Operation Manual
Table Of Contents
- Informatie over gezondheid en veiligheid
- Algemene problemen oplossen
- Beknopt overzicht
- Inhoud
- Basisfuncties
- Uitpakken
- Onderdelen en knoppen van de camera
- De batterij en geheugenkaart plaatsen
- De batterij opladen en de camera inschakelen
- De eerste instellingen uitvoeren
- Uitleg over de pictogrammen
- Het aanraakscherm gebruiken
- Het geluid instellen
- Het startscherm gebruiken
- De Helpmodus gebruiken
- Foto's maken
- Tips om betere foto's te maken
- Uitgebreide functies
- Opnamemodi gebruiken
- De Smart Auto-modus gebruiken
- De modus 3D-foto gebruiken
- De modus Live Panorama gebruiken
- De Scènemodus gebruiken
- De Nachtmodus gebruiken
- De Close-upmodus gebruiken
- De Timeropnamemodus gebruiken
- De modus Touch-opname gebruiken
- De DUAL IS-modus gebruiken
- De Programmamodus gebruiken
- De Filmmodus gebruiken
- De Slimme filmmodus gebruiken
- De portretmodi gebruiken
- Effectmodi gebruiken
- Opnamemodi gebruiken
- Opname-instellingen
- Weergeven en bewerken
- Instellingen
- Aanvullende informatie

Aanvullende informatie
129
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie Mogelijke oplossing
De flitser gaat
onverwachts af
De flitser wordt mogelijk geactiveerd vanwege
statische elektriciteit. Dit duidt niet op een
defect van de camera.
De datum en tijd
kloppen niet
Stel de datum en tijd in bij de
scherminstellingen. (pag. 115)
Het aanraakscherm of
de knoppen werken
niet
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
Het camerascherm
reageert niet goed
Als u de camera bij zeer lage temperaturen
gebruikt, kan het camerascherm verkleuren
of slecht functioneren. Voor betere prestaties
van het scherm moet de camera bij normale
temperaturen worden gebruikt.
De geheugenkaart
heeft een fout
•
Schakel de camera uit en weer in.
•
Verwijder de geheugenkaart en plaats
deze weer terug.
•
Formatteer de geheugenkaart.
Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van
geheugenkaarten' voor meer informatie.
(pag. 123)
Er kunnen geen
bestanden worden
afgespeeld of
weergegeven
Als u de naam van een bestand wijzigt,
kan de camera dit bestand mogelijk niet
afspelen of weergeven (de bestandsnaam
moet aan de DCF-normen voldoen). In
dergelijke gevallen kunt u de bestanden op
een computer afspelen of weergeven.
Situatie Mogelijke oplossing
De foto's zijn onscherp
•
Controleer of de ingestelde scherpsteloptie
voor close-upfoto's geschikt is. (pag. 65)
•
Controleer of de lens schoon is. Reinig de
lens indien nodig. (pag. 120)
•
Zorg dat het onderwerp zich binnen het
bereik van de flitser bevindt. (pag. 132)
De kleuren in de foto
zijn anders dan de
daadwerkelijke kleuren
Een onjuiste witbalans kan voor
onrealistische kleuren zorgen. Selecteer
de juiste witbalansoptie voor de lichtbron.
(pag. 75)
De foto is te licht
De foto is overbelicht.
•
Schakel de flitser uit. (pag. 62)
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 64)
•
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 73)
De foto is te donker
De foto is onderbelicht.
•
Schakel de flitser in. (pag. 62)
•
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 64)
•
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 73)