven. 1.
Een nieuwe Style creëren De maatsoort specificeren (Time Signature) Deze functie specificeert de maatsoort van de Style. 1. In het ‘Style Edit menu’ selecteert u ‘12. Time Signature’. Druk dan op [ENTER]. Het STYLE EDIT TIME SIGNATURE scherm verschijnt. 2.
Een nieuwe Style creëren Alleen de uitvoeringsdata die u wilt zien bekijken 1. Maat: Tel: Tik 2. Bank Select MSB/waarde Omdat er in het STYLE MICROSCOPE scherm vele events worden getoond, kan hetgeen u zoekt moeilijk te vinden zijn. Door te specificeren dat alleen bepaalde types uitvoeringsdata getoond zullen worden, is de data gemakkelijker te bekijken. Het is handig deze functie te gebruiken als u alleen een specifiek type uitvoeringsdata wilt bekijken of bewerken.
Een nieuwe Style creëren Style data automatisch generen (EZ CONVERT) Met gebruik van de Style data van een akkoord, kunt u Style Parameter DESTINATION data voor een ander akkoord automatisch genereren. Dit Waar de Uitleg Major, minor, 7th Selecteert het akkoord waarvan de Style data automatisch gegenereerd zal worden. Als SOURCE op Auto staat, wordt de DESTINATION ook op Auto ingesteld. wordt de ‘EZ Convert’ functie genoemd.
Een Song creëren U kunt de 16 track recorder van de Prelude gebruiken om 1 Songs te creëren. 4 2 Uw uitvoering opnemen terwijl u speelt 3 5 6 7 U kunt de uitvoering op het toetsenbord opnemen terwijl u 1. Song naam. naar een begeleiding luistert, en vervolgens de opgenomen 2. Part: op te nemen Part. uitvoering beluisteren. 3. Het Tone nummer van elk Part. Als u het afspelen van de Style ook wilt opnemen, zet u 4. Verplaats de cursor hier naar toe en druk op [ENTER] [STYLE] aan.
Een Song creëren Upper/Lower MFX (p.40 in de gebruikershandleiding) wordt alleen op de realtime uitvoeringen van het Part (Upper Part of Lower Part) dat u handmatig speelt toegepast. Wees ervan bewust dat Upper/Lower MFX niet op de opgenomen songdata wordt toegepast. U kunt specificeren of de metronoom tijdens de opname zal klinken. Zie ‘De metronoom gebruiken’ (Gebruikershandleiding p.23). Manieren voor het creëren van een Song Globaal gesproken zijn er twee manieren om een Song te creëren.
Een bestaande Song bewerken Parameter De geluiden van de Song veranderen (SONG MAKEUP) U kunt de Tone die in elk Part van de Song wordt gebruikt ver- SOLO Waarde Uitleg Specificeert of alleen dit Part hoorbaar is (ON), of niet (OFF). Gebruik [ ][ ] om het Part waarop de cursor zich bevindt aan te zetten. OFF, ON anderen, en de volume of effectbalans van de Parts aanpassen.
Een bestaande Song bewerken 2. SONG MFX scherm Als het WRITE MENU scherm verschijnt, gebruikt u [ U kunt vanuit het SONG TRACK scherm naar dit scherm gaan [ door de cursor naar ‘MFX’ te verplaatsen en op [ENTER] te Het SONG NAME scherm verschijnt. ] ] om ‘Song’ te selecteren. Druk dan op [ENTER]. drukken. Vanuit het SONG MFX SETTING scherm gaat u naar dit scherm door [ ] in te drukken. De Song een naam geven 3.
Een nieuwe Song creëren De Song initialiseren (SONG INITIALIZE) Hier ziet u hoe de uitvoeringsdata van een Song gewist kan worden, en de Song opnieuw op de gespecificeerde waar- Een Song opnemen Er zijn twee opname methodes: realtime Recording en Step recording. Gebruik de methode die het meest geschikt is voor uw situatie. des wordt ingesteld. Als u de Song data bewerkt, gaan de SONG MAKEUP instellingen verloren. 1. Druk op [SONG]. 2.
Een nieuwe Song creëren 4. Gebruik [ ][ ][ ][ ] om een parameter te selecteren, en draai aan de VALUE knop om de waarde te • Als u wilt opnemen terwijl de begeleiding van de Arranger is te horen, stelt u Backing = STYLE in (p.23 in de gebruikershandleiding) voordat u met opnemen begint. bewerken. Parameter Waarde Uitleg Selecteert het op te nemen Part. PART 1–16 TONE Selecteer een Tone. REPLACE Nieuw materiaal wordt opgenomen terwijl eerder opgenomen materiaal wordt gewist.
Een nieuwe Song creëren 4. Druk op [SONG REC] om REC TYPE in ‘STEP REC’ te veran- Parameter Waarde Uitleg 1–100% Specificeert de tijdsduur tussen de Note-on en note-off, als percentage van de noot waarde. Selecteer een kleinere waarde om een staccato gevoel te creëren, of een hogere waarde om een tenuto of slur te creëren. Normaalgesproken stelt u dit op ongeveer 80% in. REAL, 1–127 Specificeert de Velocity van de noten die worden ingevoerd.
Een nieuwe Song creëren waarde gewoonlijk niet veranderd te worden. Specificeer simpelweg de NOTE waarde en de toonhoogte (door het toetsenbord te bespelen). Een akkoord invoeren De Song die u heeft opgenomen opslaan Speel het akkoord. De invoer positie verplaatst naar de vol- Zo wordt een Song die u heeft opgenomen opgeslagen. gende stap nadat u alle toetsen heeft losgelaten. De volgende inhoud zal opgeslagen worden. Als u klaar bent met opnemen, drukt u op [ ].
Een nieuwe Song creëren 4. Druk op [ENTER] om de Song op te slaan. Als u op [EXIT] drukt, keert u naar het vorige scherm terug zonder de Song op te slaan. Het Song Edit Menu venster is ook vanuit het ‘SONG TRACK’ scherm te bereiken, door [MENU] in te drukken. 4. Als u dezelfde naam als die van een bestaande Song heeft toegewezen, zal een scherm verschijnen waarin u wordt gevraagd het overschrijven van de bestaande Song te bevestigen.
Een nieuwe Song creëren De noot timing corrigeren (Quantize) Deze functie corrigeert de timing van de uitvoeringsdata in de gespecificeerde regio. 1. In het ‘Song Edit Menu’ selecteert u ‘1. Quantize’. Druk op [ENTER]. Het SONG EDIT QUANTIZE scherm verschijnt. 3. Selecteer ‘EXECUTE’ en druk dan op [ENTER]. Nadat deze operatie is uitgevoerd kan de data niet meer naar de oorspronkelijke staat worden teruggebracht.
Een nieuwe Song creëren Parameter Range Max 3. Waarde Uitleg Uitvoeringsdata kopiëren (Copy) (Alleen als Data Type = NOTE of CC) Deze functie kopieert de uitvoeringsdata van de gespecifi- Als Data Type = NOTE: (Range Min waarde)-G9 Als Data Type = CC: (Range Min waarde)-127 ceerde regio. Dit is handig wanneer u een bestaande Style Specificeert de hoogste noot (Note) of hoogste waarde (CC) van de data die gewist zal worden. opnieuw wilt gebruiken. 1. In het ‘Song Edit Menu’ selecteert u ‘4. Copy.
Een nieuwe Song creëren 3. In het SONG EDIT COPY =SOURCE= scherm selecteert u ‘DESTINATION’ en druk op [ENTER]. Het SONG EDIT COPY =DESTINATION= scherm verschijnt. Een lege ruimte invoegen (Insert) Deze functie voegt een lege ruimte op de gespecificeerde locatie in. Uitvoeringsdata volgend op deze locatie wordt teruggeplaatst, om plaats te maken voor de ingevoegde lege ruimte. De uitvoeringsdata wordt verlengd met de ingevoegde hoeveelheid. 1. 4.
Een nieuwe Song creëren 1. De toonhoogte verschuiven (Transpose) In het ‘Song Edit Menu’ selecteert u ‘7. Change Velocity’. Druk dan op [ENTER]. Het SONG EDIT CHANGE VELOCITY scherm verschijnt.. Deze functie transponeert de toonhoogte van de gespecificeerde regio. 1. In het ‘Song Edit Menu’ selecteert u ‘6. Transpose’. Druk dan op [ENTER]. 2. Het SONG EDIT TRANSPOSE scherm verschijnt.
Een nieuwe Song creëren De tijdsduur van de noten veranderen (Change Gate Time) Deze functie wijzigt de tijdsduur van de noten in de gespecificeerde regio. 1. Uitvoeringsdata vervangen (Global Change) Deze functie vervangt de gespecificeerde MSB, LSB, en PC waardes door andere MSB, LSB, en PC waardes. U kunt ook een relatieve aanpassing op de regelingswaardes (Expres- In het ‘Song Edit Menu’ selecteert u ‘8. Change Gate Time’. Druk dan op [ENTER]. Het SONG EDIT CHANGE GATE TIME scherm verschijnt.
Een nieuwe Song creëren Parameter Waarde Uitleg Parameter Waarde Uitleg PANPOT -127–127 Past de Panpot waardes aan. (Alleen als Data Type = NOTE of CC) REVERB -127–127 Past de Reverb waardes aan. CHORUS -127–127 Past de Chorus waardes aan. Als Data Type = NOTE: C-(Range Max waarde) Als data Type = CC: 0-(Range Max waarde) Range Min 3. Selecteer ‘EXECUTE’ en druk dan op [ENTER]. Nadat deze operatie is uitgevoerd, is het niet mogelijk de data in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen.
Een nieuwe Song creëren Parameter DESTINATION PART Waar de Uitleg 1–16 Selecteert het Song Part van de samenvoeging bestemming. U kunt niet hetzelfde Part als de Source selecteren. De uitvoeringsdata van het geselecteerde Source Part zal verloren gaan. Data zoals Program Changes zullen ook worden samenge- Nadat deze operatie is uitgevoerd, is het niet mogelijk de data in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen.
Een nieuwe Song creëren 5. 1. Druk op [EXIT] om het View Select venster te sluiten. Gebruik [ ][ ] om de data die u wilt bewerken te selecteren, en gebruik de VALUE draaiknop om de waarde te bewerken. U kunt de [0]-[4] knoppen gebruiken om de volgende operaties uit te voeren. Knop Uitleg Voegt een nieuw Event op de gewenste locatie in. Als u op [0] (CREATE) drukt, zal het Create Event venster geopend worden. Type: [0] (CREATE) 2.
Een nieuwe Song creëren Data die op de gehele Song wordt toegepast bewerken (SONG MASTER TRACK) U kunt individuele MIDI events van de data die op de gehele Song wordt toegepast (d.w.z: System Exclusive, Tempo, en Knop Als [0] (CREATE) wordt ingedrukt, wordt het Create Event venster geopend. Type: [0] (CREATE) Beat data) bewerken. 1. Selecteer de Song die u wilt bewerken (p.29 in de gebruikershandleiding). 2. Druk op [SONG]. 3. Druk op [PART VIEW].
Een nieuwe Song creëren System Exclusive berichten, waarin MFX en andere instellingen voor de Prelude worden opgeslagen, zullen aan het begin van de Song worden opgenomen. Daarom mogen de System Exclusive berichten die niet in de MIDI Implementatie worden genoemd nooit worden bewerkt. De MIDI Implementatie voor de Prelude kan van de Roland website worden gedownload. 7. Als u de bewerkte Song wilt behouden, gaat u verder volgens de beschrijving in ‘De Song die u heeft opgenomen opslaan’ (p.31).
Overige toegevoegde functies STYLE FINDER SYSTEM PEDAL In het ‘STYLE FINDER’ scherm kunt u de vastgelegde Styles op nummer, naam, of tempo sorteren. (Gebruikershandleiding p.45) Op die manier kunt u de gewenste Style binnen het grote aan- In de System Pedal instelling kunt u nu BEND MODE aan het tal Styles gemakkelijk vinden. pedaal toewijzen. 1. 1. Druk op [MENU]. 2. Druk op [ENTER]. 3. Gebruik [ Druk op [STYLE].
Overige toegevoegde functies SYSTEM STYLE MIDI (NTA) U kunt Program Change berichten ontvangen om tussen divisies van de Style af te wisselen, of maken dat Program Change berichten verzonden worden wanneer u tussen divisies van de Style afwisselt. Ook kan akkoord invoer van een extern MIDI toetsenbord worden ontvangen. 1. Druk op [MENU]. 2. Druk op [ENTER]. 3. Gebruik [ ][ ] tom het SYSTEM STYLE MIDI scherm te selecteren, en gebruik [ ][ Wat is NTA? Dit staat voor ‘Notes To Arranger’.
Overige toegevoegde functies Chord Zone (Gebruikershandleiding p.37) Een nieuwe ‘Chord Zone’ parameter is aan de uitvoeringsinstellingen toegevoegd, waarmee u de toetsenreeks voor akkoord detectie kunt specificeren. 1. Druk op [MENU]. 2. Gebruik [ ][ ] om ‘Perform Edit’ te selecteren, en druk dan op [ENTER]. 3. Gebruik [ ][ ] om het PERFORM GENERAL scherm te selecteren (als dat niet al geselecteerd is), en gebruik [ ][ ] om ‘Chord Zone’ te selecteren. 4.
Storingsberichten met betrekking tot het creëren van Styles en Songs Bericht Edit Error! Betekenis Het bewerken van de Style/Song data is mislukt. Actie Zorg dat de instellingen met betrekking tot bewerking correct zijn. Controleer of divisie data aanwezig is voor het akkoord dat u als de bron heeft geselecteerd. EZ Convert Error! EZ Convert is mislukt. Style Full! Opnemen is niet mogelijk omdat het maximale aantal events dat in een Style kan worden opgeslagen is overschreden.
Index B O BEND MODE ...............................................................43 Bewerken Song ......................................................................32 Style.......................................................................13 Bias ................................................................. 18, 36-37 Opslaan Song................................................................ 27, 31 Style ..................................................................
R®