User manual

Connectiviteit
101
GPS
Het apparaat is uitgerust met een GPS-ontvanger
(satellietnavigatiesysteem). Hier ontdekt u hoe u locatieservices
kunt activeren.
Voor een beter GPS-signaal gebruikt u uw apparaat in de volgende
situaties best niet:
tussen gebouwen, in tunnels of ondergrondse passages of in
gebouwen
in slechte weersomstandigheden
in de buurt van hoogspanningsmasten of elektromagnetische
velden
in een voertuig met beschermende folie tegen de zon
Raak de interne antenne niet aan en bedek deze niet met uw
handen of andere voorwerpen tijdens het gebruik van de
GPS-functies.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Locatieservices inschakelen
U moet locatieservices activeren als u informatie over locatie wilt
ontvangen en op de map wilt zoeken.
Open de lijst met applicaties en selecteer
1
Instellingen
Locatie en beveiliging.
Configureer de volgende instellingen om locatieservices te
2
activeren:
Optie Functie
Draadloze
netwerken
gebruiken
Stel deze optie in om een WLAN en/
of mobiel netwerk te gebruiken om uw
locatie te bepalen.
GPS-satellieten
gebruiken
Instellen dat de GPS-satelliet wordt
gebruikt om uw locatie te bepalen.