User manual

14
Identificatie van functies
Functie Omschrijving
Inschakelen
Het blauwe lampje knippert en gaat vervolgens uit als de camera gereed is voor het maken van een opname
Na het maken van een opname
Het blauwe lampje knippert eenmaal
Tijdens opname van filmclip
Blauwe lampje knippert met tussenpozen van 1 seconde
Tijdens spraakopname Blauwe lampje knippert met tussenpozen van 1 seconde
Na selectie van de afstandsbedieningsmodus
Blauwe lampje knippert met tussenpozen van 1 seconde
De eerste 7 seconden knippert het lampje éénmaal per seconde.
Gedurende de laatste 3 seconden knippert het lampje éénmaal per 0,25 seconde.
* De lamp werkt tijdens het gebruik van de zelfontspanner zelfs als
de lamp is uitgeschakeld in de configuratie.
(Op basis van zelfontspanner van 10 seconden. Zie p.36)
Kleur Status Camerastatus
Knipperend
Opnamemodus (druk lichtjes op de sluiterknop): Niet scherpgesteld.
PC-modus: Bezig met verzenden van gegevens
Opnamemodus (druk lichtjes op de sluiterknop): Scherpgesteld.
PC-modus: Als de USB-kabel is aangesloten.
Aan
Groen
Kleur Status Camerastatus
Knipperend
Flitser tijdens het opladen
Flitser gereed
Aan
Rood
Lampje voor automatische scherpte-instelling
Functielampje en lampje voor zelfontspanner
Lampje voor flitser
Kleur Status Camerastatus
Aan
Het LCD-scherm wordt uitgeschakeld met de LCD-knop.Groen
Lampje schijf voor modusselectie
Terwijl de zelfontspanner
is ingeschakeld
Moduspictogrammen
MODUS
Pictogram
Pictogram
MODUS
SCÈNE
AUTO
PROGRAMMA
A/S/M
MijnINST
SPRAAKOPNAME
FILMCLIP
NACHTSCÈNE
AFSPELEN
KINDEREN
LANDSCHP
CLOSE-UP
PORTRET
Z.ONDERG
DAGERAAD
TGNLICHT
VUURWERK STRND&SN
TEKST