Samsung CLX-318x Color Laser MFP series - User's guide
Faxen (alleen CLX-318xFN/CLX-318xFW)_ 102
Veilige ontvangstmodus activeren
1. Druk op (Faxen) op het bedieningspaneel.
2. Druk op Menu op het bedi
eningspaneel.
3. Druk op de pi
jl-links/rechts tot Faxfunctie verschijnt en vervolgens op
OK.
4. Druk op
de pijl-links/rechts tot Veilige ontv. verschijnt en vervolgens op
OK.
5. Druk op de pi
jl-links/rechts tot Aan verschijnt en vervolgens op OK.
6. Voer een
viercijferig wachtwoord in en druk op OK.
U kunt de veilige ontvangstmodus ook activeren zonder een
wachtwoord in te stellen, maar dan zijn uw faxen niet beveiligd.
7. Voer het wachtwoord opnieuw in om het te bevestigen en druk op OK.
8. Druk op Stop/Clear om
terug te keren naar stand-bymodus.
Wanneer een fax wordt ontvangen in de vei
lige ontvangstmodus, slaat het
apparaat de fax op in het geheugen. Het bericht Veilige ontv. wordt
weergegeven om u te laten weten dat er een fax is binnengekomen.
Ontvangen faxen afdrukken
1. U krijgt toegang tot het menu Veilige ontv. door stappen 1 tot 4 te
volgen in "Veilige ontvangstmodus inschakelen".
2. Druk op de pijl-links/rechts tot Afdrukken verschijnt en vervolgens
op OK.
3. Voer het wachtwoo
rd van vier cijfers in en druk op OK.
Alle in het geheugen opgeslagen faxberichten worden afgedrukt.
Veilige ontvangstmodus uitschakelen
1. U krijgt toegang tot het menu Veilige ontv. door stappen 1 tot 4 te
volgen in "Veilige ontvangstmodus inschakelen".
2. Druk op de
pijl-links/rechts tot Uit verschijnt en vervolgens op OK.
3. Voer het wachtwoo
rd van vier cijfers in en druk op OK.
Veilige ontvangstmodus wordt uitgeschakeld en alle in het geheugen
opg
eslagen faxberichten worden afgedrukt.
4. Druk op Stop/Clear om terug te keren naar stand-bymodus.
Faxen ontvangen in het geheugen
Aangezien het apparaat meerdere taken tegelijk kan uitvoeren, kan het een
fax ontvangen terwijl u kopieert of afdrukt. Als u tijdens het kopiëren of
afdrukken een fax ontvangt, slaat het apparaat de inkomende fax in het
geheugen op. Zodra u klaar bent met kopiëren of afdrukken wordt de fax
automatisch afgedrukt.
De documentinstellingen aanpassen
Voordat u een fax verstuurt, wijzigt u de volgende instellingen
overeenkomstig de eigenschappen van het origineel voor een optimaal
resultaat.
Resolutie
De standaarddocumentinstellingen leveren goede resultaten voor een
normaal tekstdocument. Als u echter originelen verstuurt die foto’s bevatten
of van een slechte kwaliteit zijn, kunt u de resolutie aanpassen om een fax
van een betere kwaliteit te versturen.
1. Druk op
(Faxen) op het bedieningspaneel.
2. Druk op Menu op het bedi
eningspaneel.
3. Druk op de pi
jl-links/rechts tot Faxfunctie verschijnt en vervolgens op
OK.
4. Druk op de pijl-links/rechts tot Resolutie verschijnt en vervolgens op
OK.
5. Druk op de pijl-links/rechts tot de gewenste optie verschijnt en druk op
OK.
6. Dr
uk op Stop/Clear om terug te keren naar stand-bymodus.
In de onderstaande tabel vindt u de aanbevolen resoluties voor
verschillende docum
enttypes.
Modus Aanbevolen voor
Standaard originelen met tekens van normale grootte
Fijn originelen met kleine tekens of dunne lijnen, of originelen
die met een matrixprinter zijn afgedrukt
Superfijn originelen met zeer kleine details. De modus Superfijn
wordt alleen ingeschakeld als het apparaat waarmee u
communiceert deze resolutie ondersteunt.
• Verzenden vanuit het geheugen is niet mogelijk
in de modus Superfijn. De resolutie-instelling
wordt automatisch gewijzigd in Fijn.
• Als uw apparaat is ingesteld op de resolutie
Superfijn en het faxapparaat waarmee u
communiceert ondersteunt de resolutie Extra
fijn niet, verzendt het apparaat de fax in de
hoogste resolutie die het ontvangende
faxapparaat ondersteunt.
Fotofax originelen met grijstinten of foto’s
De ingestelde resolutie wordt toegepast op de huidige faxtaak. Zie
"Standaardwaarde wijzigen" op pagina 110 om de standaardinstelling
te wijzigen.
Tonersterkte
U kunt de helderheid van het originele document selecteren.
1. Dr
uk op (Faxen) op het bedieningspaneel.
2. Dr
uk op Menu op het bedieningspaneel.
3. Dr
uk op de pijl-links/rechts tot Faxfunctie verschijnt en vervolgens op
OK.
4. Dr
uk op de pijl-links/rechts tot Tonersterkte verschijnt en vervolgens op
OK.
5. Druk op de pijl-links/rechts tot de gewenste optie verschijnt en druk op
OK.
6. Dr
uk op Stop/Clear om terug te keren naar stand-bymodus.
De ingestelde helderheid wordt toegepast op de huidige faxtaak. Zie
"Standaardwaarde wijzigen" op pagina 110 om de standaardinstelling
te wijzigen.