User manual

Zelftestfunctiecontrole
Controleer de volgende punten zelf voordat u het servicecenter belt.Neem contact op met het
servicecenter als u het probleem zelf niet kunt oplossen.
Zelftestfunctiecontrole | Niet-optimale modus |
Onderhoud en reinigen | Symptomen en aanbevolen handelingen
1. Zelftestfunctiecontrole
Uw monitor beschikt over een zelftest functie waarmee u kunt controleren of de monitor goed werkt.
1. Zet zowel uw computer als de monitor uit.
2. aal de video signaalkabel uit de connector van de computer.
3. Zet de monitor aan.
De onderstaande afbeelding ("Signaalkabel controleren") verschijnt tegen een zwarte achtergrond
wanneer de monitor normaal functioneert maar geen videosignaal waarneemt: in de zelftestmodus
blijft de groende LED branden en verplaatst het figuur zich over het scherm.
4. Zet uw monitor uit en sluit de video signaalkabel weer aan. Zet vervolgens de computer en de
monitor weer aan.
Als u geen beeld hebt maar de bovenstaande zelftest wel lukt, controleer dan de videokaart en de
computer. Uw monitor is dan in orde.
2. Niet-optimale modus
U kunt de resolutie van het scherm ook hoger instellen dan 1360x768. Er zal dan echter enige tijd een
bericht worden weergegeven. Gedurende die tijd, kunt u kiezen de resolutie van het scherm te wijzigen of
de huidige resolutie te behouden. Als de vernieuwingsfrequentie hoger is dan 85 Hz, zal het scherm zwart
worden omdat frequenties hoger dan 85 Hz niet door de monitor worden ondersteund.