Gebruikershandleiding BASIS BASIS Deze handleiding geeft informatie met betrekking tot de installatie, normaal gebruik en het oplossen van problemen in Windows. GEAVANCEERD Deze handleiding geeft informatie over de installatie, geavanceerde instelling, gebruik en het oplossen van problemen in verschillende besturingssystemen. Afhankelijk van het model of land zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar.
BASIS Basisfuncties voor faxen 1. Inleiding 70 3.
BASIS Papierstoringen verhelpen 104 Informatie over de status-LED 112 Informatie over displaymeldingen 115 5.
1. Inleiding In dit hoofdstuk staat informatie die u nodig heeft om het apparaat te gebruiken.
Belangrijkste voordelen Milieuvriendelijk Snel afdrukken met hoge resolutie • Dit apparaat beschikt over een Eco-functie waarmee u toner en papier kunt sparen. • U kunt afdrukken met een resolutie tot 4.800 x 600 dpi effectieve output (600 x 600 x 3 bit). • U kunt meerdere pagina's op één vel afdrukken om papier te besparen (zie "Geavanceerde afdrukfuncties gebruiken" op pagina 240). • Snel on-demand afdrukken.
Belangrijkste voordelen • Samsung Easy Printer Manager en Afdrukstatus zijn programma's die de status van het apparaat controleren en u deze doorgeven, en waarmee u de instellingen van het apparaat kunt aanpassen (zie "Samsung-printerstatus gebruiken" op pagina 288 of "Samsung Easy Printer Manager gebruiken" op pagina 284). • Samsung Easy Document Creator is een programma dat u helpt bij het scannen, verzamelen en bewaren van documenten in verschillende formaten, inclusief het .epub formaat.
Belangrijkste voordelen Ondersteund verschillende instellingsmethoden voor draadloze netwerken. • De WPS (Wi-Fi Protected Setup™)-knop gebruiken - U kunt gemakkelijk verbinding maken met een draadloos netwerk door de WPS-knop op het apparaat en op het toegangspunt (een draadloze router) te gebruiken. • De USB-kabel of netwerkkabel gebruiken - U kunt verbinding maken en verschillende instellingen voor het draadloze netwerk configureren met een USB-kabel of netwerkkabel.
Functies per model Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land. Besturingssysteem Besturingssysteem M267x series M287x series Windows â—Ź â—Ź Mac â—Ź â—Ź Linux â—Ź â—Ź Unix â—Ź (â—Ź: beschikbaar. Leeg: niet beschikbaar) Software U kunt het printerstuurprogramma en de software installeren wanneer u de software-cd in het cd-rom-station van uw computer plaatst.
Functies per model Software M267x series M287x series Instellingen voor scannen naar pc ● ● Instellingen voor faxen naar pc ● ● (Alleen M267xF/M267xFN/M267xFH/ M267xHN ) (Alleen M287xFD/M287xFW/M287xHN) ● ● Samsung-printerstatus ● ● Samsung AnyWeb Printb ● ● Samsung Easy Document Creator ● ● Easy Capture Manager ● ● SyncThru™ Web Service ● ● Hulpprogramma Direct afdrukkenb Samsung Easy Printer Manager Apparaatinstellingen (Alleen M267xN/M267xFN/M267xHN) SyncThru Admin Web Servi
Functies per model Software Faxen Scannen M267x series M287x series â—Ź â—Ź (Alleen M267xF/M267xFN/M267xFH/ M267xHN ) (Alleen M287xFD/M287xFW/M287xHN) Twainscanstuurprogramma â—Ź â—Ź WIAscanstuurprogramma â—Ź â—Ź Samsung Network PC Fax a. Afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt, kan het geĂŻnstalleerde printerstuurprogramma afwijken. b. Download de software van de website van Samsung en installeer deze: (http://www.samsung.com > selecteer uw product > Ondersteuning of Download).
Functies per model Verschillende functies functies M267x series M287x series Hi-Speed USB 2.0 â—Ź â—Ź Netwerkinterface Ethernet 10/100 Base TX bedraad LAN â—Ź â—Ź (Alleen M267xN/M267xFN/M267xHN) â—Ź Netwerkinterface 802.
Functies per model functies Faxen Meerdere verz. Uitgest. verz. Prior. verz. Doorsturen naar fax Veilige ontv.
Functies per model functies Kopiëren M267x series Dubbelzijdig M287x series ● Verkl./vergr. ● ● Sorteren ● ● 2 pagina's/vel, 4 pagina's/vel ● ● Achtergrond wijzigen ● ● a. Draadloze netwerkinterfacekaarten (LAN-kaarten) zijn niet in alle landen verkrijgbaar. In sommige landen kan alleen 802.11 b/g worden gebruikt. Neem contact op met uw plaatselijke Samsung-dealer of de winkel waar u het apparaat kocht. b. Alleen beschikbaar voor Windows-besturingssysteem. c. Alleen lade 1 wordt ondersteund.
Nuttig om te weten Het apparaat drukt niet af. Er is papier vastgelopen. • Open de afdruklijst en verwijder het document uit de lijst (zie "Een afdruktaak annuleren" op pagina 59). • Open de klep aan de voorzijde en sluit ze weer. • Verwijder het stuurprogramma en installeer deze opnieuw (zie "Lokaal installeren van het stuurprogramma" op pagina 31). • Selecteer uw printer als de standaardprinter in Windows.
Informatie over deze gebruikershandleiding Deze gebruikershandleiding bevat basisinformatie over het apparaat en biedt tevens gedetailleerde informatie over de verschillende procedures die doorlopen moeten worden bij het gebruik van het apparaat. • Lees de veiligheidsinformatie voor u het apparaat in gebruik neemt. • Raadpleeg het hoofdstuk over probleemoplossing als u problemen ondervindt bij gebruik van het apparaat.
Veiligheidsinformatie Deze waarschuwingen en voorzorgen moeten eventuele beschadigingen aan uw apparaat en verwondingen aan uzelf of anderen voorkomen. Lees deze instructies aandachtig voor u het apparaat in gebruik neemt. Bewaar dit document goed nadat u het hebt gelezen. 4 Bedrijfsomgeving Waarschuwing 3 Belangrijke veiligheidssymbolen Verklaring van alle pictogrammen en symbolen in dit hoofdstuk Waarschuwing Opgepast NIET proberen.
Veiligheidsinformatie 5 Voorzichtig Haal de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of als u het apparaat niet gebruikt. Bedieningswijze Voorzichtig Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken. Opgelet, het papieruitvoergebied is heet. Trek het papier niet uit de printer tijdens het afdrukken. U kunt brandwonden oplopen. Dit kan het apparaat beschadigen.
Veiligheidsinformatie Blokkeer de ventilatieopening niet of duw er geen voorwerpen in. Hierdoor kunnen onderdelen warm worden en kan er brand ontstaan of kan het apparaat beschadigd raken. Als u het apparaat niet bedient zoals beschreven in deze handleiding of procedures uitvoert die afwijken van de procedures die hier zijn vermeld, kan resulteren in gevaarlijke blootstelling aan straling. Het apparaat wordt gevoed via het netsnoer. Om de stroom uit te schakelen, trekt u het netsnoer uit het stopcontact.
Veiligheidsinformatie Plaats het apparaat niet op een onstabiel of schuin oppervlak. Sluit niet te veel apparaten op hetzelfde stopcontact of verlengsnoer aan. Het apparaat zou kunnen vallen en verwondingen of schade veroorzaken. Gebruik alleen telefoondraad van Nr. 26 AWGa of, indien nodig, een grotere telefoondraad. Dit kan de prestaties verminderen en een elektrische schok of brand veroorzaken. a. AWG: American Wire Gauge Zo niet kan het apparaat beschadigd raken.
Veiligheidsinformatie 8 U mag het apparaat niet zelf demonteren, herstellen of weer in elkaar steken. Dit kan het apparaat beschadigen. Neem contact op met een professioneel technicus als het apparaat gerepareerd moet worden. Houd het netsnoer en het contactoppervlak van de stekker stof- en watervrij. Zo niet kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken. Volg de richtlijnen uit de gebruikershandleiding die met het apparaat werd meegeleverd om het apparaat te reinigen en te bedienen.
Veiligheidsinformatie Het gebruik van gerecycleerde verbruiksartikelen, zoals toner, kan het apparaat beschadigen. Bij schade als gevolg van het gebruik van gerecyclede verbruiksartikelen zullen reparatiekosten in rekening worden gebracht. Volg de onderstaande instructies voor verbruiksartikelen die tonerstof bevatten (tonercartridge, cassette voor gebruikte toner, beeldeenheid, enzovoort). • Volg de instructies voor verwijdering wanneer u de verbruiksartikelen weggooit.
Apparaatoverzicht 9 Toebehoren Netsnoer Beknopte installatiehandleiding Software-cda Telefoonhoornb Div. accessoiresc a. De software-cd bevat de stuurprogramma's van de printer en programma's. b. Alleen voor model met telefoonhoorn (zie "Verschillende functies" op pagina 11) c. Diverse, bij uw printer geleverde accessoires kunnen verschillen per land van aankoop en specifiek model. 1.
Apparaatoverzicht 10 Voorkant • Deze afbeelding kan afhankelijk van het model afwijken van uw apparaat. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 8). 1 2 10 12 13 11 3 9 4 15 8 5 14 6 7 1 Documentinvoerklep 6 Indicator papierniveau 11 Papierbreedtegeleider op een handmatige invoer 1.
Apparaatoverzicht 2 Documentinvoerlade 7 Lade 12 Scannerdeksel 3 Steun voor documentuitvoer 8 Handmatige invoer 13 Glasplaat van de scanner 4 Configuratiescherm 9 Uitvoerlade 14 Telefoonhoorna 15 Papierbreedtegeleiders op een documentinvoer 5 Voorklep 10 Papieruitvoersteun a. Alleen voor model met telefoonhoorn (zie "Verschillende functies" op pagina 11) 1.
Apparaatoverzicht 11 Achterkant • Deze afbeelding kan afhankelijk van het model afwijken van uw apparaat. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 8). 2 3 1 7 6 5 4 1 Netwerkpoorta 3 Uitgang voor extra telefoontoestel (EXT)b 5 Aansluiting netsnoer 2 Telefoonkabelaansluiting (Line)b 4 Achterklep 6 Stroomschakelaarc 7 USB-poort a.
Overzicht van het bedieningspaneel Dit bedieningspaneel kan afhankelijk van het model afwijken van uw apparaat. Er zijn verschillende types bedieningspanelen. 3 Display screen Met deze functie wordt de huidige status weergegeven en worden berichten tijdens een bewerking weergegeven. 4 Pijlen-links/rechts Hiermee bladert u door de beschikbare opties in het geselecteerde menu en verhoogt of verlaagt u waarden.
Overzicht van het bedieningspaneel 12 Status-LED De functie geeft de status van uw printer weer (zie "Informatie over de status-LED" op pagina 112). 13 Eco Overschakelen naar de eco-modus voor het besparen van toner en papier (zie "Eco-afdruk" op pagina 61). 14 Darkness Hiermee past u de helderheid aan om een kopie te verkrijgen die beter leesbaar is als het origineel onduidelijke markeringen en donkere afbeeldingen bevat.
Overzicht van het bedieningspaneel 10 Address Book Hiermee kunt u vaak gekozen faxnummers opslaan of opgeslagen faxnummers zoeken. 11 Redial/Pause() Hiermee kiest u het laatste nummer opnieuw (in gereedmodus) of voegt u een pauze (-) in een faxnummer in (in bewerkingsmodus). 12 Stop/Clear Hiermee kunt u op elk moment een taak onderbreken. 13 Power/ Wakeup Het apparaat in- of uitschakelen of het apparaat activeren vanuit de energiebesparingsmodus.
Overzicht van het bedieningspaneel 21 Wanneer u op deze knop drukt, wordt Sch.afdr. maken? op het LCD-display weergegeven. Als u alleen het actieve scherm wilt afdrukken, selecteert u Actief. Als u het volledige scherm wilt afdrukken, selecteert u Vol. • Schermafdruk kan alleen worden gebruikt bij de besturingssystemen van Windows en Mac. 21 Verkl./vergr. WPS U kunt het formaat van een gekopieerde afbeelding verkleinen tot 25% of vergroten tot 400% wanneer u originelen kopieert via de glasplaat.
Het apparaat inschakelen De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat. Controleer het type apparaat (zie "Apparaatoverzicht" op pagina 22). 1 Sluit de printer eerst op de netvoeding aan. Als het apparaat een aan/uit-schakelaar heeft, zet u de schakelaar aan. 2 1 Voor M267xN en M287xND moet u ook op de knop (Power/Wakeup) drukken om het apparaat in te schakelen. 1.
Lokaal installeren van het stuurprogramma Een lokale printer is een printer die via een kabel rechtstreeks op uw computer is aangesloten. Als uw apparaat op een netwerk is verbonden, slaat u de onderstaande stappen over en gaat u verder met de installatie van het stuurprogramma voor een netwerkapparaat (zie "Installeren van een stuurprogramma over het netwerk" op pagina 161).
Lokaal installeren van het stuurprogramma • Voor Windows 8: Als het installatievenster niet wordt weergegeven, gaat u naar Charms(charms) en selecteert u Zoeken > Apps(App) en zoekt u Uitvoeren. Typ X:\Setup.exe, waarbij u 'X' vervangt door de letter van uw cd-romstation, en klik op OK. Als het pop-upvenster Tik om te kiezen wat met deze schijf moet gebeuren. wordt weergegeven, klikt u op het venster en selecteert u Run Setup.exe.
Lokaal installeren van het stuurprogramma • Als u het stuurprogramma installeert met de meegeleverde softwarecd, wordt het V4-stuurprogramma niet geïnstalleerd. Als u het V4stuurprogramma wilt gebruiken in het Bureaubladscherm, kunt u het downloaden van de Samsung-website, www.samsung.com > zoek uw product > Support of downloads. • Als u de managementhulpmiddelen voor printers van Samsung wilt installeren, moet u deze installeren met de meegeleverde softwarecd.
Het stuurprogramma opnieuw installeren Als het printerstuurprogramma niet naar behoren werkt, volg dan de onderstaande stappen om het stuurprogramma opnieuw te installeren. 4 Plaats de software-cd in uw cd-rom-station in installeer het stuurprogramma opnieuw (zie "Lokaal installeren van het stuurprogramma" op pagina 31). 15 Windows 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is.
2. Menuoverzicht en basisinstellingen Dit hoofdstuk levert informatie over de algemene menustructuur en de opties voor de basisinstellingen.
Menuoverzicht Het bedieningspaneel biedt toegang tot verschillende menu’s voor de instelling en het gebruik van het apparaat. 6 Druk op (Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus. • Naast het gekozen menu verschijnt een sterretje (*). • Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat.
Menuoverzicht Faxfunctiea (zie "Faxfunctie" op pagina 220) Tonersterkte Ontv. Doorsturen Faxinstel.a (zie "Verzendinstellingen" op pagina 221, "Ontvangstinstellingen" op pagina 222) Verzending DRPD Kopieerfunctie (zie "Kopieerfunctie" op pagina 217) Formaat orig. Foto Licht+5- Licht+1 Doorst. nr fax Aant. kiespog. Opn. na bels. Verkl./vergr. Sorteren Normaal Doorst. nr pc Opn. kiezen na Ontv.g. stemp. Dubbelzijdigd Lay-out Donker+1Donker+5 Fax Kenget. kiezen Startc. ontv.
Menuoverzicht Kopieerinstel. (Zie "Kopieerinstel." op pagina 219.) St.inst. wijz. Afdrukinst.e (Zie "Menu Afdrukken" op pagina 215.) Systeeminst. (Zie "Systeeminstallatie" op pagina 224.) Apparaatinst. Papierinvoer Afdrukstand Onderhoud Formaat orig. Apparaat-idb Marge Toner Op wis. Staand Exemplaren Faxnummerb Geluid/Volume Gebruiksduur Liggend Verkl./vergr. Dubbelzijdiga Tonersterkte Oorspr. type Sorteren Datum en tijdb Klokmodusb Taal b Standaardmodus Energ.spaarst.
Menuoverzicht b. c. d. e. f. Alleen M267xF/ M267xFN/ M287xFD/ M287xFW/M267xFH/ M267xHN/M287xHN. Alleen M267xN/ M287xND. Alleen M267xN/M267xFN/M287xND/ M287xFD/M287xFW/M267xHN/M287xHN. Alleen M287xND/M287xFD/M287xFW/M287xHN. Alleen M2675/M2676/M2875/M2876 series. 2.
Menuoverzicht Netwerk TCP/IP (IPv4)a Protocolmgr.a DHCP Net. activeren BOOTP Http activeren Statisch WINS TCP/IP (IPv6)a SNMP V1/V2 IPv6 activeren UPnP(SSDP) DHCPv6 config MDNS Ethernet-snel.a Onmiddellijk SetIP SLP 10 Mbps Half Netwerkconf.a 10 Mbps Full Instel. wissena 100 Mbps Half 100 Mbps Full Draadloosb Wi-Fi AAN/UIT Wi-Fi Direct WPS-inst. WLAN-inst. WLAN Standaard WLAN-signaal a. Alleen M267xN/M267xFN/M287xND/M287xFD/M287xFW/ M267xHN. b. Alleen M287xFW. 2.
De standaardinstellingen van het apparaat U kunt de instellingen van het apparaat wijzigen via Apparaatinstellingen in het programma Samsung Easy Printer Manager. • Als u Windows of Mac gebruikt, kunt u uw instellingen wijzigen via Samsung Easy Printer Manager > (Geavanceerde modus activeren) > Apparaatinstellingen (zie "Apparaatinstellingen" op pagina 286). Nadat de installatie is voltooid, kunt u de standaardinstellingen van het apparaat opgeven.
De standaardinstellingen van het apparaat Als u drukt op de (Power/Wakeup) knop, start met afdrukken of een fax ontvangt, zal het toestel ontwaken uit de energiezuinige modus. • 3 4 5 Luchtdrukcorr.: De afdrukkwaliteit wordt beïnvloed door de atmosferische druk, die wordt bepaald door de hoogte boven zeeniveau waarop het apparaat zich bevindt. Ga na op welke hoogte u zich bevindt en stel de juiste luchtdruk in (zie "Aanpassing aan luchtdruk of hoogte" op pagina 233).
Afdrukmateriaal en lade In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u afdrukmedia in uw apparaat plaatst. 2 Lade overzicht • Wanneer u afdrukmateriaal gebruikt dat niet voldoet aan deze specificaties, kan dit problemen veroorzaken waarvoor reparatie vereist is. Zulke reparaties worden niet gedekt door de garantie of serviceovereenkomst van Samsung. • Zorg ervoor dat u geen fotopapier voor inkjetprinters gebruikt. Dit kan uw apparaat beschadigen. Om het formaat te wijzigen, moet u de papiergeleiders aanpassen.
Afdrukmateriaal en lade De papierniveau-indicator geeft aan hoeveel papier er in de lade ligt. Beschikbare papiersoorten voor dubbelzijdig afdrukken Mogelijk is dubbelzijdig afdrukken niet beschikbaar bij sommige modellen (zie "Functies per model" op pagina 8). Afhankelijk van het stroomvoltage dat uw apparaat gebruikt, verschillen de beschikbare papiersoorten voor dubbelzijdig afdrukken. Raadpleeg de onderstaande tabel.
Afdrukmateriaal en lade 3 Papier in de lade plaatsen Wanneer u afdrukt met de lade, moet u geen papier in de handmatige invoer plaatsen omdat dit een papierstoring kan veroorzaken. 2 1 2 1 3 2.
Afdrukmateriaal en lade 4 Papier plaatsen in handmatige invoer In de handmatige invoer kunnen speciale soorten en formaten afdrukmateriaal worden geplaatst, zoals briefkaarten, notitiekaarten en enveloppen (zie "Specificaties van de afdrukmedia" op pagina 124). Tips voor het gebruik van de handmatige invoer • Plaats slechts één soort, formaat en gewicht van afdrukmedia tegelijk in de handmatige invoer. • Voeg tijdens het afdrukken geen papier toe als de handmatige invoer nog papier bevat.
Afdrukmateriaal en lade 2.
Afdrukmateriaal en lade 5 Afdrukken op speciale afdrukmedia Enveloppen Of enveloppen goed worden bedrukt, is afhankelijk van de kwaliteit. De onderstaande tabel toont de te gebruiken speciale afdrukmedia in elke lade. Plaats een envelop op de volgende manier om deze te bedrukken. De media wordt ook weergegeven in Voorkeursinstellingen.
Afdrukmateriaal en lade - Toestand: geen gekrulde, verkreukelde of beschadigde enveloppen. • Voor de beste afdrukkwaliteit plaatst u de marges best niet dichter dan 15 mm van de rand van de envelop. - Temperatuur: dienen tegen de warmte en druk van het apparaat in werking te kunnen. • Druk niet af op de plaats waar de naden van de envelop samenkomen. • Gebruik alleen goed gevormde enveloppen met scherpe vouwen. • Gebruik geen afgestempelde enveloppen.
Afdrukmateriaal en lade • Laat transparanten niet te lang in de papierlade liggen. Er kan zich dan stof en vuil op afzetten, wat leidt tot vlekken bij het afdrukken. Etiketten • Let op dat u geen vingerafdrukken op de transparanten maakt. Dit veroorzaakt vlekken tijdens het afdrukken. Om beschadigingen aan het apparaat te voorkomen, gebruikt u uitsluitend etiketten die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters.
Afdrukmateriaal en lade - Krullen: Moet plat liggen en in geen enkele richting meer dan 13 mm omkrullen. - Toestand: gebruik geen etiketten die gekreukt zijn, blaasjes vertonen of loskomen van het rugvel. • Let op dat er tussen de etiketten geen zelfklevend materiaal blootligt. Blootliggende delen kunnen ervoor zorgen dat etiketten tijdens het afdrukken loskomen, waardoor het papier kan vastlopen. Ook kunnen hierdoor onderdelen van het apparaat beschadigd raken.
Afdrukmateriaal en lade Voorbedrukt papier Bij het plaatsen van voorbedrukt papier moet de bedrukte zijde bovenaan liggen en mag de voorzijde niet gekruld zijn. Bij invoerproblemen draait u het papier om. Er zijn geen garanties wat de afdrukkwaliteit betreft. • Voor u voorbedrukt papier in de lade plaatst, controleert u of de inkt op het papier droog is. Natte inkt kan tijdens het fixeerproces loskomen van het voorbedrukt papier, waardoor de afdrukkwaliteit afneemt.
Afdrukmateriaal en lade • De instellingen die via het apparaatstuurprogramma zijn opgegeven krijgen voorrang op de instellingen die via het bedieningspaneel werden opgegeven. a Als u afdrukt vanuit een toepassing, opent u de toepassing en het afdrukmenu. b Open Voorkeursinstellingen (zie "Voorkeursinstellingen openen" op pagina 59). c Klik op het tabblad Papier en selecteer het juiste papiertype.
Afdrukmateriaal en lade - Gekruld of opgerold papier - Papier met scheuren • Verwijder alle nietjes en paperclips voor u het papier plaatst. • Controleer of eventuele lijm, inkt of correctievloeistof op het papier volledig droog is voor u het plaatst. • Plaats geen originelen van verschillend formaat of gewicht. • Plaats geen boekjes, foldertjes, transparanten of documenten met andere afwijkende eigenschappen. 1 Til het deksel van de scanner op.
Afdrukmateriaal en lade 2 Plaats de originelen met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat van de scanner. Plaats het document zorgvuldig in het verlengde van de markering linksboven op de glasplaat. • Als u het deksel van de scanner tijdens het kopiëren niet sluit, kan dat een nadelig effect hebben op de kopieerkwaliteit en het tonerverbruik. • Stof op de glasplaat kan leiden tot zwarte vlekken op de afdruk. Houd de glasplaat schoon (zie "Het apparaat reinigen" op pagina 91).
Afdrukmateriaal en lade In de automatische documentinvoer In de documentinvoer kunt u tot 40 vellen papier (80 g/m2, 21 lbs bankpostpapier) voor één taak plaatsen. 1 2 Plaats de originelen in de documentinvoerlade met de bedrukte zijde naar boven. Zorg ervoor dat de onderkant van de stapel originelen samenvalt met de markering voor het papierformaat op de invoerlade. Buig de papierstapel of waaier het papier uit om de pagina’s van elkaar te scheiden voor u de originelen plaatst. 2.
Afdrukmateriaal en lade 3 Stel de ADI in overeenkomstig het papierformaat. • Stof op de glasplaat van de ADI kan zwarte strepen op de afdruk veroorzaken. Houd de glasplaat schoon (zie "Het apparaat reinigen" op pagina 91).
Eenvoudige afdruktaken • Raadpleeg de Handleiding Geavanceerd (zie "Geavanceerde afdrukfuncties gebruiken" op pagina 240) voor speciale afdrukfuncties. 3 Selecteer uw printer in de lijst Printer selecteren. 4 De basisafdrukinstellingen, inclusief het aantal kopieën en het afdrukbereik, worden geselecteerd in het venster Afdrukken. • Afhankelijk van het model of de opties worden sommige menu's mogelijk niet ondersteund (zie "Functies per model" op pagina 8).
Eenvoudige afdruktaken 11 Een afdruktaak annuleren Een afdruktaak die in een afdrukrij of afdrukspooler wacht om afgedrukt te worden, annuleert u op de volgende manier: • U kunt toegang krijgen tot dit venster door te dubbelklikken op het pictogram van het apparaat ( • ) in de taakbalk van Windows. U kunt de huidige afdruktaak ook annuleren door te drukken op de knop 1 2 Open het document dat u wilt afdrukken. 3 4 Selecteer uw printer in de lijst Printer selecteren.
Eenvoudige afdruktaken • U kunt voordat u gaat afdrukken eco-functies toepassen om papier en toner te besparen (zie "Easy Eco Driver" op pagina 278). • U kunt de huidige status van het apparaat controleren door op de knop Printerstatus te drukken (zie "Samsung-printerstatus gebruiken" op pagina 288). Voorkeursinstellingen gebruiken 3 4 Klik op Opslaan. 5 Klik op OK. Als u instellingen opslaat onder Favorieten worden alle huidige stuurprogramma-instellingen opgeslagen.
Eenvoudige afdruktaken 14 Eco-afdruk Instellen van Eco-modus op het bedieningspaneel. Met de functie Eco spaart u toner en papier uit. De functie Eco spaart natuurlijke hulpbronnen en helpt u milieuvriendelijke afdrukken te maken. • De instellingen die via het stuurprogramma zijn opgegeven krijgen voorrang op de instellingen via het bedieningspaneel. Als u op het bedieningspaneel op de knop Eco drukt, wordt deze modus ingeschakeld.
Eenvoudige afdruktaken • Als u de eco-modus instelt met een wachtwoord via de SyncThru™ Web Service (Settings tab > Machine Settings > System > Eco Settings), verschijnt de melding Geforc.. U moet het wachtwoord invoeren om de eco-modus te wijzigen. • 3 Temp wijz: Volg de instellingen van Syncthru™ Web Service of Samsung Easy Printer Manager.
Normaal kopiëren • Raadpleeg de Handleiding Geavanceerd (zie "Menu Kopiëren" op pagina 217) voor speciale afdrukfuncties. 2 Eén document plaatsen (zie "Originelen plaatsen" op pagina 54). 3 Om de kopieerinstellingen, zoals onder meer Verkl./vergr., Tonersterkte, Origineel, aan te passen via de knoppen op het bedieningspaneel (zie "De instellingen per kopie wijzigen" op pagina 64). 4 Voer indien nodig het aantal kopieën in met behulp van de pijl of het numeriek toetsenblok.
Normaal kopiëren 16 De instellingen per kopie wijzigen 1 Selecteer (kopiëren) > (Menu) > Kopieerfunctie > Tonersterkte op het bedieningspaneel. Of druk op de knop Tonersterkte op het bedieningspaneel. Het apparaat beschikt over standaardinstellingen voor kopiëren zodat u snel en gemakkelijk een kopie kunt maken. Met behulp van de kopieerfunctieknoppen op het bedieningspaneel kunt u de opties per kopie wijzigen. 2 Bijvoorbeeld Licht+5 is de lichtste en Donker+5 is de donkerste.
Normaal kopiëren Als de tekst op de afdruk onscherp is, selecteert u Tekst om scherpe teksten te krijgen. • 3 Foto: gebruik deze optie voor foto’s. Om uit de vooraf ingestelde kopieerformaten te selecteren 1 Druk op (Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus. Verkleinde of vergrote kopie U kunt het formaat van een gekopieerde afbeelding verkleinen tot 25% of vergroten tot 400% wanneer u originelen kopieert via de glasplaat.
Normaal kopiëren 4 Druk op (Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus. Als u een verkleinde kopie maakt, kunnen er onderaan op de kopie zwarte lijnen verschijnen. 1 Druk op ID Copy op het bedieningspaneel. 2 Plaats een origineel op de glasplaat met de voorzijde naar onder zoals aangegeven door de pijlen. Sluit vervolgens het deksel van de scanner. 3 4 Plaats voorzijde en druk op Start verschijnt op het display.
Normaal kopiëren 5 Keer het origineel om en leg het op de glasplaat zoals wordt aangegeven door de pijlen. Sluit vervolgens het deksel van de scanner. 6 Druk op Start. • Als u niet op (Start) drukt, wordt alleen de voorzijde gekopieerd. • Als het origineel groter is dan het afdrukgebied, worden sommige gedeelten mogelijk niet afgedrukt. 2.
Basisfuncties voor scannen • Raadpleeg de Handleiding Geavanceerd (zie "Scanfuncties" op pagina 255) voor speciale scanfuncties. 1 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner (zie "Originelen plaatsen" op pagina 54). 2 Selecteer (scan) > Naar pc scannen > Lokale pc op het configuratiescherm.
Basisfuncties voor scannen 5 Het apparaat begint te scannen. De gescande afbeelding wordt opgeslagen in C:\Gebruikers\gebruikersnaam\Mijn documenten. De opslagmap kan verschillen, afhankelijk van uw besturingssysteem of het gebruikte programma. 2.
Basisfuncties voor faxen 19 • Raadpleeg de Handleiding Geavanceerd (zie "Faxfuncties" op pagina 264), voor speciale faxfuncties. • De toegang tot menu's kan verschillen van model to model (zie "Toegang tot het menu" op pagina 36 or "Overzicht van het bedieningspaneel" op pagina 26). • M267xN/ M287xND ondersteunt geen faxfuncties. • U kunt dit apparaat niet als faxapparaat gebruiken via een internettelefoon. Raadpleeg uw internetprovider voor meer informatie.
Basisfuncties voor faxen 4 5 1 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner (zie "Originelen plaatsen" op pagina 54). • Met Samsung Network PC Fax kunt u een fax rechtstreeks vanaf uw computer verzenden (zie "Een fax met uw computer verzenden" op pagina 265). 2 3 Selecteer • Als u een faxtaak wilt annuleren, drukt u op voordat het apparaat begint met verzenden.
Basisfuncties voor faxen 7 U kunt geen faxen verzenden met deze functie wanneer u hebt gekozen voor superfijn of wanneer de fax in kleur is. 1 Selecteer 4 Selecteer (Menu) > Faxfunctie > Meerdere verz. op het bedieningspaneel. 5 Voer het nummer van het eerste ontvangende faxapparaat in en druk op OK. 8 (faxen) op het bedieningspaneel. selecteren met de knop Als u klaar bent met het invoeren van faxnummers, selecteert u Nee op de vraag Nog een nummer? en drukt u op OK.
Basisfuncties voor faxen 22 De documentinstellingen aanpassen Voordat u een fax verstuurt, wijzigt u de volgende instellingen overeenkomstig de eigenschappen van het origineel voor een optimaal resultaat. • De toegang tot menu's kan verschillen van model to model (zie "Toegang tot het menu" op pagina 36 or "Overzicht van het bedieningspaneel" op pagina 26). 1 Selecteer (faxen) > bedieningspaneel. 2 Selecteer de gewenste optie en druk op OK.
Basisfuncties voor faxen • Verzenden vanuit het geheugen is niet beschikbaar in deze modus. • U kunt alleen een kleurenfax verzenden als het apparaat waarmee u communiceert, de ontvangst van een kleurenfax ondersteunt en als u de fax handmatig verzendt. 3 Druk op (Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus. Tonersterkte U kunt de helderheid van het originele document selecteren. De ingestelde helderheid geldt voor de huidige faxtaak.
3. Onderhoud In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u verbruiksartikelen, accessoires en onderdelen voor het onderhoud van uw apparaat kunt aankopen.
Verbruiksartikelen en toebehoren bestellen De verkrijgbare accessoires kunnen verschillen van land tot land. Neem contact op met uw verkoper voor de lijst met beschikbare verbruiksartikelen en onderdelen. Als u door Samsung goedgekeurde verbruiksartikelen, accessoires of reserveonderdelen wilt bestellen, neemt u contact op met de lokale Samsung-dealer of de winkel waar u het apparaat hebt gekocht. Of ga naar www.samsung.com/supplies en selecteer uw land/regio voor de contactgegevens van de klantenservice.
Beschikbare verbruiksartikelen Als de verbruiksartikelen het einde van hun gebruiksduur naderen, kunt u de volgende verbruiksartikelen voor uw apparaat bestellen: Type Tonercassette Beeldeenheid Model Gemiddeld aantal afdrukkena Benaming van onderdeel M2670/M2870 series Ong. 3.000 pagina's MLT-D115L M2675/M2676/M2875/M2876 series Ong. 1.200 pagina's MLT-D116Sb Ong. 3.000 pagina's MLT-D116L Ong. 9.000 pagina's MLT-R116 M2675/M2676/M2875/M2876 series a.
Verkrijgbare onderdelen voor onderhoud Neem contact op met de winkel waar u het apparaat hebt gekocht om reserveonderdelen te bestellen. Laat onderhoudsonderdelen alleen vervangen door een erkende servicemedewerker, de leverancier of personeel van de winkel waar u het apparaat hebt gekocht. De vervanging van onderdelen waarvan de gemiddelde levensduur is verstreken, valt niet onder de garantie.
De tonercassette bewaren Tonercassettes bevatten componenten die gevoelig zijn voor licht, temperatuur en vochtigheid. Samsung raadt u aan deze aanbevelingen te volgen met het oog op optimale prestaties, de hoogste kwaliteit en de langste gebruiksduur van uw nieuwe Samsung-tonercassette. Bewaar deze cassette op de plaats waar de printer wordt gebruikt. Idealiter in een omgeving met gecontroleerde temperatuur en vochtigheid.
De tonercassette bewaren 3 Geschatte levensduur van tonercassette De geschatte levensduur van een cassette is afhankelijk van de hoeveelheid toner die afdruktaken vereisen. De eigenlijke capaciteit kan variëren afhankelijk van de afdrukdichtheid van de pagina’s waarop u afdrukt, de omgeving, percentage afbeeldingen, de tijd tussen de afdruktaken, het type media en het mediaformaat.
Toner herverdelen Als de tonercassette bijna leeg is: • Witte strepen, onduidelijke afdruk en/of verschillende dichtheid aan beide kanten. • De Status-LED knippert rood. In dat geval kunt u de afdrukkwaliteit tijdelijk verbeteren door de resterende toner in de tonercassette opnieuw te verdelen. Soms blijven die witte strepen of lichtere gebieden voorkomen, ook nadat de toner opnieuw is verdeeld.
Toner herverdelen 4 M2670/M2870 series 2 1 3.
Toner herverdelen 5 M2675/M2676/M2875/M2876 series 2 1 3.
De tonercassette vervangen • Schud de tonercassette grondig. Dit verhoogt de afdrukkwaliteit in het begin. • De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat. Controleer het type apparaat (zie "Voorkant" op pagina 23). • Om schade aan de tonercassette te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat deze niet langer dan enkele minuten wordt blootgesteld aan licht. Dek de cassette zo nodig af met een stuk papier.
De tonercassette vervangen 6 M2670/M2870 series Als een tonercassette het eind van de levensduur bereikt heeft, stopt de printer met afdrukken. 3.
De tonercassette vervangen 7 M2675/M2676/M2875/M2876 series Als een tonercassette het eind van de levensduur bereikt heeft, stopt de printer met afdrukken. 3.
De beeldeenheid vervangen Als een beeldeenheid het einde van de levensduur bereikt heeft, stopt de printer met afdrukken. • Om schade aan de tonercassette te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat deze niet langer dan enkele minuten wordt blootgesteld aan licht. Dek de cassette zo nodig af met een stuk papier. • Raak het groene gedeelte van de tonercassette niet aan. Neem de cassette vast bij de handgreep om te vermijden dat u de onderkant aanraakt.
De beeldeenheid vervangen 8 M2675/M2676/M2875/M2876 series 2 1 1 2 3.
De gebruiksduur van de verbruiksartikelen controleren Als u regelmatig geconfronteerd wordt met papierstoringen of afdrukproblemen, controleert u het aantal pagina’s dat het apparaat heeft afgedrukt of gescand. Vervang indien nodig de betrokken onderdelen. Voor bepaalde modellen moet u mogelijk op OK drukken om naar menu's op lagere niveaus te gaan. 1 2 3 Selecteer (Menu) > Systeeminst. > Onderhoud > Gebruiksduur op het bedieningsscherm. Selecteer de gewenste optie en druk op OK.
Instellen van de waarschuwing "Toner bijna op" Als de tonercassette bijna leeg is, verschijnt een bericht of gaat er een LED branden die aangeeft dat u de tonercassette moet vervangen. U kunt instellen of u wenst dat dit bericht of deze LED verschijnt of niet. • Het openen van de menu's kan verschillen per model (zie "Toegang tot het menu" op pagina 36). • Voor bepaalde modellen moet u mogelijk op OK drukken om naar menu's op lagere niveaus te gaan.
Het apparaat reinigen Als er zich problemen voordoen met de afdrukkwaliteit of als u uw apparaat in een stofrijke omgeving gebruikt, moet u uw apparaat regelmatig schoonmaken om de beste afdrukkwaliteit te blijven garanderen en de gebruiksduur van uw apparaat te verlengen. • Als u de behuizing van het apparaat reinigt met reinigingsmiddelen die veel alcohol, oplosmiddelen of andere agressieve substanties bevatten, kan de behuizing verkleuren of vervormen.
Het apparaat reinigen 10 De binnenkant reinigen Tijdens het afdrukken kunnen zich in het apparaat papierresten, toner en stof verzamelen. Dit kan op een gegeven moment problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaken, zoals tonervlekken. Deze problemen kunnen worden gereduceerd en verholpen door de binnenkant van het apparaat te reinigen. • Om schade aan de tonercassette te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat deze niet langer dan enkele minuten wordt blootgesteld aan licht.
Het apparaat reinigen 1 2 2 1 3.
Het apparaat reinigen 11 Reinigen van de opneemrol • Voordat u de voorklep opent, moet u eerst de uitvoersteun sluiten. • Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht totdat het apparaat is afgekoeld. Als uw apparaat een aan/uit-schakelaar heeft, zet u de aan/uit-schakelaar uit voordat u het apparaat reinigt. • De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding zijn afhankelijk van de opties en het model, en komen mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat.
Het apparaat reinigen 3.
Het apparaat reinigen 12 Scannereenheid reinigen 3 Veeg de glasplaat schoon en droog ze af. Houd de scannereenheid goed schoon. Dat komt de kwaliteit van de kopieën ten goede. Wij raden u aan de scannereenheid aan het begin van elke dag te reinigen en dit zo nodig in de loop van de dag te herhalen. • Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht totdat het apparaat is afgekoeld.
Tips voor het verplaatsen en opbergen van uw apparaat • U mag het apparaat bij het verplaatsen niet ondersteboven of op zijn kant houden. Er kan immers toner vrijkomen binnenin het apparaat waardoor er schade aan het apparaat kan ontstaan of de afdrukkwaliteit kan verslechteren. • Als u het apparaat verplaatst, moet u ervoor zorgen dat ten minste twee mensen het apparaat goed vasthouden. 3.
4. Problemen oplossen In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt. • Tips om papierstoringen te voorkomen 99 • Vastgelopen originelen verwijderen 100 • Papierstoringen verhelpen 104 • Informatie over de status-LED 112 • Informatie over displaymeldingen 115 In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt.
Tips om papierstoringen te voorkomen U kunt de meeste papierstoringen voorkomen door het juiste type afdrukmedia te gebruiken. Zie de volgende tips om storingen met vastzittend papier te voorkomen: • Zorg ervoor dat de verstelbare geleiders correct zijn ingesteld (zie "Lade overzicht" op pagina 43). • Plaats niet te veel papier in de lade. Zorg dat de papierstapel niet boven de maximummarkering aan de binnenzijde van de lade uitkomt. • Verwijder geen papier uit de papierlade tijdens het afdrukken.
Vastgelopen originelen verwijderen Als een origineel vastloopt in de ADI verschijnt er een waarschuwingsbericht op het display. Trek het vastgelopen papier voorzichtig en langzaam naar buiten om te voorkomen dat het scheurt. Gebruik de glasplaat van de scanner voor originelen van dik, dun of gemengd papier om papierstoringen te voorkomen. 4.
Vastgelopen originelen verwijderen 1 Er is een origineel vastgelopen vóór de scanner 4.
Vastgelopen originelen verwijderen 2 Het origineel is in de scanner vastgelopen 4.
Vastgelopen originelen verwijderen 3 Het origineel is vastgelopen in het uitvoergebied van de scanner. 1 2 Verwijder alle resterende pagina’s uit de ADI. Verwijder het vastgelopen papier voorzichtig uit de ADI. 4.
Papierstoringen verhelpen Trek het vastgelopen papier voorzichtig en langzaam naar buiten om te voorkomen dat het scheurt. 4 In de papierlade 4.
Papierstoringen verhelpen 5 In de lade voor handmatige invoer 4.
Papierstoringen verhelpen 6 Binnenin het apparaat Het gebied rond de fixeereenheid is heet. Wees voorzichtig wanneer u papier uit het apparaat verwijdert. 4.
Papierstoringen verhelpen M2670/M2870 series 1 2 4.
Papierstoringen verhelpen M2675/M2676/M2875/M2876 series 1 2 4.
Papierstoringen verhelpen 7 In het uitvoergebied 4.
Papierstoringen verhelpen 8 Rond de duplexeenheid 4.
Papierstoringen verhelpen Ga naar de volgende stap als u geen papier ziet in dit gebied: 1 2 4.
Informatie over de status-LED De kleur van de LED geeft de huidige status van het apparaat aan. • Afhankelijk van het model of land zijn enkele LED´s mogelijk niet beschikbaar. • Zie de foutmelding en de bijbehorende instructies om de fout op te lossen. • U kunt de fout ook oplossen met de tips in het programmavenster Afdrukstatus of Smart Panel. • Neem contact op met een medewerker van de klantenservice als het probleem zich blijft voordoen. 4.
Informatie over de status-LED Status Status Omschrijving Uit • Het apparaat is offline. • Het apparaat bevindt zich in energiebesparende modus. Groen Knippert Als het lampje knippert, is het apparaat bezig met het ontvangen of afdrukken van gegevens. Aan Het apparaat is online en klaar voor gebruik. Oranje Aan Er is een papierstoring opgetreden (zie "Vastgelopen originelen verwijderen" op pagina 100, "Papierstoringen verhelpen" op pagina 104).
Informatie over de status-LED Status Power/ Wakeup Eco Blauw Groen Omschrijving Aan Het apparaat bevindt zich in energiebesparende modus. Uit Het apparaat staat in de gereedmodus of het apparaat is uitgeschakeld. Aan Eco-modus is ingeschakeld (zie "Eco-afdruk" op pagina 61). Uit Eco-modus is uitgeschakeld. a. bijna bereikt.De geschatte gebruiksduur van een cassette verwijst naar de verwachte of geschatte gebruiksduur van een tonercassette.
Informatie over displaymeldingen Er verschijnen berichten op het display van het bedieningspaneel om de status van het apparaat of fouten te melden. Raadpleeg de onderstaande tabellen voor de betekenis van de berichten en verhelp indien nodig het probleem. • U kunt de fout oplossen met de hulp van het Afdrukstatusprogrammavenster van de computer (zie "Samsung-printerstatus gebruiken" op pagina 288).
Informatie over displaymeldingen Melding Betekenis Voorgestelde oplossing • Pap.st. in uitv.gebied Er is papier vastgelopen in het papieruitvoergebied. Verwijder het vastgelopen papier (zie "In het uitvoergebied" op pagina 109). • Pap.st. onderk. DE Er is papier vastgelopen in het duplex-gebied. Verwijder het vastgelopen papier (zie "Rond de duplexeenheid" op pagina 110). • Papierst. bovenkant duplexeenh. 4.
Informatie over displaymeldingen 10 Meldingen over de tonercassette Melding Betekenis Voorgestelde oplossing • Plaats tonercassette Er is geen tonercassette geplaatst. Plaats een tonercassette. • Zwarte TC comp. De tonercassette die u hebt geplaatst, is niet geschikt voor uw apparaat. Installeer tonercassettes van Samsung die speciaal bedoeld zijn voor uw apparaat. • Voorbereiden nieuwe cass. De tonercassette bevat nog een kleine hoeveelheid toner.
Informatie over displaymeldingen Melding • Pl. nieuwe cass. Betekenis De tonercassette is bijna aan het eind van de geschatte gebruiksduura. Voorgestelde oplossing • U kunt kiezen tussen Stop of Doorgaan, zoals weergegeven op het bedieningspaneel. Als u Stop selecteert, stopt de printer met afdrukken en kunt u niet meer afdrukken zolang u de cassette niet hebt vervangen. Als u Doorgaan kiest, gaat de printer door met afdrukken maar kan de afdrukkwaliteit niet worden gegarandeerd.
Informatie over displaymeldingen 11 12 Beeldeenheid-gerelateerde meldingen Melding Betekenis Voorgestelde oplossing • Installeer Beeldeenheid Beeldeenheid is niet geplaatst. Installeer een beeldeenheid. • Ongeldig Beeldeenheid De beeldeenheid die u hebt geïnstalleerd, is niet geschikt voor uw apparaat. Installeer een beeldeenheid van Samsung die speciaal bedoeld is voor uw apparaat.
Informatie over displaymeldingen 13 Melding Meldingen over het netwerk Melding • Netw.probl.: IP-conflict Betekenis Het door u ingestelde IP-adres wordt al door iemand anders gebruikt. • Geh. vol Verw. taak Voorgestelde oplossing Betekenis Het geheugen is vol. Voorgestelde oplossing U kunt de ontvangen faxtaak afdrukken of verwijderen in Veilige ontv. (zie de handleiding Geavanceerd). Controleer het IP-adres en stel het zo nodig opnieuw in (zie handleiding Geavanceerd). 14 Div.
5. Bijlage In dit hoofdstuk staan productspecificaties en informatie met betrekking tot toepasbare regelgeving.
Specificaties 1 Algemene specificaties De specificaties hieronder kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Ga naar www.samsung.com voor mogelijk gewijzigde informatie.
Specificaties Items Omschrijving Relatieve luchtvochtigheid Gebruik 20 tot 80% RV Opslag (in verpakking) 10 tot 90% RV Nominaal vermogenc Modellen op 110 volt AC 110 – 127 V Modellen op 220 volt AC 220 – 240 V Gemiddeld vermogen Minder dan 400 Watt Stand-bymodus minder dan 50 Watt Energiebesparende modusd • M287xFW: Minder dan 1,6 Watt (Wi-Fi Direct ingeschakeld:minder dan 2,4 Watt) Stroomverbruik • M267xN/M267xF/M267xFH/M267xFN/ M267xHN/M287xND/M287xFD/M287xHN series: minder dan 1,1 Watt
Specificaties 2 Specificaties van de afdrukmedia Type Formaat Afmetingen Gewicht/capaciteit afdrukmediaa Lade Normaal papier Letter 216 x 279 mm 60 tot 163 g/m2 (bankpostpapier) Legal 216 x 356 mm US Folio 216 x 330 mm • 250 vellen van 80 g/m2 (bankpostpapier) A4 210 x 297 mm Oficio 216 x 343 mm JIS B5 182 x 257 mm ISO B5 176 x 250 mm Executive 184 x 267 mm A5 148 x 210 mm A6 105 x 148 mm Handmatige invoerb 60 tot 220 g/m2 (bankpostpapier).
Specificaties Type Formaat Afmetingen Gewicht/capaciteit afdrukmediaa Lade Monarchenvelop 98 x 191 mm Envelop Nr. 10 105 x 241 mm Envelop DL 110 x 220 mm Envelop C5 162 x 229 mm Envelop C6 114 x 162 mm Dik papier Zie Normaal papier Dikker papier Handmatige invoerb Niet beschikbaar in lade 60 tot 220 g/m2 (bankpostpapier).
Specificaties Type Formaat Afmetingen Gewicht/capaciteit afdrukmediaa Lade Kartonpapier Letter, Legal, US Folio, A4, JIS B5, ISO B5, Executive, A5 Handmatige invoerb Zie Normaal papier 121 tot 163 g/m2 (bankpostpapier) 121 tot 163 g/m2 (bankpostpapier) Zie Normaal papier 106 tot 120 g/m2 (bankpostpapier) 106 tot 120 g/m2 (bankpostpapier) • Handmatige invoer: 76 x 127 mm 60 tot 163 g/m2 (bankpostpapier) d, e Briefkaart 4x6 Bankpostpapier Zie Normaal papier Minimaal formaat (aangepast) Maxima
Specificaties 3 Systeemvereisten Microsoft® Windows® Vereisten (aanbevolen) Besturingssysteem Processor RAM Vrije schijfruimte Windows® XP Intel® Pentium® III 933 MHz (Pentium IV 1 GHz) 128 MB (256 MB) 1,5 GB Windows Server® 2003 Intel® Pentium® III 933 MHz (Pentium IV 1 GHz) 128 MB (512 MB) 1,25 GB tot 2 GB Windows Server® 2008 Intel® Pentium® IV 1 GHz (Pentium IV 2 GHz) 512 MB (2 GB) 10 GB Windows Vista® Intel® Pentium® IV 3 GHz 512 MB (1 GB) 15 GB Windows® 7 Intel® Pentium® IV 1 G
Specificaties • Internet Explorer 6.0 of hoger is minimum vereist voor alle Windows-besturingssystemen. • Gebruikers kunnen de software installeren als ze beheerdersrechten hebben. • Windows Terminal Services is compatibel met uw apparaat. Mac Besturingssysteem Mac OS X 10.5 Vereisten (aanbevolen) Processor • Intel®-processoren RAM Vrije schijfruimte 512 MB (1 GB) 1 GB • 867 MHz of sneller, Power PC G4/G5 Mac OS X 10.6 • Intel®-processoren 1 GB (2 GB) 1 GB Mac OS X 10.7-10.
Specificaties Linux Items Besturingssysteem Vereisten RedHat® Enterprise Linux WS 4, 5, 6 (32-/64-bit) Fedora 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15 (32-/64-bit) OpenSuSE® 10.2, 10.3, 11.0, 11.1, 11.2, 11.3, 11.4 (32-/64-bit) Mandriva 2007, 2008, 2009, 2009.1, 2010 (32/64 bit) Ubuntu 6.06, 6.10, 7.04, 7.10, 8.04, 8.10, 9.04, 9.10, 10.04, 10.10, 11.04 (32-/64-bit) SuSE Linux Enterprise Desktop 10, 11 (32/64 bits) Debian 5,0, 4.
Specificaties 4 Netwerkomgeving Alleen voor draadloze en netwerkmodellen (zie "Functies per model" op pagina 8). U moet de netwerkprotocollen installeren op het apparaat om het als netwerkprinter te kunnen gebruiken. In de volgende tabel worden de netwerkomgevingen vermeld die door het apparaat worden ondersteund. Items Netwerkinterface Specificaties • Ethernet 10/100 Base-TX bedraad LAN • 802.
Informatie over wettelijke voorschriften Dit apparaat is ontworpen voor een normale werkomgeving en is gecertificeerd conform verschillende veiligheidsvoorschriften. 5 Verklaring inzake laserveiligheid De printer is in de Verenigde Staten gecertificeerd als zijnde in overeenstemming met de vereisten van DHHS 21 CFR, hoofdstuk 1, subhoofdstuk J voor laserproducten van klasse I(1), en is elders gecertificeerd als een laserproduct van klasse I dat voldoet aan de vereisten van IEC 60825-1: 2007.
Informatie over wettelijke voorschriften 6 8 Veiligheid in verband met ozon Recycleren De ozonemissie van dit apparaat ligt onder 0,1 ppm. Ozon is zwaarder dan lucht. Zet dit apparaat dus op een plaats met goede ventilatie. Recycle de verpakkingsmaterialen van dit product, of verwijder ze op een milieuvriendelijke wijze.
Informatie over wettelijke voorschriften 10 Correcte verwijdering van dit product (afgedankte elektrische en elektronische apparatuur) (Van toepassing in landen met afzonderlijke verzamelsystemen) (Alleen voor de Verenigde Staten) Verwijder elektronica door deze naar een goedgekeurd recyclingbedrijf te brengen. Vind recyclingbedrijven bij u in de buurt op onze website: www.samsung.
Informatie over wettelijke voorschriften 11 12 Correcte verwerking van de in dit product gebruikte batterijen Proposition 65 van de Staat Californië, Waarschuwing (Alleen VS) (Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor batterijen) Deze aanduiding op de batterij, handleiding of verpakking geeft aan dat de batterijen in dit product aan het eind van hun levensduur niet samen met ander huishoudelijk afval mogen worden weggegooid.
Informatie over wettelijke voorschriften • 14 raadpleeg uw verdeler of een ervaren radio-/televisiemonteur. Radiofrequentiestraling FCC-normen (VS) Dit apparaat is conform Deel 15 van de FCC-voorschriften. Het gebruik van dit apparaat is onderworpen aan de volgende twee voorwaarden: • dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken • en moet alle ontvangen interferentie aanvaarden, inclusief interferentie die een ongewenste werking kan veroorzaken.
Informatie over wettelijke voorschriften 15 Verenigde Staten van Amerika Federale Communicatiecommissie (FCC) Intentional emitter overeenkomstig FCC Deel 15 Mogelijk bevat uw printer radio-LAN-apparaten met een laag vermogen (radiofrequentieapparaten voor draadloze communicatie) die werken in de 2,4 GHz/5 GHz-band. Deze sectie is alleen van toepassing als deze apparaten aanwezig zijn. Controleer het systeemlabel om na te gaan of er draadloze apparaten aanwezig zijn.
Informatie over wettelijke voorschriften 16 19 Alleen voor Rusland Alleen in Thailand 20 Alleen Canada 17 Alleen Duitsland 18 Alleen voor Turkije Dit product voldoet aan de geldende technische specificaties van Industry Canada. / Le present materiel est conforme aux specifications techniques applicables d’Industrie Canada. Het REN (Ringer Equivalence Number) is een indicatie van het maximum aantal apparaten dat mag worden aangesloten op een telefooninterface.
Informatie over wettelijke voorschriften 21 22 Faxidentificatie Volgens de Telephone Consumer Protection Act van 1991 is het wettelijk verboden om met een computer of een ander elektronisch apparaat faxberichten te verzenden tenzij ze voorzien zijn van een duidelijke strook aan de onderkant of bovenkant van iedere verzonden pagina of op de eerste pagina met de volgende gegevens: 1 verzenddatum en -tijd; 2 naam van het bedrijf, de bedrijfsafdeling of afzender; en 3 telefoonnummer van het verzendapparaat, h
Informatie over wettelijke voorschriften Volgens de voorschriften van de FCC (Federal Communication Commission) kunnen wijzigingen of modificaties aan dit apparaat die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de fabrikant ertoe leiden dat de gebruiker het recht verliest om het apparaat te gebruiken. Wanneer randapparatuur schade aan het telefoonnet veroorzaakt, moet de telefoonmaatschappij de klant waarschuwen dat de dienst kan worden onderbroken.
Informatie over wettelijke voorschriften 23 De stekker van het netsnoer vervangen (alleen voor het VK) Belangrijke waarschuwing: Dit apparaat moet op een geaard stopcontact worden aangesloten. Belangrijk Het netsnoer van dit apparaat is voorzien van een standaardstekker (BS 1363) van 13 ampère en een zekering van 13 ampère. Als u de zekering vervangt, moet u het juiste type van 13 ampère gebruiken. Nadat u de zekering hebt gecontroleerd of vervangen, moet u de afdekkap van de zekering weer sluiten.
Informatie over wettelijke voorschriften 24 Verklaring van overeenstemming (Europese landen) Goedkeuringen en certificeringen 9 maart 1999: Richtlijn 1999/5/EC van de Raad inzake radioapparatuur en eindapparatuur voor telecommunicatie en de onderlinge herkenning van hun conformiteit. U kunt bij uw vertegenwoordiger van Samsung Electronics Co., Ltd. een volledige verklaring krijgen waarin de relevante richtlijnen en de normen waarnaar wordt verwezen, zijn gedefinieerd.
Informatie over wettelijke voorschriften Europese radiogoedkeuringsinformatie (voor producten uitgerust met door de EU goedgekeurde radioapparaten) Europese landen met gebruiksbeperkingen: Deze printer is bestemd voor gebruik thuis of op kantoor. Mogelijk bevat uw printer radio-LAN-apparaten met een laag vermogen (radiofrequentieapparaten voor draadloze communicatie) die werken in de 2,4/5 GHz-band. Deze sectie is alleen van toepassing als deze apparaten aanwezig zijn.
Informatie over wettelijke voorschriften Bijkomende beperkingen, waarschuwingen en overwegingen voor specifieke landen zijn opgenomen in de specifieke landensecties (of landengroepensecties). De draadloze apparaten in uw systeem zijn uitsluitend gekwalificeerd voor gebruik in de landen die geĂŻdentificeerd kunnen worden aan de hand van de markering "Radio gekeurd" op het systeemclassificatielabel.
Informatie over wettelijke voorschriften Als uw systeem uitgerust is met een ingebouwd draadloos apparaat, mag u het draadloos apparaat niet gebruiken tenzij alle kleppen en schermen op hun plaats zitten en het systeem compleet is. Draadloze apparaten mogen niet door de gebruiker zelf worden hersteld. Ze mogen onder geen enkel beding gewijzigd worden. Wanneer u wijzigingen aanbrengt aan een draadloos apparaat, vervalt de gebruikerslicentie. Neem voor ondersteuning contact op met de fabrikant.
Informatie over wettelijke voorschriften 27 Alleen voor China 5.
Copyright © 2013 Samsung Electronics Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden. Deze gebruikershandleiding dient uitsluitend ter informatie. Alle informatie in deze gebruikershandleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Samsung Electronics kan niet aansprakelijk worden gesteld voor directe of indirecte schade als gevolg van of in verband met het gebruik van deze gebruikershandleiding. • Samsung en het Samsung-logo zijn handelsmerken van Samsung Electronics Co., Ltd.
Gebruikershandleiding GEAVANCEERD GEAVANCEERD Deze handleiding geeft informatie over de installatie, geavanceerde instelling, gebruik en het oplossen van problemen in verschillende besturingssystemen. Afhankelijk van het model of land zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar. BASIS Deze handleiding geeft informatie met betrekking tot de installatie, normaal gebruik en het oplossen van problemen in Windows.
GEAVANCEERD 1. Installatie van de software Installatie voor Mac 151 Opnieuw installeren voor Mac 152 Installatie voor Linux 153 Opnieuw installeren voor Linux 154 2. Een netwerkapparaat gebruiken Menu Afdrukken 215 Menu Kopiëren 217 Menu Faxen 220 Systeeminstallatie 224 4.
GEAVANCEERD Samsung Easy Printer Manager gebruiken 284 Samsung-printerstatus gebruiken 288 Samsung Printer Experience gebruiken 290 De Linux Unified Driver Configurator gebruiken 296 6.
1. Installatie van de software Dit hoofdstuk levert instructies voor het installeren van essentiële en nuttige software voor gebruik in een opstelling waarbij het apparaat via een kabel aangesloten is. Een lokale printer is een printer die via een kabel rechtstreeks op uw computer is aangesloten.
Installatie voor Mac 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd-romstation. 3 Dubbelklik op het cd-rom-pictogram op het bureaublad van uw Maccomputer. • 8 Als u klikt op Aanpassen, kunt u aangeven welke afzonderlijke onderdelen u wilt installeren. 9 10 Voer het wachtwoord in en klik op OK. 11 Klik op de knop Printer toevoegen om uw printer te selecteren en deze aan je lijst met printers toe te voegen.
Opnieuw installeren voor Mac Als het printerbesturingsbestand niet correct werkt, maakt u de installatie van het besturingsbestand ongedaan en installeert u het opnieuw. 1 Open de map Programma's > Samsung > Printer Software Uninstaller. 2 3 Klik op Ga door om de printersoftware te deĂŻnstalleren. 4 5 Voer het wachtwoord in en klik op OK. Selecteer het programma dat u wilt verwijderen en klik op Installatie ongedaan maken. Klik na het deĂŻnstalleren op Sluiten.
Installatie voor Linux U moet Linux-softwarepakketten downloaden van de website van Samsung om de printersoftware te installeren (http://www.samsung.com > vind uw product > Service en downloads). 1 Het Unified Linux-stuurprogramma installeren 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Wanneer het venster Administrator Login verschijnt, typt u "root" in het veld Login en voert u het systeemwachtwoord in. 7 Zodra de installatie is voltooid, klikt u op Finish.
Opnieuw installeren voor Linux Als het printerstuurprogramma niet correct werkt, maakt u de installatie van het stuurprogramma ongedaan en installeert u het opnieuw. 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Wanneer het venster Administrator Login verschijnt, typt u "root" in het veld Login en voert u het systeemwachtwoord in. U moet zich aanmelden als supergebruiker (root) om de installatie van het printerstuurprogramma ongedaan te maken.
2. Een netwerkapparaat gebruiken In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u een apparaat instelt dat via het netwerk aangesloten is en hoe u de software instelt.
Nuttige netwerkprogramma’s Er zijn verschillende programma’s voorhanden om in een netwerkomgeving de netwerkinstellingen op een eenvoudige manier in te voeren. Zo kan de netwerkbeheerder diverse apparaten in het netwerk beheren. • Voordat u onderstaande programma’s gaat gebruiken moet u het IPadres instellen. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 8).
Instelling bekabeld netwerk 4 Een netwerkconfiguratierapport afdrukken U kunt een netwerkconfiguratierapport afdrukken vanaf het bedieningspaneel van het apparaat, waarin de huidige netwerkinstellingen van uw apparaat worden weergegeven. Dit zal u helpen bij de installatie van een netwerk. • De machine heeft een displayscherm: Druk op de knop (Menu) op het bedieningspaneel en kies Netwerk > Netwerkconf. In dit netwerkconfiguratierapport kunt u het MAC-adres en IP-adres van uw apparaat vinden.
Instelling bekabeld netwerk IPv4-configuratie met het programma SetIP (Windows) 7 Voordat u het programma SetIP gebruikt, moet u de firewall van de computer uitschakelen via Configuratiescherm > Beveiligingscentrum > Windows Firewall. 1 Download de software van de website van Samsung. Pak de software vervolgens uit en installeer deze op uw computer. (http:// www.samsung.com > selecteer uw product > Ondersteuning of Download). 2 3 4 5 Volg de instructies in het installatievenster.
Instelling bekabeld netwerk IPv4-configuratie met het programma SetIP (Mac) Voordat u het programma SetIP gebruikt, moet u de firewall van de computer uitschakelen via Systeemvoorkeuren > Beveiliging > Firewall. 6 7 Lees de gebruiksrechtovereenkomst en klik op Ga door. 8 Klik op Installeer. Alle onderdelen die noodzakelijk zijn voor apparaatbewerkingen worden geĂŻnstalleerd. De volgende instructies kunnen verschillen per model.
Instelling bekabeld netwerk 13 Klik op Apply en vervolgens op OK. Het Netwerkconfiguratierapport wordt automatisch op het apparaat afgedrukt. Bevestig dat alle instellingen juist zijn. IPv4-configuratie met het programma SetIP (Linux) Voordat u het programma SetIP gebruikt, moet u de firewall van de computer uitschakelen via System Preferences or Administrator.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 6 • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 8). • Deze functie is niet beschikbaar voor een apparaat dat de netwerkinterface niet ondersteunt (zie "Achterkant" op pagina 25). • U kunt het printerstuurprogramma en de software installeren wanneer u de software-cd in het cd-rom-station van uw computer plaatst.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk • Voor Windows 8: Als het installatievenster niet wordt weergegeven, gaat u naar Charms(charms) en selecteert u Zoeken > Apps(App) en zoekt u Uitvoeren. Typ X:\Setup.exe, waarbij u 'X' vervangt door de letter van uw cd-romstation, en klik op OK. 5 Mogelijk blokkeert de firewallsoftware de netwerkcommunicatie. Schakel de firewall van de computer uit voordat u het apparaat verbindt met het netwerk.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk c Zoek naar en klik op Samsung Printer Experience. d Klik op Installeer. • Als u het stuurprogramma installeert met de meegeleverde softwarecd, wordt het V4-stuurprogramma niet geïnstalleerd. Als u het V4stuurprogramma wilt gebruiken in het Bureaubladscherm, kunt u het downloaden van de Samsung-website, www.samsung.com > zoek uw product > Support of downloads. 1 Het stuurprogramma wordt automatisch geïnstalleerd via Windows Update.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk Opdrachtregel /s of /S /p"" of /P"" Definitie Start installatie op de achtergrond. Specificeert de printerpoort. Omschrijving Hiermee worden apparaatstuurprogramma' s geïnstalleerd zonder UI's op te roepen en zonder tussenkomst van de gebruiker. De printerpoortnaam kan worden opgegeven als IPadres, hostnaam, lokale USB-poortnaam of IEEE1284-poortnaam. Er wordt een netwerkpoort Voorbeeld: gemaakt aan de • /p"xxx.xxx.xxx.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk Opdrachtregel /nd of /ND Definitie Omschrijving Geeft de opdracht het geĂŻnstalleerde stuurprogramma niet in te stellen als standaard apparaatstuurprogramma. Het geeft aan dat het geĂŻnstalleerde apparaatstuurprogramma niet het standaard apparaatstuurprogramma op uw systeem zal zijn als er meer dan een printerstuurprogramma is geĂŻnstalleerd.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 7 Opdrachtregel /v"" of /V"" /o of /O /h, /H of /? Definitie Omschrijving Deelt het geĂŻnstalleerde apparaat en voegt andere platformstuurprogramma' s toe voor Point & Print. Alle ondersteunde apparaatstuurprogramma' s van het Windowsbesturingssysteem worden geĂŻnstalleerd en gedeeld met de opgegeven voor Point & Print. Opent de map Printers en faxapparaten na installatie.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 8 Klik op Installeer. Alle onderdelen die noodzakelijk zijn voor apparaatbewerkingen worden geĂŻnstalleerd. Als u klikt op Aanpassen, kunt u aangeven welke afzonderlijke onderdelen u wilt installeren. 9 10 Voer het wachtwoord in en klik op OK. 11 Klik op de knop Printer toevoegen om uw printer te selecteren en deze aan je lijst met printers toe te voegen. 12 13 14 Selecteer Netwerkverbinding in het scherm Type printerverbinding en klik op Ga door.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 8 9 10 11 12 Het IP-adres en het model van de printer verschijnen in de lijst. Selecteer uw apparaat en klik op Next. Voer de beschrijving van de printer in en klik op Next. Nadat de software is toegevoegd klikt u op Finish. Nadat de installatie is voltooid, klikt u op Finish. Een netwerkprinter toevoegen 1 2 3 4 5 Dubbelklik op Unified Driver Configurator. 6 7 8 Selecteer uw apparaat en klik op Next. Klik op Add Printer..
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk 1 Download het UNIX-stuurprogrammapakket van de website van Samsung en pak het uit op uw computer. 2 Zorg dat u machtigingen voor de hoofdmap heeft. “su -" 3 Kopieer het juiste stuurprogrammabestand naar de UNIX-computer. Raadpleeg de handleiding van uw UNIX-besturingssysteem voor meer informatie.
Installeren van een stuurprogramma over het netwerk d Voer de opdracht ". /install –d" uit om de installatie van het volledige pakket ongedaan te maken. e Voer de opdracht ". /install –c" uit om de resultaten van de deïnstallatie te controleren. 6 Typ het IP-adres of de DNS-naam van de printer in het tekstvak Device voor netwerkprinters. Op IBM AIX met jetdirect kunt u alleen Queue type invoeren. U kunt geen numeriek IP-adres invoeren.
IPv6-configuratie 10 IPv6 wordt alleen juist ondersteund in Windows Vista of latere versies. • Sommige functies en optionele onderdelen zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of land (zie "Functies per model" op pagina 8 of "Menuoverzicht" op pagina 36). Via het bedieningspaneel IPv6 activeren • Het openen van de menu's kan verschillen per model (zie "Toegang tot het menu" op pagina 36).
IPv6-configuratie Configuratie DHCPv6-adres Als uw netwerk gebruikmaakt van een DHCPv6-server kunt u een van de volgende opties instellen voor standaard dynamische host-configuratie. • Het openen van de menu's kan verschillen per model (zie "Toegang tot het menu" op pagina 36). 11 Via de SyncThru™ Web Service IPv6 activeren 1 Open een webbrowser in Windows, zoals Internet Explorer. Typ het IP-adres van het apparaat (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in het adresveld en druk op de Enter-toets of klik op Ga naar.
IPv6-configuratie • U kunt DHCPv6 ook instellen. • Stel het IPv6-adres als volgt handmatig in: Schakel het selectievakje Manual Address in. Vervolgens wordt het tekstvak Address/Prefix geactiveerd. Voer de rest van het adres in (bijv. 3FFE:10:88:194::AAAA. "A" is de hexadecimaal 0 tot 9, A tot F). 3 Voer de IPv6-adressen in (bijv. http://[FE80::215:99FF:FE66:7701]). De adressen moeten tussen vierkante haakjes ("[ ]")worden geplaatst.
Draadloos netwerk instellen • Controleer of uw apparaat een draadloos netwerk ondersteunt. Afhankelijk van het model is een draadloos netwerk mogelijk niet beschikbaar (zie "Functies per model" op pagina 8). • Als het IPv6-netwerk niet lijkt te werken, zet u alle netwerkinstellingen terug naar de fabrieksinstellingen en probeert u het opnieuw met behulp van Instel. wissen. Naam van draadloos netwerk en netwerkwachtwoord Draadloze netwerken vereisen een hoger beveiligingsniveau.
Draadloos netwerk instellen 13 Methoden voor het instellen van een draadloos netwerk U kunt de instellingen van uw draadloze netwerk configureren vanaf het apparaat of de computer. Kies de instellingsmethode uit de onderstaande tabel. Sommige installatiemethoden voor het draadloze netwerk zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van het model of land. 2.
Draadloos netwerk instellen Installatiemethode Verbindingsmethode Via de computer Beschrijving & Gebruiksaanwijzing A Zie "Toegangspunt via USB-kabel" op pagina 181 als u Windows gebruikt. B Zie "Toegangspunt zonder USB-kabel (aanbevolen)" op pagina 184 als u Windows gebruikt. C • Mac-gebruikers, zie "Toegangspunt via USB-kabel" op pagina 190. OR Met toegangspunt Vanaf het bedieningspaneel van het apparaat • Mac-gebruikers, zie "Toegangspunt zonder USB-kabel (aanbevolen)" op pagina 193.
Draadloos netwerk instellen Installatiemethode Verbindingsmethode Via de computer Zonder toegangspunt Beschrijving & Gebruiksaanwijzing G Zie "Ad-hoc via USB-kabel" op pagina 187 als u Windows gebruikt. H Mac-gebruikers, zie "Ad-hoc via USB-kabel" op pagina 195. Wi-Fi Direct instellen zie "De Wi-Fi Direct voor mobiel printen instellen" op pagina 200.
Draadloos netwerk instellen • 14 Netwerkcomputer (alleen in de PIN-modus) De knop WPS gebruiken Als uw printer en een toegangspunt (of draadloze router) Wi-Fi Protected Setup™ (WPS) ondersteunen, kunt u de instellingen voor het draadloze netwerk eenvoudig en zonder computer configureren door op het bedieningspaneel op de knop (WPS) te drukken. • Als u het draadloze netwerk wilt gebruiken in de infrastructuurmodus, koppelt u de netwerkkabel los van het apparaat.
Draadloos netwerk instellen Apparaten met een display Verbinding maken in PIN-modus 1 Aansluiten in PBC-modus 1 Of druk meer dan twee seconden op de knop bedieningspaneel. Selecteer (Menu) > Netwerk > Draadloos > WPS-inst. > PBC op het bedieningspaneel. Of druk meer dan twee seconden op de knop bedieningspaneel. (WPS) op het 2 a Verbinden: het apparaat maakt een verbinding met het draadloos netwerk.
Draadloos netwerk instellen Opnieuw verbinding maken met een netwerk Verbinding met een netwerk verbreken Wanneer de draadloze netwerkfunctie is uitgeschakeld, wordt automatisch opnieuw geprobeerd een verbinding tot stand te brengen met het toegangspunt (of de draadloze router) met behulp van de eerder gebruikte instellingen voor de draadloze verbinding en het adres.
Draadloos netwerk instellen 16 Instellen met Windows Nadat de verbinding met het draadloze netwerk is gemaakt, moet u een apparaatstuurprogramma installeren om vanuit een toepassing te kunnen afdrukken (zie "Installeren van een stuurprogramma over het netwerk" op pagina 161). 1 Selecteer (Menu) > Netwerk > Draadloos > WLANinstellingen op het bedieningspaneel. 2 Druk op OK om de gewenste installatiemethode te selecteren.
Draadloos netwerk instellen Opzetten van de netwerkinfrastructuur 1 2 3 • Als het installatievenster niet wordt weergegeven, gaat u naar Charms(charms) en selecteert u Zoeken > Apps(App) en zoekt u Uitvoeren. Typ X:\Setup.exe, waarbij u 'X' vervangt door de letter van uw cd-romstation, en klik op OK. Controleer of de USB-kabel op het apparaat is aangesloten. Zet de computer, het toegangspunt en het apparaat aan. Als het pop-upvenster Tik om te kiezen wat met deze schijf moet gebeuren.
Draadloos netwerk instellen 6 Als het scherm Selecteer de installatiemethode voor een draadloze verbinding wordt weergegeven, selecteert u Via et USB-kabel en klikt u op Volgende. Als uw computer een draadloos netwerk ondersteunt en werkt op Windows 7 of hoger, wordt de installatie van het draadloze netwerk automatisch verwerkt. Ga naar stap 10. Als u de netwerknaam van uw keuze niet kunt vinden of als u de draadloze configuratie handmatig wilt instellen, klikt u op Geavanceerde instelling.
Draadloos netwerk instellen • Naam Wi-Fi Direct: De standaard Wi-Fi Direct-naam is de modelnaam en is maximaal 22 tekens lang. Als het toegangspunt is beveiligd, verschijnt het beveiligingsvenster voor het draadloos netwerk. • Indstilling af adgangskode is de numerieke reeks en tussen de 8 en 64 tekens lang. Voer het netwerkwachtwoord van het toegangspunt (of de router) in. 8 Als uw printer Wi-Fi Direct ondersteunt en deze functie is uitgeschakeld, verschijnt het overeenkomstige scherm.
Draadloos netwerk instellen • Wanneer het draadloze netwerk wordt ingesteld, gebruikt het apparaat het draadloze LAN van de pc. U kunt mogelijk geen verbinding maken met internet. Als het installatievenster niet wordt weergegeven, gaat u naar Charms(charms) en selecteert u Zoeken > Apps(App) en zoekt u Uitvoeren. Typ X:\Setup.exe, waarbij u 'X' vervangt door de letter van uw cd-romstation, en klik op OK. Als het pop-upvenster Tik om te kiezen wat met deze schijf moet gebeuren.
Draadloos netwerk instellen 5 Als het scherm De installatiemethode voor een draadloze verbinding wordt weergegeven, selecteert u Een directe draadloze verbinding gebruiken en klikt u op Volgende. Als het hieronder afgebeelde scherm wordt weergegeven, moet u binnen twee minuten op de bedieningspaneel. Zelfs als uw computer werkt op Windows 7 of hoger, kunt u deze functie niet gebruiken als uw pc geen draadloos netwerk ondersteunt.
Draadloos netwerk instellen 9 Klik op Voltooien. Ad-hoc via USB-kabel Als u geen toegangspunt hebt, kunt u de printer alsnog draadloos met uw computer verbinden door een draadloos ad-hocnetwerk in te stellen. Volg hiervoor de volgende eenvoudige stappen. Ad-hocnetwerken in Windows instellen 1 2 Zet de computer en het draadloos-netwerkapparaat aan. Plaats de meegeleverde software-cd in uw cd-romstation.
Draadloos netwerk instellen 3 Lees en accepteer De gebruiksrechtovereenkomst voor software en Gebruik van verbeterde functies en deelname aan het verzamelprogramma voor gebruiksinformatie van printer (optioneel). Klik daarna op Volgende. • Verificatie: selecteer een verificatietype. Open syst.: er wordt geen verificatie gebruikt en codering wordt gebruikt als gegevensbeveiliging vereist is. Ged. Sleutel: verificatie wordt gebruikt. Een apparaat met de juiste WEP-sleutel heeft toegang tot tot het netwerk.
Draadloos netwerk instellen Voordat u het IP-adres van de printer invoert, moet u de netwerkinstellingen van de computer weten. Als de netwerkconfiguratie van de computer is ingesteld op DHCP, moet de instelling voor het draadloze netwerk ook DHCP zijn. Als de netwerkconfiguratie van de computer is ingesteld op Statisch, moet de instelling voor het draadloze netwerk ook Statisch zijn. - Subnetmasker: 255.255.0.0 (gebruik het subnetmasker van de computer). - Gateway: 169.254.133.
Draadloos netwerk instellen 17 Instellen met Mac 3 Dubbelklik op het cd-rom-pictogram op het bureaublad van uw Maccomputer. • Toegangspunt via USB-kabel 4 Dubbelklik in de map MAC_Installer op het pictogram Installer OS X. 5 6 7 Klik op Ga door. 8 Klik op Installeer. Alle onderdelen die noodzakelijk zijn voor apparaatbewerkingen worden geïnstalleerd.
Draadloos netwerk instellen 10 Selecteer Draadloze verbinding in het scherm Type printerverbinding en klik op Doorgaan. 11 Als het scherm Draadloze instellingen wordt weergegeven, selecteert u Een USB-kabel gebruiken en klikt u op Volgende. Ga verder met stap 15 als het scherm niet wordt weergegeven. 12 Na de zoekactie toont het venster de draadloze netwerkapparaten. Selecteer de naam (SSID) van het toegangspunt dat u wilt gebruiken en klik op Next. 2.
Draadloos netwerk instellen Als u de draadloze configuratie handmatig instelt, klikt u op Geavanceerde instelling. 13 • Voer de naam van het draadloze netwerk in: Typ de SSID van het toegangspunt (de SSID is hoofdlettergevoelig). • De optie Wi-Fi Direct verschijnt alleen op het scherm als uw printer deze functie ondersteunt. • Werkingsmodus: Selecteer Infrastruct.. • Verificatie: selecteer een verificatietype. Open syst.
Draadloos netwerk instellen Toegangspunt zonder USB-kabel (aanbevolen) 8 Als u klikt op Aanpassen, kunt u aangeven welke afzonderlijke onderdelen u wilt installeren. Wat u nodig hebt • Mac met WiFi en Mac OS 10.7 of hoger en een toegangspunt (router) • Software-cd die bij het apparaat is geleverd • Een apparaat met een daarop geïnstalleerde interface voor draadloze netwerken 1 Zorg ervoor dat het apparaat op uw computer is aangesloten en aan staat.
Draadloos netwerk instellen 11 Als het scherm Draadloze instellingen wordt weergegeven, selecteert u Een directe draadloze verbinding gebruiken en klikt u op Volgende. Als het hieronder afgebeelde scherm wordt weergegeven, moet u binnen twee minuten op de bedieningspaneel. Ga verder met stap 13 als het scherm niet wordt weergegeven. (WPS)-knop drukken op het 12 Wanneer het instellen van het draadloze netwerk voltooid is, klikt u op Volgende. 13 Nadat de installatie is voltooid klikt u op Sluiten.
Draadloos netwerk instellen Klik op Ga door. Als u geen toegangspunt hebt, kunt u de printer alsnog draadloos verbinden met uw computer door een draadloos ad-hocnetwerk in te stellen. Volg hiervoor de volgende eenvoudige stappen. 6 7 8 Wat u nodig hebt 9 Op het computerscherm verschijnt een waarschuwing dat alle toepassingen worden afgesloten. Klik op Ga door.
Draadloos netwerk instellen • Netwerksleutel bevestigen: Bevestig de sleutelwaarde van het netwerkwachtwoord. • WEP-sleutelindex:: Als u WEP-codering gebruikt, selecteert u de juiste WEP-sleutelindex:. Het beveiligingsvenster voor het draadloze netwerk verschijnt als het ad-hocnetwerk een beveiligingsinstelling heeft. Selecteer Open syst. of Ged. sleutel voor de verificatie en klik op Next.
Draadloos netwerk instellen 13 Als het venster verschijnt dat aangeeft dat de verbinding met de netwerkkabel is bevestigd, verwijdert u de netwerkkabel en klikt u op Volgende. • Nadat de verbinding met het draadloze netwerk is gemaakt, moet u een apparaatstuurprogramma installeren om vanuit een toepassing te kunnen afdrukken (zie "Installeren van een stuurprogramma over het netwerk" op pagina 161).
Draadloos netwerk instellen IP-adres instellen via het programma SetIP (Windows) Dit programma wordt gebruikt om het IP-adres van uw apparaat handmatig in te stellen met behulp van het MAC-adres, om te communiceren met het apparaat. Het MAC-adres is een hardwareserienummer van de netwerkinterface dat u terugvindt in het netwerkconfiguratierapport terugvindt. zie "Het IP-adres instellen" op pagina 157.
Draadloos netwerk instellen 8 De Wizard zal u door de configuratie van het draadloos netwerk loodsen. Als u het draadloos netwerk echter rechtstreeks wilt instellen, selecteert u Custom. 7 Als het venster met beveiligingsinstellingen voor draadloze netwerken verschijnt, voert u het geregistreerde wachtwoord (netwerkwachtwoord) in en klikt u op Next. 9 Selecteer de Network Name(SSID) in de lijst. • • SSID: SSID (Service Set Identifier) is een naam die een draadloos netwerk aanduidt.
Draadloos netwerk instellen 1 Controleer of de netwerkkabel op het apparaat is aangesloten. Als dat niet het geval is, moet u een standaardnetwerkkabel op het apparaat aansluiten. 2 Start een webbrowser als Internet Explorer, Safari of Firefox, en voer in het browservenster het nieuwe IP-adres van uw apparaat in. Voorbeeld: 3 Klik op Login in de rechterbovenhoek van de SyncThru™ Web Service-website. 4 Typ de juiste gegevens bij ID en Password en klik vervolgens op Login.
Draadloos netwerk instellen Wi-Fi Direct installeren â–Ş Groepsgebruiker: Schakel deze optie in om de printer toe te wijzen aan de Wi-Fi Direct-groepsgebruiker. De Groepsgebruiker functioneert op dezelfde manier als het draadloze toegangspunt. Wij raden u aan deze optie in te schakelen. â–Ş Wachtwoord netwerk: Wanneer uw printer een Groepsgebruiker is, heeft u een Wachtwoord netwerk nodig om andere mobiele apparaten te verbinden met uw printer.
Draadloos netwerk instellen Vanaf een computer met netwerkverbinding • Wanneer u de printer heeft gevonden waar u verbinding mee wilt leggen vanaf uw mobiele apparaat, selecteert u de printer en gaat het LED-lampje op de printer branden. Wanneer u op de WPS-knop van de printer drukt, wordt er verbinding gemaakt met uw mobiele apparaat. Wanneer uw printer een netwerkkabel of een draadloos toegangspunt gebruikt, kunt u Wi-Fi Direct inschakelen en configureren via SyncThru™ Web Service.
Draadloos netwerk instellen Verbindingsprobleem - SSID niet gevonden Fout bij verbinding met pc • • • De printer kan de door u geselecteerde of ingevoerde netwerknaam (SSID) niet vinden. Controleer de netwerknaam (SSID) op uw toegangspunt en probeer opnieuw verbinding te maken. Uw toegangspunt is uitgeschakeld. Zet het toegangspunt aan. Het geconfigureerde netwerkadres kan geen verbinding maken tussen uw computer en het apparaat.
Draadloos netwerk instellen c Klik met de rechtermuisknop op uw apparaat. d In Windows XP/2003/2008/Vista selecteert u Eigenschappen. Als u Windows 7/8 of Windows Server 2008 R2 gebruikt, selecteert u Eigenschappen van printer in het snelmenu. Als bij het item Eigenschappen van printer het teken ► staat, kunt u andere printerstuurprogramma’s voor de geselecteerde printer selecteren. e Klik op het tabblad Poort. f Klik op de knop Poort configureren….
Draadloos netwerk instellen • Controleer of firewallsoftware (V3 of Norton) de communicatie blokkeert. Als de computer en de printer op hetzelfde netwerk zijn aangesloten maar niet kunnen worden gevonden, blokkeert de firewall-software mogelijk de communicatie. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij de firewall-software voor informatie over het uitschakelen van de firewall. Probeer vervolgens nogmaals of de printer kan worden gevonden. • Controleer de draadloze omgeving.
Draadloos netwerk instellen • Telkens als de configuratie van uw toegangspunt (of draadloze router) verandert, moet u het draadloze netwerk van het apparaat opnieuw instellen. • Er kunnen maximaal 3 apparaten via Wi-Fi Direct worden aangesloten. • Als Wi-Fi Direct is ingeschakeld, ondersteunt dit apparaat alleen IEEE 802.11 b/g. • Als het toegangspunt is ingesteld om alleen met de 802.11n-standaard te werken, maakt het mogelijk geen verbinding met uw machine. 2.
Samsung MobilePrint 22 23 Wat is Samsung MobilePrint? Samsung MobilePrint is een gratis toepassing waarmee gebruikers foto's, documenten en webpagina's direct van hun smartphone of tablet kunnen afdrukken. Samsung MobilePrint is niet alleen compatibel met uw Android- en iOS-smartphones maar ook met uw iPod Touch en tablet-pc. Het verbindt uw mobiele apparaat met een printer van Samsung die met het netwerk is verbonden of met een draadloze printer via een Wi-Fitoegangspunt.
AirPrint 4 Met AirPrint kunt u rechtstreeks draadloos afdrukken vanaf uw iPhone, iPad en iPod touch met de nieuwste versie van iOS. Typ de juiste gegevens bij ID en Password en klik vervolgens op Login. Als u zich voor het eerst aanmeldt bij SyncThru™ Web Service, voert u onderstaande standaard-ID en wachtwoord in. We raden u om veiligheidsredenen aan het standaardwachtwoord te wijzigen.
AirPrint 4 Raak de knop Afdrukken aan. Druk het af. Afdruktaak annuleren: Klik op pictogram van het afdrukcentrum ( ) in het multi-taskinggebied om de afdruktaak te annuleren of het overzicht van de afdruktaak te bekijken. U kunt in het afdrukcentrum op annuleren klikken. 2.
Google Cloud Print™ Google Cloud Print™ is een service waarmee u met uw smartphone, tablet en alle andere apparaten met webverbinding een document op een printer kunt afdrukken. U hoeft uw Google-account alleen maar te registreren op de printer als u Google Cloud Print™ wilt gebruiken. U kunt uw document afdrukken of mailen vanuit Chrome OS, de Chrome-browser of een Gmail™/ Google Docs™-toepassing op uw mobiele apparaat. U hoeft het printerstuurprogramma dus niet op uw mobiele apparaat te installeren.
Google Cloud Print™ Als u de browser hebt ingesteld op het blokkeren van pop-upvensters, wordt het bevestigingsvenster niet weergegeven. Sta toe dat er popups op de website worden weergegeven. 10 11 Klik op Finish printer registration. Klik op Manage your printers. Afdrukken vanuit een toepassing op een mobiel apparaat De onderstaande stappen zijn een voorbeeld van hoe u de toepassing Google Docs™ op een mobiele telefoon met Android kunt gebruiken.
Google Cloud Print™ Afdrukken vanuit de Chrome-browser De volgende stappen zijn een voorbeeld van het gebruik van de Chromebrowser. 1 2 3 Voer Chrome uit. 4 5 6 Klik op Afdrukken. Er verschijnt een nieuw tabblad voor afdrukken. Open het document of de e-mail die u wilt afdrukken. Klik op het moersleutelpictogram de browser. in de rechterbovenhoek van Selecteer Print with Google Cloud Print. Klik op de knop Afdrukken. 2.
3. Menu's met nuttige instellingen In dit hoofdstuk leest u hoe u de huidige status van het apparaat controleert en hoe u geavanceerde apparaatinstellingen instelt.
Voordat u een hoofdstuk gaat lezen In dit hoofdstuk worden alle beschikbare functies voor dit model beschreven om gebruikers te helpen deze functies te begrijpen. U kunt controleren welke functies beschikbaar zijn voor ieder model in de Basishandleiding (zie "Menuoverzicht" op pagina 36). Hier volgen een aantal tips voor het gebruiken van dit hoofdstuk • Het bedieningspaneel biedt toegang tot verschillende menu’s voor de instelling en het gebruik van het apparaat. Druk op krijgen tot deze menu’s.
Menu Afdrukken Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 36). Item Omschrijving U kunt uw apparaat instellen om kopieën op beide zijden van het papier af te drukken. • Uit: hiermee kunt u afdrukken in modus Normaal. • Korte zijde Om de menuopties te wijzigen: • Druk op (Menu) > Afdrukinst. op het configuratiescherm.
Menu Afdrukken Item Omschrijving Blanco pagina’s overslaan De printer detecteert de afdrukgegevens van de computer ongeacht of de pagina leeg is of gegevens bevat. U kunt instellen dat de lege pagina's moeten worden overgeslagen. Emulatie Stelt het type en de optie voor emulatie in. a. Alleen M287xND/M287xFD/M287xFW/M287xHN. 3.
Menu Kopiëren 1 Item Kopieerfunctie Omschrijving U kunt uw apparaat instellen om kopieën op beide zijden van het papier af te drukken. • 1-zijdig: scant één zijde van een origineel en drukt het op één papierzijde af. Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 36).
Menu Kopiëren Item Omschrijving Hiermee stel u het apparaat zo in dat de kopieën worden gesorteerd. Als u bijvoorbeeld 2 kopieën wilt maken van een document met 3 pagina's, krijgt u eerst één volledige kopie van het 3 pagina's tellende document en vervolgens een tweede volledige kopie. • Aan: hiermee drukt u de pagina's gegroepeerd af in dezelfde volgorde als het origineel. Sorteren Item Omschrijving Hiermee drukt u een afbeelding zonder achtergrond af.
Menu Kopiëren 2 Kopieerinstel. Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 36). Om de menuopties te wijzigen: Druk op (kopiëren) > (Menu) > Kopieerinstel. op het configuratiescherm. Item St.inst. wijz. Omschrijving Hiermee herstelt u de waarde of instelling opnieuw in op de beginwaarde. 3.
Menu Faxen 3 Item Faxfunctie Omschrijving • Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 36). Resolutie De standaard documentinstellingen leveren goede resultaten voor een normaal tekstdocument.
Menu Faxen Item Prior. verz. Naar ander nr./ Ontv. Doorsturen Omschrijving Het originele document wordt in het geheugen opgeslagen en onmiddellijk verzonden zodra de lopende taak is voltooid. Met een verzending met hoge prioriteit wordt een verzending naar meerdere bestemmingen onderbroken (de fax met hoge prioriteit wordt verzonden na de verzending naar ontvanger A en vóór de verzending naar ontvanger B).
Menu Faxen 5 Item Omschrijving Opn. kiezen na Hiermee kunt u het tijdsinterval instellen voor automatisch opnieuw kiezen. Kenget. kiezen Hiermee kunt u een prefix van maximaal vijf cijfers instellen. Dit nummer wordt dan altijd gekozen voordat er een automatisch kiesnummer wordt gevormd. Dit is nuttig om toegang te krijgen tot een telefooncentrale. ECM-modus Hiermee kunt u de foutcorrectiemodus (ECM) inschakelen om faxen zonder fouten te verzenden.
Menu Faxen Item Omschrijving Hiermee kunt u een fax ontvangen vanaf een telefoontoestel dat aangesloten is op de EXTuitgang aan de achterkant van het apparaat. Als u de hoorn van het telefoontoestel neemt en faxtonen hoort, voert u de code in. De code is voorgeprogrammeerd op *9*. Startc. ontv. Aut. verklein. Hiermee kunt u een binnenkomende fax automatisch verkleinen zodat de fax op het papier past dat in het apparaat is geplaatst. Grootte neger.
Systeeminstallatie 6 Item Apparaatinstellingen Stel in na welke wachttijd de printer overschakelt naar de energiebesparende modus. Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 36). Energ.spaarst. Druk op (Menu) > Systeeminst. > Apparaatinst. op het configuratiescherm.
Systeeminstallatie Item Omschrijving Item Bepaalt of de printer door moet gaan met afdrukken als waargenomen wordt dat het gebruikte papier niet overeenkomt met de instellingen. U kunt instellen in welke situaties de printer moet ontwaken uit sluimerstand. • Aan: Het apparaat ontwaakt in de volgende gevallen uit de energiebesparende modus: Ontw.gebeurt. • 0 Sec: Met deze optie kunt u toch doorgaan met afdrukken wanneer de ingestelde papiergrootte niet overeenstemt met het papier in de lade.
Systeeminstallatie 7 Item Omschrijving Papierinstellingen Met deze optie kunt u hulpbronnen besparen en milieuvriendelijke afdrukken maken. • Standaardmodus: Selecteert of de Eco-modus inof uitgeschakeld wordt. Eco-instel. Geforc. (Geforc.): Schakelt de Eco-modus in en beveiligt de instelling met een wachtwoord. Als een gebruiker de Eco-modus wil wijzigen, moet deze het wachtwoord invoeren. Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen.
Systeeminstallatie 8 Item Geluid/Volume schakelt weergave van geluiden van de telefoonlijn via de luidspreker (bijvoorbeeld een kiestoon of een faxsignaal) aan of uit. Als deze optie is ingesteld op Communicatie, staat de luidspreker aan tot het externe apparaat reageert. Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 36).
Systeeminstallatie 9 Item Rapport Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 36). Fax ontvangen Hiermee drukt u een rapport af met informatie over de faxen die u onlangs hebt ontvangen. Fax verzonden Hiermee drukt u een rapport af met informatie over de faxen die u onlangs hebt verzonden.
Systeeminstallatie 10 Item Onderhoud Hiermee kunt u beeldinstellingen aanpassen, bijvoorbeeld de dichtheid. Afhankelijk van de opties of het model zullen sommige menu’s mogelijk niet op het display verschijnen. Als dit het geval is, zijn deze opties niet van toepassing op uw apparaat (zie "Menuoverzicht" op pagina 36). • Aangep. kleur: past het contrast aan. Beeldmgr. Druk op (Menu) > Systeeminst. > Onderhoud op het configuratiescherm. Ws tr bijna op Item Toner Op wis.
Systeeminstallatie 11 Optie Netwerkinstallatie Draadloos Druk op Optie TCP/IP (IPv4) • Net. activeren: : U kunt instellen of u Ethernet aan of uit wilt zetten. • Http activeren: U kunt selecteren of u al dan niet gebruik wilt maken van de functie SyncThru™ Web Service. (Menu) > Netwerk op het configuratiescherm. Omschrijving Selecteer het passende protocol en de configuratieparameters voor gebruik in de netwerkomgeving. Er moeten heel wat parameters ingesteld worden.
Systeeminstallatie Optie Omschrijving • MDNS: U moet deze optie inschakelen om het protocol MDNS (Multicast Domain Name System) te kunnen gebruiken. • SetIP: U moet deze optie inschakelen om het protocol SetIP te kunnen gebruiken. Protocolmgr. (vervolg.) • SLP: U kunt SLP-instellingen (Service Location Protocol) configureren. Met dit protocol kunnen host-toepassingen diensten in een LAN vinden zonder dat daarvoor eerst instellingen hoeven te worden geconfigureerd.
4. Speciale functies In dit hoofdstuk worden de speciale functies voor kopiëren, scannen, faxen en afdrukken besproken. • Aanpassing aan luchtdruk of hoogte 233 • Verschillende tekens invoeren 234 • Het faxadresboek instellen 236 • Afdrukfuncties 239 • Scanfuncties 255 • Faxfuncties 264 • De procedures in dit hoofdstuk zijn voornamelijk gebaseerd op Windows 7. • Voor bepaalde modellen moet u mogelijk op OK drukken om naar menu's op lagere niveaus te gaan.
Aanpassing aan luchtdruk of hoogte De afdrukkwaliteit wordt beĂŻnvloed door de atmosferische druk, die wordt bepaald door de hoogte boven zeeniveau waar het apparaat staat. De volgende informatie zal u helpen bij de instelling van uw apparaat voor de beste afdrukkwaliteit. Ga na op welke hoogte u zich bevindt en stel de juiste luchtdruk in. 5,000 m (16,404 ft) 1 U kunt de hoogte instellen via Apparaatinstellingen in Samsung Easy Printer Manager of de sectie Machine in Hulpprogramma Printerinstellingen.
Verschillende tekens invoeren U zult voor verschillende taken namen en nummers moeten invoeren. Bij de installatie van uw apparaat moet u bijvoorbeeld uw naam of de naam van uw bedrijf en het faxnummer invoeren. Wanneer u faxnummers of emailadressen in het geheugen opslaat, kunt u ook de bijbehorende namen invoeren. 2 Letters en cijfers op het toetsenblok • Afhankelijk van het model en de geïnstalleerde opties kan uw apparaat andere speciale tekensets bevatten.
Verschillende tekens invoeren Toets Toegewezen cijfers, letters of tekens 6 MNOmno6 7 PQRSpqrs7 8 TUVtuv8 9 WXYZwxyz9 0 &+-,0 * * (Deze symbolen zijn beschikbaar voor het invoeren van uw netwerkidentificatiegegevens) # # (Deze symbolen zijn beschikbaar voor het invoeren van uw netwerkidentificatiegegevens) 4.
Het faxadresboek instellen U kunt snelkiesnummers voor veelgebruikte faxnummers instellen via SyncThru™ Web Service en zo snel en gemakkelijk faxnummers invoeren door de positienummers in te voeren die aan de nummers zijn toegewezen in het adresboek. 3 4 Snelkiesnummers gebruiken Wanneer u tijdens het versturen van een fax wordt gevraagd om een nummer in te voeren, voert u het snelkiesnummer in waaronder u het gewenste faxnummer hebt opgeslagen.
Het faxadresboek instellen 4 5 Wijzig het faxnummer en druk op OK. Druk op (Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus. 7 Als u klaar bent, selecteert u Nee als Nog een nummer? wordt weergegeven en drukt u op OK. 8 Druk op (Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus. 6 Een groepskiesnummer vastleggen 1 Selecteer (faxen) > (Address Book) > Nieuw en bew. > Groepsnummerop het configuratiescherm. 2 Voer een groepkiesnummer in en druk op OK.
Het faxadresboek instellen 8 9 Een item in het adresboek zoeken U kunt op twee manieren een nummer in het geheugen opzoeken. U doorzoekt het adresboek alfabetisch of u voert de eerste letters in van de naam die aan dat nummer is gekoppeld. 1 Selecteer (faxen) > (Address Book) > Zoek. en kiez. > Snelkiesnummer of Groepsnummer op het bedieningspaneel. 2 3 Voer Alle of ID in en druk op OK. Adresboek afdrukken U kunt de instellingen van uw een lijst af te drukken.
Afdrukfuncties • Voor basisfuncties voor het afdrukken, raadpleeg de Basishandleiding (zie "Eenvoudige afdruktaken" op pagina 58). 4 In Windows 7/8 en Windows Server 2008 R2 selecteert u Voorkeursinstellingen in de contextmenu’s. • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Functies per model" op pagina 8). Als bij het item Voorkeursinstellingen het teken ► staat, kunt u andere printerstuurprogramma’s voor de geselecteerde printer selecteren.
Afdrukfuncties 11 12 Uw apparaat instellen als standaardprinter 1 Klik op het menu Start van Windows. • 2 3 4 Geavanceerde afdrukfuncties gebruiken In Windows 8: selecteer in Charms(charms) achtereenvolgens Zoeken > Instellingen. Als u Windows XP/Server 2003 gebruikt, selecteert u Printers en faxapparaten. • Als u Windows Server 2008/Vista gebruikt, selecteert u Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Printers.
Afdrukfuncties Afdrukken naar een bestand (PRN) Het kan soms handig zijn om de af te drukken gegevens op te slaan als een bestand. 1 Kruis het selectievak Afdrukken Afdrukken naar bestand in het venster Afdruk aan. 2 3 Klik op Afdruk. Als u enkel de bestandsnaam invoert wordt het bestand automatisch opgeslagen in Mijn documenten, Documents and Settings of Gebruikers. De opslagmap kan verschillen, afhankelijk van uw besturingssysteem of het gebruikte programma.
Afdrukfuncties Speciale afdrukfuncties verklaard U kunt geavanceerde afdrukfuncties gebruiken voor uw printer. Om de printerfuncties van uw printerstuurprogramma te gebruiken, klikt u op Eigenschappen of Voorkeuren in het venster Afdrukken van de toepassing om de afdrukinstellingen te wijzigen. De apparaatnaam die in het printereigenschappenvenster wordt weergegeven is afhankelijk van het gebruikte apparaat.
Afdrukfuncties Item Poster afdrukken Omschrijving U kunt een document van één enkele pagina op 4 (poster van 2x2), 9 (poster van 3x3) of 16 vellen (poster van 4x4) papier drukken om ze aan elkaar te plakken en er een poster van te maken. Selecteer de waarde Posteroverlap. Geef de Posteroverlap op in millimeters of inches door het keuzerondje bovenaan rechts op het tabblad Basis te selecteren om de vellen gemakkelijker aan elkaar te kunnen plakken.
Afdrukfuncties Item Omschrijving • Dubbelzijdig afdrukken b • Dubbelzijdig afdrukken (handmatig)a U kunt op beide zijden van een vel papier afdrukken (dubbelzijdig). Voor u afdrukt, moet u de gewenste afdrukstand van het document opgeven. • U kunt deze functie gebruiken met papier van het formaat Letter, Legal, A4, US Folio of Oficio. • Als uw printer geen duplexeenheid heeft, moet u de afdruktaak handmatig uitvoeren. De printer drukt eerst elke andere pagina van het document af.
Afdrukfuncties Item Watermerk Watermerk (Een watermerk maken) Watermerk (Een watermerk bewerken) Watermerk (Een watermerk verwijderen) Omschrijving Met de optie Watermerk kunt u tekst afdrukken over een bestaand document, U gebruikt het bijvoorbeeld om in grote grijze letters DRAFT of CONFIDENTIAL diagonaal op de eerste pagina of op alle pagina's afdrukken. a Als u de afdrukinstellingen vanuit de softwaretoepassing wilt wijzigen, opent u Voorkeursinstellingen.
Afdrukfuncties Item Omschrijving Deze optie is alleen beschikbaar bij gebruik van het PCL/SPL-printerstuurprogramma (zie "Software" op pagina 8). Overlaya Een overlay is tekst en/of een afbeelding die op de harde schijf van de computer is opgeslagen in een speciale bestandsindeling en die in een willekeurig document kan worden afgedrukt. Overlays worden vaak gebruikt in plaats van voorgedrukte formulieren en papier met een briefhoofd.
Afdrukfuncties Item Overlaya (Een paginaoverlay gebruiken) Overlaya (Een paginaoverlay verwijderen) Omschrijving a Klik op het tabblad Geavanceerd. b Selecteer de gewenste overlay in de vervolgkeuzelijst Tekst. c Als het overlaybestand dat u zoekt niet in de vervolgkeuzelijst Tekst voorkomt, selecteert u Bewerken... in de lijst en klikt u op Laden. Selecteer het overlaybestand dat u wilt gebruiken.
Afdrukfuncties 13 • Optioneel geheugen of een massaopslagapparaat (HDD) moet geïnstalleerd zijn op uw apparaat om met dit programma (zie "Verschillende functies" op pagina 11) bestanden af te drukken. Werken met Hulpprogramma Direct afdrukken • U kunt geen PDF-bestanden afdrukken waarvoor een afdrukbeperking geldt. Schakel de functie voor de afdrukbeperking uit en probeer opnieuw af te drukken.
Afdrukfuncties 3 Selecteer uw printer uit de vervolgkeuzelijst Printer selecteren en klik op Bladeren. 4 Selecteer het bestand dat u wilt afdrukken en klik op Openen. 14 Afdrukken vanaf een Mac Het bestand wordt nu toegevoegd aan de sectie Bestanden selecteren. 5 6 Pas de printerinstellingen naar wens aan. Klik op Afdruk. Het geselecteerde PDF-bestand wordt naar de printer verzonden.
Afdrukfuncties Printerinstellingen wijzigen Dubbelzijdig afdrukken U kunt geavanceerde afdrukfuncties gebruiken voor uw printer. Afhankelijk van het model of opties zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar. Dit betekent dat de functies niet worden ondersteund (zie "Functies per model" op pagina 8). Open een toepassing en selecteer Druk af in het menu Bestand. De printernaam die in het printereigenschappenvenster wordt weergegeven is afhankelijk van de gebruikte printer.
Afdrukfuncties 15 Als u meer dan 2 kopieën afdrukt, kunnen de eerste en de tweede kopie op hetzelfde vel papier worden afgedrukt. Vermijd op beide zijden van het papier af te drukken als u meer dan 1 kopie afdrukt. Afdrukken in Linux Afhankelijk van het model of opties zijn enkele functies mogelijk niet beschikbaar. Dit betekent dat de functies niet worden ondersteund. Help gebruiken Klik op het vraagteken in de linkeronderhoek van het venster en klik op het onderwerp waarover u meer wilt weten.
Afdrukfuncties 7 8 Wijzig indien nodig andere afdrukopties in elk tabblad. Printereigenschappen configureren Klik op Print. In Printer Properties dat u kunt openen in het venster Printers configuration kunt u de verschillende eigenschappen van uw printer wijzigen. Afhankelijk van het model is automatisch/handmatig dubbelzijdig afdrukken mogelijk niet beschikbaar. U kunt eventueel oneven-even pagina's afdrukken via het lpr-afdruksysteem of andere toepassingen (zie "Functies per model" op pagina 8).
Afdrukfuncties • • 4 Jobs: de lijst met afdruktaken weergeven. Klik op Cancel job om de geselecteerde taak te annuleren. Schakel het selectievakje Show completed jobs in om een lijst met vorige afdruktaken weer te geven. Classes: Hier ziet u de klasse waartoe uw apparaat behoort. Klik op Add to Class om uw apparaat toe te voegen aan een bepaalde klasse of klik op Remove from Class als u het apparaat wilt verwijderen uit een geselecteerde klasse.
Afdrukfuncties Printerinstellingen wijzigen • Het UNIX-printerstuurprogramma Print Job Manager waarin de gebruiker verschillende afdrukopties kan selecteren in printer Properties. Het tabblad Image De volgende sneltoetsen kunnen worden gebruikt: "H" voor Help, "O" voor OK, "A" voor Apply en "C" voor Cancel. Op dit tabblad kunt u de helderheid, resolutie of de positie van een afbeelding op uw document wijzigen.
Scanfuncties • Voor basisfuncties voor het scannen, raadpleeg de Basishandleiding (zie "Basisfuncties voor scannen" op pagina 68). U kunt de originelen met uw apparaat scannen via een USB-kabel of via het netwerk. De volgende methodologieën kunnen worden gebruikt voor het scannen van uw documenten: • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Functies per model" op pagina 8).
Scanfuncties 18 19 De scaninstellingen in de computer configureren Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Functies per model" op pagina 8). 1 2 3 4 5 Open Samsung Easy Printer Manager (zie "Samsung Easy Printer Manager gebruiken" op pagina 284).
Scanfuncties 20 Als u het bericht Niet beschikbaar ziet, controleert u de poortverbinding. 3 Selecteer uw geregistreerd computer-Id en voer indien nodig het Wachtwoord in. • ID is hetzelfde ID als het geregistreerde scan-ID voor de Samsung Easy Printer Manager > Geavanceerde modus activeren > Instellingen voor scannen naar pc. Naar WSD scannen Scant de originelen en slaat de scangegevens op de aangesloten computer op als deze de WSD-functie (Web Service for Device) ondersteunt.
Scanfuncties 3 Selecteer in de printerlijst de printer die u wilt gebruiken en klik op Volgende. Als u het bericht Niet beschikbaar ziet, controleert u de poortverbinding. Of controleer of het printerstuurprogramma voor WSD juist is geïnstalleerd. • Het IP-adres voor een WSD-printer is http://IP address/ws/ (voorbeeld: http://111.111.111.111/ws/).
Scanfuncties 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Eén document plaatsen (zie "Originelen plaatsen" op pagina 54). 22 Scannen met het WIA-stuurprogramma Uw apparaat ondersteunt ook het WIA-stuurprogramma (Windows Image Acquisition) voor het scannen van afbeeldingen. WIA is een van de standaardonderdelen van Microsoft Windows 7 en werkt met digitale camera’s en scanners.
Scanfuncties 1 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. 2 Eén document plaatsen (zie "Originelen plaatsen" op pagina 54). 23 Scannen met de Mac Scannen via een apparaat dat is aangesloten via USB 3 Klik op Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Apparaten en printers. 4 Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het apparaatstuurprogramma in Printers en faxapparaten en kies Zoeken starten. 5 6 De toepassing Nieuwe scan wordt gestart.
Scanfuncties Als u niet kunt scannen met Fotolader moet u Mac OS opwaarderen tot de laatste versie. • 5 6 Scannen vanaf een apparaat dat is aangesloten op een netwerk 3 4 Voor 10.6 - 10.7 selecteert u uw apparaat bij GEDEELD. Stel de scanopties in dit programma in. Scan uw afbeelding en sla deze op. • Als u niet kunt scannen met Fotolader, moet u Mac OS bijwerken met de nieuwste versie. Alleen voor draadloze of netwerkmodellen (zie "Functies per model" op pagina 8).
Scanfuncties 4 Selecteer de scanner in de lijst. 5 6 Klik op Properties. 7 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner (zie "Originelen plaatsen" op pagina 54). 8 Het document wordt gescand en er verschijnt een voorbeeld van de afbeelding in het Preview Pane. 9 Sleep met de muisaanwijzer over het gedeelte dat u wilt scannen in het Preview Pane.
Scanfuncties U kunt uw scaninstellingen opslaan en toevoegen aan de vervolgkeuzelijst Job Type zodat u de instellingen opnieuw kunt gebruiken. Een afbeelding bewerken met Image Manager In de toepassing Image Manager (Afbeeldingen beheren) vindt u menuopties en knoppen voor de bewerking van gescande afbeeldingen. 4.
Faxfuncties 26 • Voor basisfuncties voor het faxen, raadpleeg de Basishandleiding (zie "Basisfuncties voor faxen" op pagina 70). Faxnummer opnieuw kiezen • M267xN/ M287xND ondersteunt geen faxfuncties. 1 2 25 3 Als de lijn van het gekozen nummer bezet is of als het faxapparaat van de ontvanger niet antwoordt, wordt het nummer automatisch opnieuw gekozen. De tijd voor een nieuwe kiespoging is afhankelijk van de standaardinstellingen voor uw land. Wanneer Opnieuw kiez.
Faxfuncties U kunt het apparaat zo instellen dat er na elke verzonden fax automatisch een verzendrapport wordt afgedrukt. Druk op (faxen) > (Menu) > Systeeminst. > Rapport > Faxbevestiging op het bedieningspaneel. 3 4 5 Selecteer Samsung Network PC Fax uit het venster Afdrukken. Klik op Afdrukken of OK.
Faxfuncties 29 • U kunt maximaal 10 bestemmingen ingeven. Uitgestelde faxverzending U kunt het apparaat zo instellen dat een fax op een later tijdstip (tijdens uw afwezigheid) wordt verzonden. U kunt met deze functie geen kleurenfax verzenden. 1 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner. 2 3 4 Druk op (faxen) op het configuratiescherm.
Faxfuncties 4 Documenten toevoegen aan een gereserveerde fax 30 1 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner. 2 Druk op (fax) > (Menu) > Faxfunctie > Pag. toevoegen op het bedieningspaneel. 3 Selecteer de faxtaak en druk op OK. 4 Druk op (Stoppen/Wissen) om terug te keren naar de gereedmodus.
Faxfuncties 31 Een verzonden fax doorsturen naar een andere bestemming De optie Fax is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of optionele onderdelen (zie "Verschillende functies" op pagina 11). U kunt het apparaat zo instellen dat een verzonden fax per fax wordt doorgestuurd naar een andere bestemming. Deze functie is nuttig als u een fax wilt ontvangen wanneer u niet op kantoor bent. • Ongeacht of u een kleurenfax hebt verzonden of ontvangen, worden de gegevens doorgestuurd in grijstinten.
Faxfuncties 1 Druk op (fax) > (Menu) > Faxfunctie > Ontv. doorst. > Doorst. nr fax of Doorst. nr pc > Aan op het bedieningspaneel. De optie Fax is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van model of optionele onderdelen (zie "Verschillende functies" op pagina 11). 2 Selecteer Fax als u wilt dat het apparaat de fax afdrukt nadat het deze heeft doorgestuurd. 3 Voer het ontvangende faxnummer, e-mailadres of serveradres in en druk op OK.
Faxfuncties • DRPD: u kunt een oproep aannemen met de DRPD-functie (Distinctive Ring Pattern Detection – detectie van distinctieve belpatronen). "Distinctive Ring" of beltoonherkenning is een dienst van de telefoonmaatschappij waarmee men via één telefoonlijn meerdere oproepen gelijktijdig kan beantwoorden. Zie "Faxen ontvangen in DRPD-modus" op pagina 271 voor meer informatie. Deze instelling is niet in alle landen beschikbaar. 3 4 Druk op OK.
Faxfuncties 36 37 Faxen ontvangen via een intern telefoontoestel Als u een intern telefoontoestel gebruikt dat is aangesloten op de EXTaansluiting, kunt u een fax ontvangen van iemand met wie u in gesprek bent op het interne telefoontoestel zonder dat u naar het faxapparaat hoeft te gaan. Wanneer u een oproep ontvangt op een intern telefoontoestel en u hoort faxtonen, drukt u op de toetsen *9* op het intern telefoontoestel. Het apparaat ontvangt de fax.
Faxfuncties • Als u uw faxnummer wijzigt of als u het apparaat aansluit op een andere telefoonlijn, moet u DRPD opnieuw instellen. • Nadat u DRPD hebt ingesteld, belt u opnieuw naar uw faxnummer om te controleren of het apparaat antwoordt met een faxtoon. Bel vervolgens naar een ander nummer dat aan dezelfde lijn is toegekend om te controleren of de oproep wordt doorgeschakeld naar uw intern telefoontoestel of naar het antwoordapparaat dat is aangesloten op de EXT-uitgang.
Faxfuncties 1 Plaats originelen in de documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven of plaats een enkel document met de bedrukte zijde naar onder op de glasplaat van de scanner. 2 Druk op (faxen) > (Menu) > Faxinstel. > Ontvangst > Dubbelz. afdr. op het bedieningspaneel. • Uit: hiermee kunt u afdrukken in normale modus. • Lange zijde: drukt pagina's zo af dat ze gelezen kunnen worden als een boek.
5. Handige beheerprogramma's Dit hoofdstuk introduceert beheerprogramma’s waarmee u de mogelijkheden van uw apparaat maximaal kunt benutten.
Managementhulpmiddelen gebruiken Samsung biedt verschillende managementhulpmiddelen voor Samsung-printers. 1 2 Controleer of de printer op uw computer is aangesloten en ingeschakeld is. Selecteer in het menu Start Programma’s of Alle programma’s. • 3 4 5 Als u Windows 8 gebruikt, gaat u naar Charms(charms) en selecteert u Zoeken > Apps(App). Zoek naar Samsung-printer. Onder Samsung-printer ziet u geïnstalleerde managementhulpmiddelen. Klik op de managementhulpmiddelen die u wilt gebruiken.
Easy Capture Manager • Alleen beschikbaar voor gebruikers met Windows-besturingssystemen. • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Software" op pagina 8). Maak een schermafbeelding en start Easy Capture Manager door op de toets Scherm afdrukken te drukken. U kunt nu gemakkelijk uw schermafbeelding onbewerkt of bewerkt afdrukken. 5.
Samsung AnyWeb Print • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Software" op pagina 8). • Alleen beschikbaar voor gebruikers met Windows-besturingssystemen. Met dit hulpprogramma kunt u van schermen in Windows Internet Explorer een schermopname of afdrukvoorbeeld maken en afdrukken, op een veel eenvoudigere manier dan in het gebruikelijke programma. Download de software van de website van Samsung.
Easy Eco Driver • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Software" op pagina 8). • Alleen beschikbaar voor gebruikers van Windows-besturingssystemen (zie "Software" op pagina 8). Met de Easy Eco Driver kunt u Eco-functies toepassen om papier en toner te besparen, voordat u met afdrukken begint.
SyncThru™ Web Service gebruiken • Voor SyncThru™ Web Service is minimaal Internet Explorer 6.0 of hoger vereist. • De uitleg over SyncThru™ Web Service in deze gebruikershandleiding kan afhankelijk zijn van de opties en het model, en komt mogelijk niet helemaal overeen met uw apparaat. • Alleen voor netwerkmodel (zie "Software" op pagina 8). 1 1 Klik op Login in de rechterbovenhoek van de SyncThru™ Web Service-website. 2 Typ de juiste gegevens bij ID en Password en klik vervolgens op Login.
SyncThru™ Web Service gebruiken Het tabblad Information Het tabblad Security Op dit tabblad wordt algemene informatie over het apparaat weergegeven. U kunt diverse gegevens controleren, waaronder de resterende hoeveelheid toner. U kunt ook rapporten afdrukken, zoals een foutenrapport. Op dit tabblad kunt u de beveiligingsgegevens van uw systeem en van het netwerk instellen. U moet zich aanmelden als beheerder om dit tabblad weer te geven.
SyncThru™ Web Service gebruiken 5 3 E-mailmelding instellen Stel de naam van de ontvanger in en het (de) e-mailadres(sen) met meldingsitems waarvoor u een waarschuwing wilt ontvangen. U kunt e-mails ontvangen over de status van uw apparaat door deze optie in te stellen. Door gegevens, zoals IP-adressen, hostnaam, e-mailadressen en SMTP-servergegevens in te stellen zal de apparaatstatus (tonercassette leeg of machinefout) automatisch naar het e-mailadres van een bepaald persoon worden verzonden.
SyncThru™ Web Service gebruiken 4 Voer de naam, het telefoonnummer, locatie en e-mailadres van de beheerder in. 5 Klik op Apply. 5.
Werken met Samsung Easy Document Creator Samsung Easy Document Creator is een programma dat u helpt bij het scannen, verzamelen en bewaren van documenten in verschillende formaten, inclusief het .epub formaat. Deze documenten kunnen vervolgens via sociale netwerken of fax worden gedeeld. Of u nu als student onderzoeksgegevens uit de bibliotheek moet ordenen of als moeder foto's van het verjaardagsfeestje van vorig jaar wil delen, met Samsung Easy Document Creator beschikt u over alle benodigde hulpmiddelen.
Samsung Easy Printer Manager gebruiken 5 • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model of de optionele onderdelen (zie "Software" op pagina 8). • Deze functie is alleen beschikbaar voor gebruikers met een Windows- of Mac-besturingssysteem (zie "Software" op pagina 8). • Voor Samsung Easy Printer Manager met Windows is minimaal Internet Explorer 6.0 of hoger vereist.
Samsung Easy Printer Manager gebruiken Printerinformatie De schermafbeelding kan verschillen, afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. In dit kader staat algemene informatie over uw apparaat. U kunt deze informatie controleren, zoals de naam van het printermodel, het IP-adres (of poortnummer) en de printerstatus. U kunt de Handleiding online bekijken. 2 Knop Problemen oplossen: Deze knop verandert in Probleemoplossingsgids als er een fout optreedt.
Samsung Easy Printer Manager gebruiken 6 Snelkoppelingen Toont Snelkoppelingen naar printerspecifieke functies. Dit gedeelte bevat ook koppelingen naar toepassingen in de geavanceerde instellingen. 4 Als u op het apparaat verbinding maakt met een netwerk, wordt het pictogram SyncThru™ Web Service geactiveerd. Inhoud Toont informatie over de geselecteerde printer, het niveau van de toner en het papier. De informatie wijzigt naargelang de gekozen printer. Niet alle apparaten beschikken over deze functie.
Samsung Easy Printer Manager gebruiken • Het tabblad Afbeelding: Dit tabblad bevat instellingen voor beeldbewerking. Instellingen voor faxen naar pc Dit menu bevat instellingen voor de basisfaxfunctie van het geselecteerde apparaat. • Uitschakelen: Als Uitschakelen is ingesteld op Aan, worden binnenkomende faxen niet ontvangen op dit apparaat. • Faxontvangst op apparaat inschakelen: Hiermee kunt u faxen op het apparaat inschakelen en meer opties voor de faxfunctie instellen.
Samsung-printerstatus gebruiken Samsung-printerstatus is een programma dat de status van de printer controleert en u daarvan op de hoogte houdt. Pictogram • Het venster Samsung-printerstatus en de inhoud die in deze gebruikershandleiding worden getoond, kunnen verschillen afhankelijk van de gebruikte printer of het gebruikte besturingssysteem. • Controleer welke besturingssystemen compatibel zijn met uw apparaat (zie "Specificaties" op pagina 122).
Samsung-printerstatus gebruiken 2 3 Optie U kunt instellingen voor waarschuwingen gerelateerd aan afdruktaken opgeven. Benod. bestellen U kunt online reservetonercassette(s) bestellen. Gebruikershandlei ding U kunt de Gebruikershandleiding online bekijken. Deze knop verandert in Probleemoplossingsgids als er een fout optreedt. U kunt direct naar het deel met de probleemoplossing gaan in de gebruikershandleiding. 4 5 Sluiten Sluit het venster. 5.
Samsung Printer Experience gebruiken Samsung Printer Experience is een Samsung-toepassing die beheer en instellingen van Samsung-apparaten in één locatie combineert. U kunt apparaatinstellingen instellen, verbruiksartikelen bestellen, handleidingen voor probleemoplossing bestellen, de website van Samsung bezoeken en informatie over aangesloten systemen controleren.
Samsung Printer Experience gebruiken 2 Gebruikershandl eiding Apparatenlijst en Laatst gescande afbeelding U kunt de Gebruikershandleiding bekijken. U moet verbinding hebben met internet om deze functie te gebruiken. 6 Deze knop verandert in Probleemoplossingsgids als er een fout optreedt. U kunt direct naar het deel met de probleemoplossing gaan in de gebruikershandleiding. 3 4 Benodigdheden bestellen Ga naar Samsung Koppelingen naar de Samsung-printerwebsite.
Samsung Printer Experience gebruiken 5 Klik op Afdrukken om de afdruktaak te starten. Een afdruktaak annuleren U kunt als volgt een afdruktaak annuleren in een afdrukwachtrij of afdrukspooler: • U kunt toegang krijgen tot dit venster door te dubbelklikken op het pictogram van het apparaat ( • ) in de taakbalk van Windows. U kunt de huidige afdruktaak ook annuleren door te drukken op de knop (Stop/Clear) op het bedieningspaneel.
Samsung Printer Experience gebruiken Het tabblad Basis Basis Met deze optie kunt u de basisinstellingen voor afdrukken kiezen, zoals het aantal exemplaren, de afdrukstand en het documenttype. Eco-instellingen Met deze optie kunt u meerdere pagina's per kant afdrukken om materiaal te besparen. Het tabblad Geavanceerd Papierinstellingen Met deze optie kunt u de basisspecificaties voor het verwerken van papier instellen.
Samsung Printer Experience gebruiken Het tabblad Beveiliging 10 Scannen vanuit Windows 8 Sommige functies zijn niet beschikbaar afhankelijk van het model of de opties. Als dit tabblad onzichtbaar of uitgeschakeld is, betekent dit dat deze functies niet worden ondersteund. Dit gedeelte is voor gebruikers met multifunctionele printers. Met de scanfunctie zet u tekst en afbeeldingen om in digitale bestanden die u op de computer kunt opslaan.
Samsung Printer Experience gebruiken 6 Pas de voorgescande afbeelding aan met functies voor scanbewerking, zoals draaien en spiegelen. 7 Klik op Scannen ( ) en sla de afbeelding op. • Wanneer u de originelen in de ADF plaatst, is (of DADF), Voorbeeldscan ( ) niet beschikbaar. • Als de optie Voorbeeldscan is geselecteerd, kunt u de vijfde stap overslaan. 5.
De Linux Unified Driver Configurator gebruiken Unified Linux Driver Configurator is een hulpprogramma dat hoofdzakelijk bestemd is voor de configuratie van apparaten. U moet Unified Linux Driver installeren om Unified Driver Configurator te kunnen gebruiken (zie "Installatie voor Linux" op pagina 153). 2 Klik op de knoppen links om het overeenkomstige configuratievenster te openen.
De Linux Unified Driver Configurator gebruiken 12 Printerconfiguratie 1 Schakelt naar Printers configuration. 2 Hier worden alle geĂŻnstalleerde apparaten weergegeven. 3 Hiermee worden de status, modelnaam en URI van uw apparaat weergegeven. Printers configuration bevat twee tabbladen: Printers en Classes. Het tabblad Printers Klik op het pictogram van het apparaat links in het venster Unified Driver Configurator om de printerconfiguratie van het huidige systeem weer te geven.
De Linux Unified Driver Configurator gebruiken Het tabblad Classes Op het tabblad Classes wordt een lijst met beschikbare apparaatklassen weergegeven. • Remove Class: hiermee verwijdert u de geselecteerde apparaatklasse. 13 Ports configuration In dit venster kunt u de lijst met beschikbare poorten weergeven, de status van elke poort controleren en een poort vrijgeven die bezet wordt door een afgebroken taak. 1 Hiermee geeft u alle apparaatklassen weer.
De Linux Unified Driver Configurator gebruiken 1 Schakelt naar Ports configuration. 2 Alle beschikbare poorten. 3 Hiermee geeft u het poorttype, het op de poort aangesloten apparaat en de status weer. • Refresh: hiermee vernieuwt u de lijst met beschikbare poorten. • Release port: hiermee kunt u de geselecteerde poort vrijgeven. 5.
6. Problemen oplossen In dit hoofdstuk vindt u nuttige informatie over wat u moet doen als er een probleem optreedt.
Problemen met papierinvoer Toestand Voorgestelde oplossing Het papier loopt vast tijdens het afdrukken. Verwijder het vastgelopen papier. Papier kleeft aan elkaar. • Controleer de maximale papiercapaciteit van de lade. • Zorg dat u een geschikte papiersoort gebruikt. • Haal het papier uit de lade en buig het of waaier het uit. • In vochtige omstandigheden kunnen bepaalde papiersoorten aan elkaar blijven kleven. Invoerprobleem met een aantal vellen tegelijk.
Problemen met de voeding en het netsnoer Toestand Het apparaat krijgt geen stroom, of de verbindingskabel tussen de computer en het apparaat is niet goed aangesloten. Voorgestelde oplossing • Sluit de printer eerst op de netvoeding aan. Als het bedieningspaneel van het apparaat een (Aan/uit/ ontwaken)-knop heeft, moet u hierop drukken. • Maak de kabel van het apparaat los en sluit deze opnieuw aan. 6.
Afdrukproblemen Toestand Het apparaat drukt niet af. Mogelijke oorzaak Het apparaat krijgt geen stroom. Voorgestelde oplossing Sluit de printer eerst op de netvoeding aan. Als het bedieningspaneel van het apparaat een Het apparaat is niet als standaardprinter geselecteerd. (Aan/uit/ontwaken)-knop heeft, moet u hierop drukken. Selecteer uw printer als standaardprinter in Windows. Controleer het volgende: • De klep is niet gesloten. Sluit de klep. • Er is een papierstoring opgetreden.
Afdrukproblemen Toestand Het apparaat drukt niet af. Mogelijke oorzaak Voorgestelde oplossing Het apparaat is mogelijk niet goed geconfigureerd. Controleer de Voorkeursinstellingen om na te gaan of alle afdrukinstellingen correct zijn. Mogelijk is het printerstuurprogramma niet goed geĂŻnstalleerd. DeĂŻnstalleer het stuurprogramma van uw printer en installeer het programma opnieuw. Het apparaat werkt niet goed. Kijk of het display van het bedieningspaneel een systeemfout aangeeft.
Afdrukproblemen Toestand De helft van de pagina is blanco. Het apparaat drukt wel af, maar de tekst is niet correct, vervormd of niet volledig. Mogelijke oorzaak Voorgestelde oplossing Mogelijk is de afdrukstand verkeerd ingesteld. Wijzig de afdrukstand in het desbetreffende programma (zie "Voorkeursinstellingen openen" op pagina 59). Raadpleeg Help bij het printerstuurprogramma (zie "Help gebruiken" op pagina 60).
Afdrukproblemen Toestand Er worden blanco pagina’s afgedrukt. Mogelijke oorzaak De tonercassette is leeg of beschadigd. Voorgestelde oplossing Herverdeel indien nodig het tonerpoeder. Vervang indien nodig de tonercassette. • Zie "Toner herverdelen" op pagina 81. • Zie "De tonercassette vervangen" op pagina 84. Mogelijk bevat het bestand blanco pagina’s. Controleer of het bestand blanco pagina’s bevat. Mogelijk is een onderdeel van het apparaat defect (bijvoorbeeld de controller of het moederbord).
Afdrukproblemen Toestand Mogelijke oorzaak Voorgestelde oplossing Het afgedrukte papier krult op. De instelling voor de papiersoort klopt niet. Wijzig de instelling van de printer en probeer het opnieuw. Ga naar de Voorkeursinstellingen, klik op het tabblad Papier en stel de papiersoort in op Dik papier (zie "Voorkeursinstellingen openen" op pagina 59). Samsung Printer Experience wordt niet weergegeven wanneer u klikt op Meer instellingen. Samsung Printer Experience is niet geĂŻnstalleerd.
Problemen met de afdrukkwaliteit Vuil aan de binnenkant van het apparaat of verkeerd geplaatst papier kan leiden tot een verminderde afdrukkwaliteit. Raadpleeg de onderstaande tabel om het probleem te verhelpen. Toestand Lichte of vage afdrukken Voorgestelde oplossing • Als u een verticale witte strook of vaag gedeelte op de afdruk ziet, is de toner bijna op. Plaats een nieuwe tonercassette (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 84). • Mogelijk voldoet het papier niet aan de papierspecificaties.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Tonervlekken Voorgestelde oplossing • Mogelijk voldoet het papier niet aan de specificaties. Het papier kan bijvoorbeeld te vochtig of te ruw zijn. • Mogelijk is de transportrol vuil. Reinig de binnenkant van het apparaat (zie "Het apparaat reinigen" op pagina 91). A aB bC c A aB bC c A aB bC c A aB bC c A aB bC c • Het papierpad is mogelijk aan een reinigingsbeurt toe.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Verticale strepen Voorgestelde oplossing Als de pagina zwarte, verticale strepen vertoont: • Er zitten mogelijk krassen op het oppervlak (drumgedeelte) van de tonercassette in het apparaat. Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 84). Als de pagina witte verticale strepen vertoont: • Het oppervlak van het LSU-gedeelte in het apparaat kan vuil zijn.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Verticaal terugkerende afwijkingen Voorgestelde oplossing Als de bedrukte zijde van de pagina met gelijke intervallen afwijkingen vertoont: • De tonercassette is mogelijk beschadigd. Als de problemen zich na het afdrukken blijven voordoen, vervangt u de oude tonercassette door een nieuwe (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 84). • Er zit mogelijk toner op sommige onderdelen van het apparaat.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Er blijven tonerdeeltjes hangen rond vetgedrukte tekens of donkere foto’s. Voorgestelde oplossing De toner hecht mogelijk niet aan dit papiertype. • Wijzig de instelling van de printer en probeer het opnieuw. Ga naar Voorkeursinstellingen, klik op het tabblad Papier en stel het papiertype in op Kringlooppapier (zie "Voorkeursinstellingen openen" op pagina 59). • Controleer of u het juiste papiertype hebt geselecteerd.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Gekruld of gegolfd Voorgestelde oplossing • Plaats het papier op de juiste manier in de lade. • Controleer de papiersoort en de kwaliteit van het papier. Papier kan krullen als de temperatuur of de vochtigheid te hoog is. • Draai de stapel papier in de lade om. Probeer ook eens om het papier 180° te draaien in de lade. Vouwen of kreuken • Plaats het papier op de juiste manier in de lade. • Controleer de papiersoort en de kwaliteit van het papier.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Volledig gekleurde of zwarte pagina’s A Losse toner Voorgestelde oplossing • Mogelijk is de tonercassette niet goed geplaatst. Verwijder de cassette en plaats deze opnieuw. • Mogelijk is de tonercassette defect. Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 84). • Het apparaat moet mogelijk worden gerepareerd. Neem contact op met een medewerker van de klantenservice.
Problemen met de afdrukkwaliteit Toestand Horizontale strepen Voorgestelde oplossing Controleer bij horizontale zwarte strepen of vegen het volgende: • De tonercassette is mogelijk verkeerd geplaatst. Verwijder de cassette en plaats deze opnieuw. • Mogelijk is de tonercassette defect. Verwijder de tonercassette en plaats een nieuwe (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 84). Lost dit het probleem niet op, dan moet het apparaat waarschijnlijk worden hersteld.
Problemen met kopiëren Toestand Voorgestelde oplossing Kopieën zijn te licht of te donker. Pas de tonersterkte in de kopieerfunctie aan om de achtergrond van kopieën lichter of donkerder te maken (zie "De instellingen per kopie wijzigen" op pagina 64). Als de afwijking na het schoonmaken van het apparaat nog altijd verschijnt stelt u de volgende instelling in Kopieerfunctie > Achtergrondkl. > Auto. (zie "Menuoverzicht" op pagina 36). Er verschijnen vegen, strepen, vlekken of stippen op kopieën.
Problemen met kopiëren Toestand De tonercassette gaat minder lang mee dan verwacht. Voorgestelde oplossing • Uw originelen bevatten mogelijk afbeeldingen, opgevulde vlakken of dikke lijnen. Uw originelen zijn bijvoorbeeld formulieren, nieuwsbrieven, boeken of andere documenten die meer toner verbruiken. • Het deksel van de scanner is mogelijk opengelaten tijdens het kopiëren. • Schakel het apparaat uit en weer in. 6.
Problemen met scannen Toestand De scanner doet het niet. Voorgestelde oplossing • Zorg ervoor dat u het te scannen origineel op de glasplaat plaatst met de bedrukte zijde naar onder en in de automatische documentinvoer met de bedrukte zijde naar boven (zie "Originelen plaatsen" op pagina 54). • Er is mogelijk niet voldoende geheugen beschikbaar voor het document dat u wilt scannen. Ga na of de prescanfunctie werkt. Probeer een lagere scanresolutie.
Problemen met scannen Toestand Het volgende bericht verschijnt op het computerscherm: • Apparaat kan niet in de gewenste H/W-modus staan. • Poort wordt gebruikt door een ander programma. Voorgestelde oplossing • Er wordt mogelijk een kopieer- of afdruktaak uitgevoerd. Probeer uw taak opnieuw uit te voeren nadat de voorgaande taak is voltooid. • De geselecteerde poort is momenteel in gebruik. Start uw computer opnieuw op en probeer het opnieuw.
Problemen met faxen Toestand Voorgestelde oplossing Het apparaat werkt niet, het display blijft leeg of de toetsen reageren niet. • Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en steek deze er weer in. Geen kiestoon. • Controleer of het telefoonsnoer op de juiste wijze is aangesloten (zie "Achterkant" op pagina 25). • Controleer of er stroom staat op het stopcontact. • Controleer of de stroom aan staat.
Problemen met faxen Toestand Een ontvangen faxbericht is gedeeltelijk blanco of is van slechte kwaliteit. Voorgestelde oplossing • Er is mogelijk een probleem met het faxapparaat van de verzender. • Een slechte telefoonlijn kan verbindingsproblemen veroorzaken. • Controleer het apparaat door een kopie te maken. • De tonercassette heeft de geschatte levensduur bijna bereikt. Vervang de tonercassette (zie "De tonercassette vervangen" op pagina 84).
Problemen met het besturingssysteem 1 Algemene Windows-problemen Toestand Voorgestelde oplossing Tijdens de installatie verschijnt het bericht "Bestand in gebruik". Sluit alle softwaretoepassingen af. Verwijder alle software uit de opstartgroep en start vervolgens Windows weer op. Installeer het printerstuurprogramma opnieuw. Het bericht "Algemene beschermingsfout", "OEuitzondering", "Spool 32" of "Ongeldige bewerking" verschijnt.
Problemen met het besturingssysteem Raadpleeg de gebruikershandleiding van Microsoft Windows die met uw computer is meegeleverd voor meer informatie over foutmeldingen in Windows. 2 Veelvoorkomende problemen op de Mac Toestand Het apparaat drukt het PDF-bestand niet juist af. Sommige delen van afbeeldingen, tekst of illustraties ontbreken. Voorgestelde oplossing Het bestand kan worden afgedrukt door het PDF-bestand af te drukken als een afbeelding.
Problemen met het besturingssysteem 3 Algemene Linux-problemen Toestand Het apparaat drukt niet af. Voorgestelde oplossing • Controleer of het printerstuurprogramma is geïnstalleerd. Open Unified Driver Configurator en selecteer het tabblad Printers in Printers configuration om de lijst met beschikbare printers weer te geven. Controleer of uw apparaat in de lijst staat. Als dit niet zo is, opent u Add new printer wizard om uw apparaat in te stellen. • Controleer of het apparaat is ingeschakeld.
Problemen met het besturingssysteem Toestand Voorgestelde oplossing Tijdens het afdrukken van een document wordt de foutmelding "Cannot open port device file" getoond. Wijzig nooit de parameters van een afdruktaak (bijvoorbeeld met LPR GUI) terwijl er een afdruktaak wordt uitgevoerd. Diverse versies van CUPS-server breken de afdruktaak af als de afdrukopties worden gewijzigd en proberen vervolgens de taak vanaf het begin opnieuw uit te voeren.
Contact SAMSUNG worldwide If you have any comments or questions regarding Samsung products, contact the Samsung customer care center. Country/Region BOTSWANA Country/Region Customer Care Center WebSite BRAZIL Customer Care Center WebSite 0800-726-000 www.samsung.com 0800-124-421 www.samsung.com 4004-0000 ANGOLA 91-726-7864 www.samsung.com ARGENTINA 0800-333-3733 www.samsung.com BULGARIA 07001 33 11 , normal tariff www.samsung.com ARMENIA 0-800-05-555 www.samsung.
Contact SAMSUNG worldwide Country/Region Customer Care Center 8009 4000 only from landline CYPRUS WebSite www.samsung.com Country/Region FRANCE (+30) 210 6897691 from mobile and land line CZECH 800-SAMSUNG (800-726786) www.samsung.com DENMARK 70 70 19 70 www.samsung.com 1-800-751-2676 www.samsung.com/ latin (Spanish) DOMINICA www.samsung.com/ latin_en (English) 1-800-10-7267 ECUADOR www.samsung.com/ latin (Spanish) 08000-726786 www.samsung.com EIRE 0818 717100 www.samsung.
Contact SAMSUNG worldwide Country/Region Customer Care Center (852) 3698-4698 HONG KONG HUNGARY INDIA INDONESIA WebSite www.samsung.com/hk (Chinese) www.samsung.com/ hk_en (English) Country/Region Customer Care Center 183-2255 (183-CALL) WebSite www.samsung.com/ae (English) KUWAIT www.samsung.com/ ae_ar (Arabic) 06-80-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com KYRGYZSTAN 00-800-500-55-500 www.samsung.com 1800 3000 8282 www.samsung.com/in LATVIA 8000-7267 www.samsung.
Contact SAMSUNG worldwide Country/Region Customer Care Center 00-1800-5077267 NICARAGUA NORWAY WebSite Country/Region Customer Care Center www.samsung.com/ latin (Spanish) 1-800-10-SAMSUNG(726-7864) for PLDT www.samsung.com/ latin_en (English) 1-800-3-SAMSUNG(726-7864) for Digitel PHILIPPINES 815-56 480 www.samsung.com 1-800-8-SAMSUNG(726-7864) for Globe 800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com/ae (English) 02-5805777 OMAN 0 801-1SAMSUNG(172-678) * www.samsung.
Contact SAMSUNG worldwide Country/Region RUSSIA SAUDI ARABIA SENEGAL SERBIA Customer Care Center WebSite 800-00-0077 www.samsung.com TANZANIA 9200-21230 www.samsung.com/sa (Arabic) THAILAND 8-800-555-55-55 www.samsung.com +381 11 321 6899 www.samsung.com (old number still active 0700 7267864) SINGAPORE 1800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com SLOVAKIA 0800 - SAMSUNG(0800-726 786) www.samsung.com SOUTH AFRICA 0860 SAMSUNG (726-7864) www.samsung.
Verklarende woordenlijst De onderstaande woordenlijst helpt u vertrouwd te raken met het product en de terminologie die in deze gebruikershandleiding wordt gebruikt en verband houdt met afdrukken. 802.11 802.11 bevat een reeks standaarden voor draadloze-netwerkcommunicatie (WLAN) ontwikkeld door het IEEE LAN/MAN-Standards Committee (IEEE 802). 802.11b/g/n 802.11b/g/n kan dezelfde hardware delen over een bandbreedte van 2,4 GHz. 802.11b ondersteunt een bandbreedte tot maximaal 11 Mbps, 802.
Verklarende woordenlijst BOOTP Configuratiescherm Bootstrap-protocol. Een netwerkprotocol dat wordt gebruikt door een netwerkclient om automatisch het IP-adres op te halen. Dit gebeurt doorgaans in het bootstrapproces van computers of de daarop uitgevoerde besturingssystemen. De BOOTP-servers wijzen aan iedere client een IPadres toe uit een pool van adressen. Met BOOTP kunnen computers met een "schijfloos werkstation" een IP-adres ophalen voordat een geavanceerd besturingssysteem wordt geladen.
Verklarende woordenlijst Standaard DNS De waarde of instelling die van kracht is wanneer de printer uit de verpakking wordt gehaald, opnieuw wordt ingesteld of wordt geĂŻnitialiseerd. DNS (Domain Name Server) is een systeem dat domeinnaaminformatie opslaat in een gedistribueerde database op netwerken, zoals het internet. DHCP Matrixprinter Een DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) is een client/ servernetwerkprotocol.
Verklarende woordenlijst Dubbelzijdig Emulatie Een mechanisme dat een vel papier automatisch omkeert zodat het apparaat beide zijden van het vel kan bedrukken (of scannen). Een printer met een duplexeenheid kan afdrukken op beide zijden van een vel papier tijdens één printcyclus. Emulatie is een techniek waarbij met één apparaat dezelfde resultaten worden behaald als met een ander.
Verklarende woordenlijst FDI Grijswaarden Interface extern apparaat (FDI) is een kaart die in het apparaat is geĂŻnstalleerd zodat andere apparaten van derden, bijvoorbeeld een muntautomaat of een kaartlezer, kunnen worden aangesloten. Met deze apparaten kunt u laten betalen voor afdrukservices die worden uitgevoerd met uw apparaat. Grijstinten die de lichte en donkere delen van een afbeelding weergeven worden omgezet in grijswaarden; kleuren worden door verschillende grijstinten weergegeven.
Verklarende woordenlijst IEEE 1284 IPP De 1284-norm voor de parallelle poort is ontwikkeld door het IEEE (Institute of Electrical and Electronics Engineers). De term "1284-B" verwijst naar een bepaald type connector aan het uiteinde van de parallelle kabel die kan worden aangesloten op het randapparaat (bijvoorbeeld een printer). IPP (Internet Printing Protocol) is een standaardprotocol voor zowel afdrukken als het beheren van afdruktaken, mediaformaat, resolutie, enzovoort.
Verklarende woordenlijst ITU-T LDAP De Internationale Telecommunicatie Unie is een internationale organisatie die is opgericht voor de standaardisering en regulering van internationale radio- en telecommunicatie. De belangrijkste taken omvatten standaardisering, de toewijzing van het radiospectrum en de organisatie van onderlinge verbindingen tussen verschillende landen waarmee internationale telefoongesprekken mogelijk worden gemaakt. De -T in ITUT duidt op telecommunicatie.
Verklarende woordenlijst MH NetWare MH (Modified Huffman) is een compressiemethode voor het beperken van de hoeveelheid gegevens die tussen faxapparaten worden verzonden om een afbeelding te versturen. MH wordt aanbevolen door ITU-T T.4. MH is een op een codeboek gebaseerd lengtecoderingsschema dat geoptimaliseerd werd om op een doeltreffende wijze witruimtes te comprimeren.
Verklarende woordenlijst OSI PostScript OSI (Open Systems Interconnection) is een communicatiemodel dat is ontwikkeld door de ISO (International Organization for Standardization). OSI biedt een standaard modulaire benadering van netwerkontwerp waarmee de vereiste set complexe functies wordt opgesplitst in hanteerbare, op zichzelf staande, functionele lagen. De lagen zijn van boven naar onder: applicatie, presentatie, sessie, transport, netwerk, gegevenskoppeling en fysiek.
Verklarende woordenlijst Protocol SMB Een conventie of standaard die de verbinding, communicatie en het gegevensverkeer tussen twee computers inschakelt of controleert. SMB (Server Message Block) is een netwerkprotocol dat hoofdzakelijk wordt toegepast op gedeelde bestanden, printers, seriële poorten en diverse verbindingen tussen de knooppunten in een netwerk. Het biedt tevens een geverifieerd communicatiemechanisme voor processen onderling. PS Zie PostScript.
Verklarende woordenlijst TCP/IP Tonercassette TCP (Transmission Control Protocol) en IP (Internet Protocol): de set communicatieprotocollen die de protocolstack implementeren waarop het internet en de meeste commerciële netwerken draaien. Een soort fles of container die in apparaten zoals printers wordt gebruikt en die toner bevat. Toner is een poeder dat in laserprinters en kopieerapparaten wordt gebruikt voor het vormen van tekst en afbeeldingen op afdrukpapier.
Verklarende woordenlijst URL WEP URL (Uniform Resource Locator) is het internationale adres van documenten en informatiebronnen op internet. Het eerste deel van het adres geeft aan welk protocol moet worden gebruikt en het tweede deel geeft het IP-adres of de domeinnaam aan waar de informatiebron zich bevindt. WEP (Wired Equivalent Privacy) is een beveiligingsprotocol dat gespecificeerd wordt in IEEE 802.11 om eenzelfde beveiligingsniveau als een bedraad LAN te garanderen.
Verklarende woordenlijst WPA-PSK WPA-PSK (vooraf gedeelde WPA-sleutel) is een speciale WPA-modus voor kleine ondernemingen en thuisgebruikers. Een gedeelde sleutel of een gedeeld wachtwoord wordt geconfigureerd in het draadloze toegangspunt (WAP) en draadloze laptop- of desktopapparaten. WPA-PSK genereert een unieke sleutel voor elke sessie tussen een draadloze client en de daarmee geassocieerde WAP voor een betere veiligheid.
Index A achterkant 25 adresboek meerdere paginas afdrukken op één vel papier 250 Mac mobiel besturingssysteem 207 apparaatgegevens B bedieningspaneel bewerken 236 mobileprint 207 groep bewerken 237 speciale afdrukfuncties 242 C groep vastleggen 237 UNIX 253 registreren 236 conventie werken met 236 adresboekinstellingen 236 afdrukfunctie 239 afdrukken afdrukken naar een bestand 241 algemene instelling 215 afdrukmateriaal envelop 48 D het papierformaat instellen 52 draadl
Index Mac 249 ontvangen in de DRPDmodus 271 UNIX 253 ontvangen in faxmodus 270 ontvangen in telefoonmodus 270 ontvangen in veilige modus 272 F fax algemene instelling Automatisch een verzendrapport afdrukken ontvangen met een intern telefoontoestel 271 220 uitgestelde faxverzending 273 automatisch ontvangen in antwoordapparaatmodus 270 automatisch opnieuw kiezen 264 de ontvangstmodus wijzigen 269 fax verzenden groepsverzending Documenten toevoegen aan een gereserveerde fax 267 Een f
Index breedte en lengte instellen 43 de grootte van de lade aanpassen 43 papier in de handmatige invoermultifunctionele lade plaatsen 46 papierformaat en type instellen 52 LCDdisplay de status van het apparaat controleren 217, 219, 220, 228 Linux M speciale afdrukmedia gebruiken Mac afdrukken N 249 besturingsbestand opnieuw installeren voor een via een USBkabel verbonden apparaat 152 SetIP gebruiken 160 stuurprogramma van een met een USBkabel verbonden apparaat installeren 153 systeemvereiste
Index afdrukken 247 afdrukproblemen 303 maken 246 verwijderen 247 problemen met betrekking tot netvoeding 302 scannen basisinformatie 255 Scannen in Linux 261 260 P problemen met de afdrukkwaliteit 308 Scannen met de Mac problemen met faxen 320 papierstoring problemen met kopiëren 316 Scannen met het WIAstuurprogramma 259 origineel document verwijderen 100 problemen met papierinvoer 301 papier verwijderen 104 problemen met scannen 318 tips om papierstoringen te voorkomen 99 p
Index T tekens invoeren Tijdens 234 58 29 tonercassette behandelingsinstructies 79 de cassette vervangen 84 geschatte levensduur 80 uw apparaat reinigen opslaan 79 toner herverdelen 81 info 16 symbolen 16 beschikbare verbruiksartikelen 77 bestellen 77 installatie van het stuurprogramma voor het verbonden netwerk 168 Unix 129 USBkabel besturingsbestand opnieuw installeren 152, 154 158, 198 systeemvereisten 127 veelvoorkomende problemen onder 322 Windows geschatte levensduur van to