User manual

Geavanceerde functies
30
Opnamemodi
De Scènemodus gebruiken
Maak een foto met vooraf ingestelde opties voor een specifieke
scène.
1
Druk in de opnamemodus op [ ].
2
Selecteer Scène een scène.
Magisch kader
Beautyshot
Objectmarkering
Nacht
Landschap
Tekst
Zon onder
Deze modus is geschikt voor
landschapsopnamen
• Als u de scènemodus wilt wijzigen, drukt u op [ ] en
selecteert u Scène een scène.
• Zie "De modus Magisch kader gebruiken" op pagina 31 voor
informatie over de modus Magisch kader.
• Voor de Beautyshotmodus, zie “De Beautyshot-modus
gebruiken” op bladzijde 32.
• Zie "De modus Objectmarkering gebruiken" op pagina 33 voor
informatie over de modus Objectmarkering.
• Voor de Nachtmodus, zie “De Nachtmodus gebruiken ” op
pagina 34.
4
Druk [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken.
• Als de camera geen scènemodus herkent, wordt weergegeven
en worden de standaardinstellingen gebruikt.
• Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de
camera geen portretmodus selecteert. Dit hangt af van de positie van
het onderwerp en de lichtval.
• Door verscheidene opnameomstandigheden kan het gebeuren dat
de camera de juiste scène niet kan selecteren, bijvoorbeeld door het
trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp.
• Zelfs als u een statief gebruikt, wordt de modus
mogelijk niet
herkend, afhankelijk van de bewegingen van het onderwerp.
• In de modus
mode verbruikt de camera meer stroom van de
batterij omdat de instellingen vaker worden gewijzigd om de juiste
scènes te kiezen.