User manual

Organizer
112
Alarmtoon: hier kunt u selecteren welke
melodie u als alarm wilt horen.
Alarm wissen: verwijdert de alarminstelling.
Opmerking:
Het type belsignaal van Alarm 1 en 2 is
hetzelfde als het belsignaal voor
inkomende oproepen. Het belsignaal
van de wekker is altijd een melodie.
5. Herhaal eventueel stap 4 voor de andere
alarminstellingen.
6. U kunt deze functie verlaten door op de
functietoets of de toets te drukken.
Zodra het alarm is ingesteld, verschijnt het Alarm
pictogram ( ) bovenin het display. U kunt het
alarm stoppen door op een willekeurige toets te
drukken.
Opmerking:
Als de Stille modus is ingeschakeld, kunt
u het alarmsignaal niet horen. Dit geldt
echter niet voor de wekker. Die is altijd
hoorbaar, dus ook als de Stille modus is
ingeschakeld.
U kunt de telefoon zo instellen dat het alarm ook
afgaat als de telefoon is uitgeschakeld:
1. Blader in de lijst Alarm naar Automatisch aan
en druk op de functietoets Kies.
2. Selecteer zo nodig met de toets Omhoog of
Omlaag Aan.
Om de functie Automatisch aan uit te
schakelen, selecteert u Uit.
3. Druk op de functietoets Kies om de instelling op
te slaan.
4. U kunt deze functie verlaten door op de
functietoets of de toets te drukken.
Organizer
113
Zodra u deze functie hebt ingeschakeld, verschijnt
voor Automatisch aan een vinkje. Als de telefoon
op het moment dat het alarm afgaat is
uitgeschakeld, gaat de telefoon automatisch aan en
gaat het alarm af. Daarna wordt het toestel weer
uitgeschakeld.
Calculator
(Menu 5.6)
U kunt de telefoon ook als rekenmachine gebruiken.
De calculator biedt de basisrekenfuncties optellen,
aftrekken, vermenigvuldigen, delen en percentages
berekenen.
Het uitvoeren van een berekening doet u als volgt:
1. Geef met de cijfertoetsen het eerste getal in.
Opmerking:
Om een onjuiste invoer te wissen of
het display leeg te maken, drukt u
op de toets
C
.
2. Met de toets kunt u een decimale punt (.)
invoegen. Door op de toets te drukken kunt u
het gewenste rekenkundige symbool ingeven:
+ (optellen), - (aftrekken), * (vermenigvul-
digen), / (delen), % (percentage berekenen),
( of ).
3. Toets het tweede getal in.
4. Herhaal zo nodig de stappen 2 en 3.
5. Druk op de functietoets Is om de berekening uit
te voeren.
Het resultaat wordt getoond in het kader
Antwoord.
Opmerking:
De uitkomst wordt tot op zes
decimalen afgerond.
6. U kunt deze functie verlaten door op de
functietoets of de toets te drukken.