User manual

Problemen oplossen_106
Problemen met kopiëren
Losse toner
Reinig de binnenkant van het apparaat. Neem
contact op met de serviceafdeling.
Controleer de papiersoort en de kwaliteit van het
papier. (Zie "Specificaties van afdrukmateriaal"
op pagina 34.)
Verwijder de beeldeenheid en plaats een nieuwe.
(Zie "De beeldeenheid vervangen" op
pagina 87.)
Lost dit het probleem niet op, dan moet het
apparaat mogelijk worden gerepareerd. Neem
contact op met de serviceafdeling.
Openingen in
tekens
Letters worden onvolledig afgedrukt, er zijn witte
plekken op plaatsen die zwart zouden moeten zijn:
Als dit probleem optreedt bij transparanten,
probeer dan een andere soort. Wegens de
samenstelling van de transparant zijn enkele
onvolledige tekens normaal.
Misschien drukt u af op de verkeerde kant van
het materiaal. Verwijder het papier en draai het
om.
Mogelijk voldoet het papier niet aan de
papierspecificaties. (Zie "Specificaties van
afdrukmateriaal" op pagina 34.)
Horizontale strepen
Controleer bij horizontale zwarte strepen of vegen
het volgende:
Mogelijk is de beeldeenheid verkeerd
geïnstalleerd. Verwijder de cassette en plaats
deze opnieuw.
Mogelijk is de beeldeenheid defect. Verwijder
de tonercassette en plaats een nieuwe. (Zie "De
tonercassette vervangen" op pagina 85.)
Lost dit het probleem niet op, dan moet het
apparaat mogelijk worden gerepareerd. Neem
contact op met de serviceafdeling.
Krullen
Als het afgedrukte papier opkrult of als het papier
niet wordt ingevoerd, doet u het volgende:
Draai de stapel papier in de lade om. Probeer
het papier ook eens 180° te draaien in de lade.
Stel de resolutie van de printer anders in en
probeer het opnieuw. Ga naar de
printereigenschappen, klik op het tabblad
Papier en stel het type in op Dun papier.
Raadpleeg de sectie Software voor meer
informatie.
Er verschijnt
voortdurend een
onbekende
afbeelding op
enkele vellen, of er
zit losse toner op
de afdruk, of de
afdruk is te licht of
vuil.
Waarschijnlijk gebruikt u de printer op een hoogte
van 1.000 meter of meer.
Dergelijke hoogten kunnen de afdrukkwaliteit
beïnvloeden (bijvoorbeeld losse toner of lichte
afdruk). U kunt deze optie instellen in de
eigenschappen van het printerstuurprogramma op
het tabblad Papier of Printer. (Zie
"Hoogteaanpassing" op pagina 28.)
PROBLEEM VOORGESTELDE OPLOSSINGEN
A
PROBLEEM VOORGESTELDE OPLOSSINGEN
Kopieën zijn te licht
of te donker.
Maak de achtergrond van kopieën lichter of
donkerder met behulp van de pijlen Licht en
Donker.
Vegen, strepen of
vlekken op de
kopieën.
Druk op de pijlen Licht en Donker om de
achtergrond van uw kopieën lichter te maken
als de onregelmatigheden zich op het
origineel bevinden.
Als het origineel geen onregelmatigheden
vertoont, moet u de scannereenheid reinigen.
(Zie "Scannereenheid reinigen" op
pagina 85.)
Kopie staat scheef. Zorg dat het origineel met de bedrukte zijde
naar beneden op de glasplaat van de scanner
is geplaatst of met de bedrukte zijde naar
boven in de DADI.
Plaats het kopieerpapier op de juiste manier in
het apparaat.
Kopieën zijn blanco. Zorg dat het origineel met de bedrukte zijde naar
beneden op de glasplaat van de scanner is
geplaatst of met de bedrukte zijde naar boven in
de DADI.
Afdruk geeft
gemakkelijk af.
Vervang het papier in de lade door papier uit
een ander pak.
In vochtige omstandigheden moet u papier
niet te lang ongebruikt in het apparaat laten
zitten.
Kopieerpapier loopt
regelmatig vast.
Waaier de stapel papier uit en leg deze
ondersteboven terug in de lade. Vervang het
papier in de lade door papier uit een ander
pak. Controleer de papiergeleiders en stel ze
indien nodig beter af.
Gebruik alleen afdrukpapier met het juiste
gewicht. 75 g/m
2
bondpapier is aanbevolen.
Nadat u vastgelopen papier hebt verwijderd,
controleert u of er resten kopieerpapier in het
apparaat zijn achtergebleven.
De tonercassette
gaat korter mee dan
verwacht.
Mogelijk bevatten uw originelen afbeeldingen,
opgevulde vlakken of dikke lijnen. Uw
originelen zijn bijvoorbeeld formulieren,
nieuwsbrieven, boeken of andere
documenten die meer toner gebruiken.
Mogelijk wordt het apparaat vaak in- en
uitgeschakeld.
Mogelijk is het deksel van de scanner
opengelaten tijdens het kopiëren.