Operation Manual

16
Belgedrag
Belgedrag
De ingebouwde faxschakelaar maakt het mo-
gelijk te telefoneren of faxen op een enkele
telefoonaansluiting met gebruik van extra ap-
paratuur. De faxschakelaar scheidt faxen en te-
lefoongesprekken. Hij kan bijvoorbeeld faxen
stil ontvangen, zonder belsignaal, zodat u niet
gestoord wordt.
Met de functies voor overdag S en ‘s nachts
M kunt u zelf instellen hoe vaak het apparaat
moet overgaan, voordat een faxbericht wordt
ontvangen of het antwoordapparaat wordt in-
geschakeld.
Door de klokfunctie U kan uw faxapparaat zelf
automatisch kiezen voor de S en Mmodus.
Klok U
De ingebouwde klok U maakt onderscheid tus-
sen dag S en nacht M. Met de standaardin-
stellingen gaat de fax overdag over, zowel voor
faxberichten als telefoongesprekken.s Nachts
(van 22:00 tot 06:00 uur) worden faxen ontvan-
gen zonder signaal en bij een telefoonoproep
klinkt het faxapparaat met een verminderde ge-
luidssterkte.
Als u het symbool U ziet, is de klok ingescha-
keld. Voor het in- of uitschakelen van de klok
houdt u de U toets twee seconden ingedrukt.
Wanneer u de tijden waarop het apparaat om-
schakelt van dag S naar nacht M wilt wijzi-
gen:
1 Selecteer functie 33 door op uw fax achter-
eenvolgens M, 33 en OK in te drukken.
2 Voer de tijd in waarop uw faxtoestel automa-
tisch moet omschakelen naar S (bijvoor-
beeld: 08 00 voor 8:00 uur) en bevesti-
gen met OK.
3 Voer de tijd in waarop uw faxtoestel auto-
matisch moet omschakelen naar M (bijvoor-
beeld: 23 30 voor 23:30 uur) en beves-
tigen met OK.
Modus SM instellen
met ingebouwd antwoordapparaat
Menuonderdeel Instelmogelijkheden
BEL ant. app.: 0, 1, 2, 3, 4, 5,
6, 7, 5/2
BELLEN FAX:
0, 1, 2, 3, 4, 5,
ONTVANGST HanDM.
BELVOLUME: ZACHT, miDDel, luID
MEELUISTEREN: aAN, UIT
1 Selecteer functie 31 (dag) door op uw fax
achtereenvolgens M, 31 en OK in te
drukken.
2 Kies met u, hoe vaak de fax moet rinke-
len voordat het antwoordapparaat wordt in-
geschakeld. BEL ANT.APP.:5/2
3 Bevestig dit met OK.
4 Voer het aantal belsignalen in waarna de fax
opneemt en faxberichten scheidt van tele-
foongesprekken. Bij een faxbericht wordt
de fax ingeschakeld voor ontvangst. Bij een
gesprekssignaal blijft het apparaat over-
gaan bellen fax: 5
5 Bevestig dit met OK.
6 Met u stelt u in hoe luid het toestel bij
ontvangst van een oproep moet rinkelen.
Druk op OK. BELVOLUME: LUID
7 Als u wilt kunnen meeluisteren wanneer
een beller een bericht inspreekt, kiest u met
u MEELUISTEREN: AAN, uit
8 Bevestig dit met OK.
9 Als u ook de modus M wilt instellen, kiest u
functie 32 (nacht) (M 32 OK) en herhaalt
u stappen 2 t/m 8.
zonder ingebouwd antwoordapparaat
Menuonderdeel Instelmogelijkheden
BELLEN TOTAAL: 0, 1, 2, 3, 4, 5,
6, 7
BELLEN FAX:
0, 1, 2, 3, 4, 5,
ONTVANGST HanDM.
BELVOLUME: ZACHT, miDDel, luID
1 Selecteer functie 31 (dag) door op uw fax
achtereenvolgens M, 31 en OK in te
drukken.
2 Stel met u het aantal belsignalen in
waarna de fax overschakelt op ontvangst
van faxberichten wanneer nog niet is opge-
nomen. bellen totaal: 5
3 Bevestig dit met OK.
4 Voer nu het aantal belsignalen in waarna
de faxschakelaar de oproep moet over-
nemen en faxen van telefoongesprekken
moet scheiden. Bij een faxbericht wordt de
fax ingeschakeld voor ontvangst. Bij een
telefoonsignaal blijft het apparaat over-
gaan. bellen FAX: 5
5 Bevestig dit met OK.
6 Met u stelt u in hoe luid het toestel
bij ontvangst van een oproep moet rinke-
len. BELVOLUME: LUID