User manual

USB-geheugenapparaat gebruiken_70
Scannen naar een USB-geheugenapparaat
U kunt een document scannen en de gescande afbeelding op een USB-
geheugenapparaat opslaan. Wanneer u een document scant, worden de
standaardinstellingen, zoals de resolutie, door het apparaat gebruikt. U kunt
ook uw eigen scaninstelling aanpassen. (Zie "De instellingen van de
scanfunctie wijzigen" op pagina 71.)
Scannen
1. Plaats een USB-geheugenapparaat in de USB-geheugenpoort van het
apparaat.
2. Plaats de originelen met de bedrukte zijde naar boven in de DADI. U
kunt ook één origineel document met de bedrukte zijde naar beneden op
de glasplaat van de scanner plaatsen.
3. Druk op USB in het hoofdscherm.
4. Druk op Naar USB scannen.
5. Stel de scanfuncties in op het tabblad Geavanceerd, Afbeelding
of Uitvoer. (Zie "De instellingen van de scanfunctie wijzigen" op
pagina 71.)
6. Druk op Start op het bedieningspaneel om te beginnen met scannen.
7. Na het scannen kunt u het USB-geheugenapparaat uit het apparaat
verwijderen.
Scannen naar USB
Het tabblad Basis
Naam: De namen van de mappen op het USB-geheugenapparaat.
Datum: De datum waarop de mappen zijn gemaakt.
Selecteren: Hiermee wordt de map geselecteerd die is gekozen bij
Naam.
Nieuwe map: Er wordt een nieuwe map op het USB-
geheugenapparaat gemaakt.
Detail: Hiermee kunt u de details bekijken van de map die of het bestand
dat momenteel is geselecteerd.
Naam wijz.: Hiermee kunt u de map of het bestand een andere
naam geven.
Verwijd.: Hiermee wordt de map op het USB-geheugenapparaat
verwijderd.
Dubbelzijdig: Hiermee stelt u in of het origineel enkelzijdig wordt
gescand (1-zijdig), dubbelzijdig wordt gescand (2-zijdig) of zodanig
dubbelzijdig wordt gescand dat de achterzijde 180 graden wordt
gedraaid (2-zijdig, draaien kant 2).
Resolutie: Hiermee selecteert u de scanresolutie.
Bestandnaam: Als u op dit veld klikt, krijgt een bestand een naam
voordat u een document scant.
Terug: Hiermee gaat u terug naar het vorige scherm.
Het tabblad Geavanceerd
Formaat van origineel: Hiermee stelt u de originelen in op een
specifiek vast formaat. (Zie "Formaat van origineel" op pagina 71.)
Terug: Hiermee gaat u terug naar het vorige scherm.
Het tabblad Afbeelding
Type origineel: Hiermee geeft u aan of het origineel bestaat uit tekst
of een foto. (Zie "Type origineel" op pagina 71.)
Kleurmodus: Hiermee past u de kleurenopties van de gescande
uitvoer aan. Als het origineel in kleur is en u in kleur wilt scannen,
drukt u op Kleurmodus. (Zie "Kleurmodus" op pagina 71.)
Tonersterkte: Hiermee past u de tonerdichtheid van de gescande
uitvoer aan. Gebruik de pijl naar links en naar rechts om de waarden
te wijzigen. (Zie "Tonersterkte" op pagina 72.)
Achtergrond wissen: Hiermee wist u achtergronden zoals
papierpatronen. (Zie "Achtergrond wissen" op pagina 72.)
Scan naar rand: Hiermee scant u originelen van rand tot rand. (Zie
"Scan naar rand" op pagina 72.)
Terug: Hiermee gaat u terug naar het vorige scherm.
Het tabblad Uitvoer
Kwalit.: Hiermee past u de weergavekwaliteit van de gescande
uitvoer aan. (Zie "Kwalit." op pagina 72.)