Operation Manual

Instellingen
107
Wachtwoord wijzigen• : het wachtwoord van het toestel
wijzigen.
SIM-blokkering
• : de functie voor SIM-kaartvergrendeling in- of
uitschakelen. Deze functie zorgt dat u het wachtwoord voor
de SIM-kaart of USIM-kaart moet ingeven wanneer u de kaart
verwisselt.
PIN-blokkering
• : de functie voor pinvergrendeling in- of
uitschakelen. Deze functie zorgt dat het toestel pas kan
worden gebruikt nadat de PIN-code is ingevoerd.
PIN wijzigen
• : de PIN-code van de SIM-kaart wijzigen.
FDN-modus
• : de FDN-modus (Fixed Dialling Mode) in- of
uitschakelen. In deze modus kunt u alleen telefoonnummers in
de FDN-lijst bellen.
PIN2 wijzigen
• : de tweede PIN-code wijzigen, die dient ter
beveiliging van de primaire PIN-code.
Sociale netwerkproelen
Selecteer een verbindingsproel voor het gebruik van
communitywebsites.
Installatie-instellingen
De standaardgeheugenlocatie selecteren waar nieuwe
toepassingen worden geïnstalleerd.
Beveiliging
Open en wijzig de volgende instellingen om uw toestel en
gegevens te beveiligen:
Telefoonblokkering
• : de toestelblokkering in- of uitschakelen.
Deze functie zorgt dat het toestel pas kan worden gebruikt
nadat het wachtwoord is ingevoerd.
Privacyblokkering
• : diverse typen gegevens als
privégegevens instellen. Privégegevens zijn alleen met het
telefoonwachtwoord toegankelijk.
Mobiel opsporen
• : de functie Mobiel opsporen in- of
uitschakelen. Deze functie helpt u uw toestel in geval van
verlies of diefstal terug te vinden.
blz. 29