Operation Manual

24
Faxen & Kopiëren
Als u een gesprek op de draadloze telefoon
aanneemt en hoort dat het om een faxbericht
gaat, drukt u op *5 en OK (zie het hoofdstuk
Telefoon / Easylink). Als u de oproep van de
fax met z aanneemt, moet u op START druk-
ken om met het ontvangen van het faxbericht
te beginnen.
Bij een extra telefoon
Wanneer u een extra aangesloten telefoon op-
neemt en merkt dat het om een fax gaat, drukt u
op *5 en legt u de hoorn weer neer. Het fax-
apparaat ontvangt dan de fax.
Fax ontvangen zonder papier
Is de papierinvoer leeg of de inktfi lm opgebruikt,
dan wordt een inkomend faxbericht in het ge-
heugen geplaatst (de geheugencapaciteit be-
draagt in uitvoeringen zonder antwoordappa-
raat ongeveer 15 pagina‘s en in uitvoeringen
met antwoordapparaat ongeveer 50 pagina‘s
Slerexe-Letter). Als het geheugen documen-
ten bevat, wordt het symbool h in het display
weergegeven. Nadat papier en/of een inktfi lm
is aangebracht, drukt de fax automatisch alle
opgeslagen documenten af.
Als een fax volledig werd afgedrukt, wordt ze
automatisch uit het geheugen gewist. Als het
afdrukproces onderbroken wordt, blijven alle
faxen die niet volledig werden afgedrukt be-
waard in het geheugen. Wanneer het geheu-
gen vol is, kunnen er geen pagina’ s meer wor-
den opgenomen. Het rood indicatielampje v
knippert en op het display wordt de volgende
melding weergegeven: GEHEUGEN VOl.
Rondzenden
Deze functie is met name erg handig wanneer
u dezelfde fax aan meerdere personen wilt stu-
ren (rondschrijven).
1 Leg het document met de bedrukte zijde
naar boven in de documenteninvoer. Druk,
voordat de verbinding tot stand wordt ge-
bracht, op RES, als u een betere beeldkwa-
liteit wilt kiezen.
2 Selecteer functie 25 door op uw fax achter-
eenvolgens M, 25 en OK in te drukken.
Het in de invoer geplaatste document wordt
automatisch gescand en in het geheugen
opgeslagen.
3 U heeft de volgende mogelijkheden om
nummers in de ontvangerlijst in te voeren:
voer ze in met het numerieke toetsenbord
of selecteer een nummer/groep uit de tele-
foongids door op a en u te druk-
ken.
4 Wanneer u de gewenste nummers heeft in-
gevoerd, drukt u op OK. De nummers wor-
den in de ontvangerlijst ingevoerd. Daarna
kunt u nog meer nummers aan de lijst toe-
voegen, totdat u maximaal 25 ontvangers
hebt ingevoerd.
5 Druk op START/COPY om het document
te verzenden.
Het document wordt op volgorde naar alle inge-
voerde personen verzonden.
Aan een groep rondzenden
Naast de functie 25 kunt u ook met functie 46
(zie het hoofdstuk Telefoon/Groep) faxen aan
een groep verzenden. De ontvangerlijst kan
echter niet meer worden gewijzigd in functie
46!
1 Neem de documenten (maximaal 10 zijden)
en plaats de vellen losjes met de bedrukte
zijde naar voren, in de documentdoorvoer-
gleuf.
2 Roep functie 46 op de fax op (druk op M,
46 en OK) en selecteer met u de ge-
wenste groep van 1 tot 5. Druk op OK.
3 Selecteer met u FAX VERZENDEN?
en druk op START/COPY. Het document
wordt op volgorde naar alle ingevoerde per-
sonen verzonden.
Mocht verzending naar een van de ontvan-
gers niet mogelijk zijn, dan gaat uw toestel
verder met de eerstvolgende in de lijst en
doet tenslotte nog een poging tot verzending
naar het desbetreffende nummer. Na de ver-
zending wordt automatisch een verzendbe-
richt afgedrukt.
Resolutie
Wanneer u de beeldkwaliteit van uw faxappa-
raat wilt verbeteren, hebt u verder de beschik-
king over de opties FINE (voor klein gedrukte
teksten of tekeningen) en PHOTO (voor fo-
to’s en afbeeldingen). Met de toets RES kunt
u voor een van deze mogelijkheden kiezen. De
gekozen optie wordt door een symbool op het
display gemarkeerd. Na verzending van de fax
of na 40 seconden, als de documentinvoerope-
ning geen documenten bevat, wordt de stan-
daard-resolutie weer actief. De overdracht van
documenten duurt langer in de modus FINE of
de modus PHOTO.