Samsung Multifunction ProXpress M337x, M387x, M407x Series - User Manual
Table Of Contents
- Basis
- 1. Inleiding
- 2. Menuoverzicht en basisinstellingen
- 3. Onderhoud
- Verbruiksartikelen en toebehoren bestellen
- Beschikbare accessoires
- Beschikbare accessoires
- De tonercassette bewaren
- Toner herverdelen
- De tonercassette vervangen
- De beeldeenheid vervangen
- Accessoires installeren
- De gebruiksduur van de verbruiksartikelen controleren
- Instellen van de waarschuwing "Toner bijna op"
- Het apparaat reinigen
- Tips voor het verplaatsen en opbergen van uw apparaat
- 4. Problemen oplossen
- 5. Bijlage
- Geavanceerd
- 1. Installatie van de software
- 2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken
- 3. Menu´s met nuttige instellingen
- 4. Speciale functies
- 5. Nuttige beheerprogramma's
- Managementhulpmiddelen gebruiken
- Easy Capture Manager
- Samsung AnyWeb Print
- Easy Eco Driver
- SyncThru™ Web Service gebruiken
- Werken met Samsung Easy Document Creator
- Samsung Easy Printer Manager gebruiken
- Samsung-printerstatus gebruiken
- Samsung Printer Experience gebruiken
- De Linux Unified Driver Configurator gebruiken
- 6. Problemen oplossen
- Contact SAMSUNG worldwide
- Verklarende woordenlijst
- Index

Basisfuncties voor faxen
86
2. Menuoverzicht en basisinstellingen
• De toegang tot menu's kan verschillen van model to model (zie
"Menuoverzicht" op pagina 33 of "Overzicht van het
bedieningspaneel" op pagina 23).
• Voor bepaalde modellen moet u mogelijk op OK drukken om naar
menu's op lagere niveaus te gaan.
Resolutie
De standaard documentinstellingen leveren goede resultaten voor een
normaal tekstdocument. Als u echter originelen verstuurt die foto’s bevatten
of van een slechte kwaliteit zijn, kunt u de resolutie aanpassen om een fax
van een betere kwaliteit te versturen.
De ingestelde resolutie geldt voor de huidige faxtaak. Zie "Faxen" op
pagina 247 voor het aanpassen van de standaardinstellingen.
1
Selecteer (faxen) > (Menu) > Faxfunctie > Resolutie op
het bedieningspaneel.
OF
Selecteer op het model met aanraakscherm (Fax) >
(Instellingen voor opties) > Resolutie op het aanraakscherm.
2
Selecteer de gewenste optie en druk op OK.
Selecteer op het model met aanraakscherm met de pijlen de
gewenste optie en ga naar stap 4. Druk op (Terug) om naar het
vorige scherm terug te keren.
• Standaard: originelen met tekens van normale grootte.
• Fijn: originelen met kleine tekens of dunne lijnen, of originelen
die met een matrixprinter zijn afgedrukt.
• Superfijn: originelen met zeer kleine details. De modus
Superfijn wordt alleen ingeschakeld als het apparaat waarmee
u communiceert deze resolutie ondersteunt.
• Verzenden vanuit het geheugen is niet mogelijk in de modus
Superfijn. De resolutie-instelling wordt automatisch gewijzigd in
Fijn.
• Als het apparaat ingesteld is op de resolutie Superfijn, maar het
ontvangende faxapparaat de resolutie Superfijn niet ondersteunt,
wordt de fax verzonden in de hoogste resolutie die het ontvangende
faxapparaat ondersteunt.