Samsung SCX-5835, SCX-5935 Laser MFP series - User Guide
Aan de slag_ 39
Windows
Instellen als hostcomputer
1. Installeer het stuurprogramma van uw printer. (Zie "Het
stuurprogramma van uw met USB verbonden apparaat installeren"
op pagina 36, "Het stuurprogramma van een met een netwerk
verbonden apparaat installeren" op pagina 41.)
2. Klik op he
t menu Start in Windows.
3. In W
indows 2000 selecteert u Instellingen > Printers.
• In Win
dows XP/2003 selecteert u Printers en faxen.
• In Win
dows 2008/Vista selecteert u Configuratiescherm >
Hardware en geluiden > Printers.
• In Windows 7 selecteert u Configuratiescherm > Hardware en
geluiden > Apparaten en Printers.
• In Win
dows Server 2008 R2 selecteert u Configuratiescherm >
Hardware > Apparaten en Printers.
4. Klik
met de rechtermuisknop op uw apparaat.
5. In W
indows XP/2003/2008/Vista selecteert u Eigenschappen.
In Windows 7 en Windows Server 2008 R2 selecteert u
Eig
enschappen van printer in het snelmenu.
Als het item Eigenschappen van printer een ►-markering
bevat, kunt u andere printerstuurprogramma’s die met de
geselecteerde printer zijn verbonden selecteren.
6. Sele
cteer het tabblad Delen.
7. Selecteer Op
ties voor delen wijzigen.
8. Con
troleer de Deze printer delen.
9. Vul he
t veld Share-naam in. Klik op OK.
Instellen als clientcomputer
1. Installeer het stuurprogramma van uw printer. (Zie "Het
stuurprogramma van uw met USB verbonden apparaat installeren"
op pagina 36, "Het stuurprogramma van een met een netwerk
verbonden apparaat installeren" op pagina 41.)
2. Klik op he
t menu Start in Windows.
3. Selecteer Alle p
rogramma’s > Accessoires > Windows
Verkenner.
4. Voer he
t IP-adres van de hostcomputer in en druk op de Enter-toets
op uw toetsenbord.
Als de hostcomputer om een Gebruikersnaam en
Wachtwoord vraagt, vult u de gebruikers-id en het
wachtwoord van de hostcomputeraccount in.
5. Klik
met uw rechtermuisknop op de gewenste printer en selecteer
Verbinden.
6. Klik op OK
zodra het bericht verschijnt dat de installatie is voltooid.
7. Op
en het bestand dat uw wilt afdrukken en begin met afdrukken.
Macintosh
De volgende stappen gelden voor Mac OS X 10.5-10.6. Raadpleeg
Mac Help voor andere OS-versies.
Instellen als hostcomputer
1. Installeer het stuurprogramma van uw printer. (Zie "Het
stuurprogramma van uw met USB verbonden apparaat installeren"
op pagina 36, "Het stuurprogramma van een met een netwerk
verbonden apparaat installeren" op pagina 41.)
2. Ope
n de map Programma’s > Systeemvoorkeuren en klik op
Afdrukken en faxen.
3. Selectee
r de printer die u wilt delen uit de Printerlijst.
4. Selecteer
Deel deze printer.
Instellen als clientcomputer
1. Installeer het stuurprogramma van uw printer. (Zie "Het
stuurprogramma van uw met USB verbonden apparaat installeren"
op pagina 36, "Het stuurprogramma van een met een netwerk
verbonden apparaat installeren" op pagina 41.)
2. Ope
n de map Programma’s > Systeemvoorkeuren en klik op
Afdrukken en faxen.
3. Druk op het +-pic
togram.
Er verschijnt een weergavescherm met de naam van uw gedeelde
printer.
4. Selectee
r uw apparaat en klik op Voeg toe.










