Operation Manual

Nederlands
6. Als de draadloze router is beveiligd, voert u de beveligingscode (Beveiliging of
PIN) in en daarna selecteert u Volgende.
N
Bij het invoeren van de Beveiligingssleutel (Beveiliging of pincode), gebruikt
u de toetsen
u
/
d
/
l
/
r
op uw afstandsbediening om cijfers/tekens te
selecteren.
N
U kunt het wachtwoord vinden in een van de instellingenschermen die u
hebt gebruikt om uw router of modem in te stellen.
7. Het netwerkscherm wordt weergegeven. De netwerkinstelling is voltooid.
N
Als de Beveiligingssleutel (Beveiliging of pincode) niet kan worden ingesteld,
selecteert u Herst of IP-instellingen.
N
Als u de verbinding handmatig wilt instellen, selecteert u IP-instellingen.
Raadpleeg de volgende instructies voor “Handmatig instellen”.