Operation Manual

Table Of Contents
14
NL
3.
4.
5.
6.
7.
Het handmatig gespeciceerde IP-adres moet worden gekozen in overeenstemming met de
instellingen in uw router en moet een uniek adres op uw netwerk zijn. Als u gebruik maakt voor
DHCP voor sommige apparaten en statische (handmatig gecongureerde) IP-adressen voor
andere, dan moet het gebruikte IP-adres buiten het bereik vallen van de adressen die de rou-
ter kan toewijzen op basis van DHCP. Meestal zijn de eerste drie cijfergroepen hetzelfde voor
alle apparaten op uw netwerk. Draai, om het IP-adres in te stellen, aan de Afstemknop om de
waarde van elke cijfergroep in te stellen en druk vervolgens op de Afstemknop om de waarde
in te voeren en naar de volgende groep te gaan. Na het invoeren van het IP-adres moet het
subnetmasker worden ingevoerd. Het subnetmasker denieert welke delen van het IP-adres
gemeenschappelijk zijn in uw netwerk. Voor de meeste kleine netwerken zal het subnetmasker
255.255.255.0 zijn en dit wordt op dezelfde manier ingevoerd.
Het Gateway-adres is normaal gesproken het adres van de router die wordt gebruikt om de ra-
dio aan te sluiten op het internet. Dit wordt op dezelfde manier ingevoerd als de vorige adressen.
Bij de meeste installaties zullen de DNS-instellingen (DNS = Domain Name Server) worden
ingesteld op hetzelfde IP-adres als de router. In dit geval kan de secundaire DNS worden inges-
teld op nul. Draai, om het DNS-adres in te voeren, aan de Afstemknop om de waarde voor een
groep cijfers in te stellen en druk op de Afstemknop om de waarde in te voeren en door te gaan
met de volgende groep cijfers. Herhaal dit tot alle acht de groepen cijfers zijn ingevoerd.
U moet bij deze stap de WiFi-verbinding instellen, begin met de naam van het draadloos
netwerk (SSID) gevolgd door de encryptie-opties en het wachtwoord. De karakters van het
SSID worden ingevoerd met behulp van de Afstemknop. De radio scrollt door de beschikbare
karakters alsmede de drie knoppen aan de rechterkant van het display. Het huidig geselec-
teerde karakter zal worden ingevoerd als u op de Afstemknop drukt. Doe dit zo vaak als no-
dig, tot de gehele netwerknaam is ingevoerd. De SSID instelling is gevoelig voor hoofdletters,
kleine letters en symbolen. U moet het SSID exact invoeren zoals ingesteld op uw router. De
drie knoppen aan de rechterkant van het scherm hebben speciale functies:
selecteer ‘ ’ om een karakter te wissen
selecteer ‘ ’ als het gehele SSID is ingevoerd
selecteer ‘ ’ om te annuleren en terug te gaan naar het scherm DNS instellen
Als u het SSID heeft ingevoerd, dan moet u de details van het door het draadloos netwerk ge-
bruikte encryptiesysteem invoeren. Dit moet hetzelfde zijn als ingesteld in de instellingen van
uw router. Als uw netwerk geen encryptie gebruikt, selecteer dan de optie ‘Open’. Uw radio zal
verbinding maken met het netwerk, ga verder naar stap 11. Selecteer als uw netwerk gebruik
maakt van WEP (Wired Equivalent Privacy) de optie ‘Pre-Shared Key’ en ga naar stap 8. De
resterende opties zijn voor WPA of WPA2 (WiFi Protected Access) – zie stap 9.
Primary DNS
Secondary DNS
192
DNS
5/9
168 1 1
0 0 0 0
SSID
6/9
7/9
Open
Pre-Shared Key
WPA
WPA2
Authentication
8/9
Disabled
WEP
Encryption type
9/9Key: