Samsung Xpress SL-C48x, SL-C48xW, SL-C48xFN, SL-C48xFW Color Laser MFP series - User Guide
Informatie over wettelijke voorschriften
143
5. Bijlage
Het afgegeven vermogen van het draadloze apparaat of de draadloze 
apparaten die mogelijk in uw printer zijn ingebouwd, ligt ruimschoots onder 
de tot dusver bekende RF-blootstellingsgrenzen. Omdat de draadlozen 
apparaten (die mogelijk in uw printer zijn ingebouwd) minder energie 
afgeven dan conform de veiligheidsnormen en aanbevelingen inzake 
radiofrequentie is toegestaan, is de producent ervan overtuigd dat deze 
apparaten veilig zijn in het gebruik. Ongeacht het vermogensniveau moet 
menselijk contact tijdens de normale werking zoveel mogelijk worden 
vermeden.
De FCC heeft een algemene richtlijn uitgevaardigd waarin wordt 
aangegeven dat de afstand tussen het draadloze apparaat en het lichaam, 
voor gebruik van een draadloos apparaat nabij het lichaam (zonder 
uitstekende delen), minstens 20 cm moet bedragen. Dit apparaat moet op 
meer dan 20 cm van het lichaam worden gehouden, wanneer de draadloze 
apparatuur is ingeschakeld en bezig is met zenden.
Deze zender mag niet samen met een andere antenne of zender worden 
opgesteld of bediend.
Sommige omstandigheden leggen beperkingen op aan draadloze 
apparaten. Hieronder zijn voorbeelden van gebruikelijke beperkingen 
opgenomen.
Draadloze RF-communicatie kan interferentie veroorzaken met 
apparatuur aan boord van burgerluchtvaarttoestellen. De huidige 
luchtvaartreglementeringen eisen dat draadloze toestellen aan 
boord van een vliegtuig worden uitgeschakeld tijdens de vlucht. 
IEEE 802.11- (beter bekend als draadloos Ethernet) en Bluetooth-
communicatieapparaten zijn voorbeelden van draadloze 
communicatieapparaten.
In omgevingen waar het risico op interferentie met andere 
apparaten of diensten schadelijk is of als dusdanig wordt 
beschouwd, kan gebruik van een draadloos apparaat beperkt of 
verboden worden. Luchthavens, ziekenhuizen en ruimtes gevuld 
met zuurstof en ontvlambare gassen zijn enkele voorbeelden van 
omgevingen waar het gebruik van draadloze apparaten beperkt of 
verboden kan zijn. Als u zich in een omgeving bevindt waarvan u 
niet zeker weet of het gebruik van draadloze apparaten 
gesanctioneerd is, vraagt u de plaatselijke autoriteiten om 
toelating voor u het draadloze apparaat inschakelt of in gebruik 
neemt.
Elk land voorziet verschillende beperkingen voor het gebruik van 
draadloze apparaten. Aangezien uw systeem uitgerust is met een 
draadloos apparaat, moet u, als u van het ene land naar het 
andere reist, voorafgaand aan uw vertrek bij de plaatselijke 
radiogoedkeuringsinstanties informeren of er beperkingen gelden 
voor het gebruik van draadloze apparaten in het land van 
bestemming.










