Samsung Multifunction ProXpress M337x, M387x, M407x Series - User Manual
Table Of Contents
- Basis
- 1. Inleiding
- 2. Menuoverzicht en basisinstellingen
- 3. Onderhoud
- Verbruiksartikelen en toebehoren bestellen
- Beschikbare accessoires
- Beschikbare accessoires
- De tonercassette bewaren
- Toner herverdelen
- De tonercassette vervangen
- De beeldeenheid vervangen
- Accessoires installeren
- De gebruiksduur van de verbruiksartikelen controleren
- Instellen van de waarschuwing "Toner bijna op"
- Het apparaat reinigen
- Tips voor het verplaatsen en opbergen van uw apparaat
- 4. Problemen oplossen
- 5. Bijlage
- Geavanceerd
- 1. Installatie van de software
- 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken
- 3. Menu´s met nuttige instellingen
- 4. Speciale functies
- 5. Nuttige beheerprogramma's
- Managementhulpmiddelen gebruiken
- Easy Capture Manager
- Samsung AnyWeb Print
- Easy Eco Driver
- SyncThru™ Web Service gebruiken
- Werken met Samsung Easy Document Creator
- Samsung Easy Printer Manager gebruiken
- Samsung-printerstatus gebruiken
- Samsung Printer Experience gebruiken
- De Linux Unified Driver Configurator gebruiken
- 6. Problemen oplossen
- Contact SAMSUNG worldwide
- Verklarende woordenlijst
- Index

Draadloos netwerk instellen
212
2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken
Als u de netwerknaam van uw keuze niet kunt vinden of als u de
draadloze configuratie handmatig wilt instellen, klikt u op
Geavanceerde instelling.
• Voer de naam van het draadloze netwerk in: Typ de SSID van het
toegangspunt (de SSID is hoofdlettergevoelig).
• Werkingsmodus: Selecteer Infrastructuur.
• Verificatie: selecteer een verificatietype.
Open syst.: er wordt geen verificatie gebruikt en codering wordt
gebruikt als gegevensbeveiliging vereist is.
Ged. sleutel: verificatie wordt gebruikt. Een apparaat met de juiste
WEP-sleutel heeft toegang tot tot het netwerk.
WPA Privé of WPA2 Privé: Selecteer deze optie als u wilt dat de
afdrukserver wordt geverifieerd op basis van een vooraf gedeelde
WPA-sleutel. Hierbij wordt een gedeelde geheime sleutel gebruikt
(de zogenaamde vooraf gedeelde wachtwoordzin), die handmatig
wordt geconfigureerd op het toegangspunt en elk van de
bijbehorende clients.
• Codering: Selecteer de codering (Geen, WEP64, WEP128, TKIP,
AES, TKIP AES).
• Wachtwoord netwerk: Voer de sleutelwaarde van het
netwerkwachtwoord in.
• Netwerksleutel bevestigen: Bevestig de sleutelwaarde van het
netwerkwachtwoord.
• WEP-sleutelindex: Als u WEP-codering gebruikt, selecteert u de
juiste WEP-sleutelindex.
Als het toegangspunt is beveiligd, verschijnt het beveiligingsvenster
voor het draadloos netwerk.
Voer het netwerkwachtwoord van het toegangspunt (of de router) in.
8
Als het venster van de netwerkverbinding verschijnt, verwijdert u de
netwerkkabel. Klik daarna op Volgende. De verbinding met de
netwerkkabel kan storing veroorzaken bij het zoeken naar draadloze
apparaten.
9
Als uw printer Wi-Fi Direct ondersteunt en deze functie is
uitgeschakeld, verschijnt het overeenkomstige scherm.
Als u Wi-Fi Direct wilt inschakelen, schakelt u het selectie vakje in en
klikt u op Volgende. Wilt u dit niet, klikt u op Volgende.