Operation Manual

61
VENTILATIE
Deze functie laat toe het vermogen van de ventilators na het
afzetten van de projector aan te passen. Er bestaat de volgende
keus. (zie ook blz. 23)
L1 : Normale werking
L2 : De ventilators draaien trager en maken dus minder lawaai.
Nochtans zal de koeling langer duren.
VENTILATOR SNELHEID
Kies de snelheid van de ventilator.
Normaal : Normale snelheid.
On1 : De ventilator draait sneller dan normaal. Kies deze
instelling wanneer de projector gebruikt wordt in de
bergen, boven 1200m, daar waar de ventilator minder
effect heeft.
On2 : De ventilator draait sneller dan On1. Kies deze instelling
wanneer de projector gebruikt wordt op grotere hoogte
daar waar de ventilator minder effect heeft.
On3 : Wanneer de projector tussen -50° en +50° naar boven
projecteert op 1600m boven de zeespiegel.
VV
VV
V Nota
• Het lawaai van de ventilator is hoger in de positie On1, On2 en On3.
• Positie On1, On2 en On3 beinvloeden het item L2.
VENTILATIE
LAMP VERVANGEN
Deze functie laat toe de indicator van lampvervangtijd terug te zetten.
Na vervanging van de lamp de teller met deze functie terug op nul
zetten. (blz. 66)
Wanneer de verwachte levensduur van lamp minder wordt dan
100 uren, verschijnt een waarschuwingspictogram op het scherm
om aan te geven dat het einden van de lamp nadert (fig. 1).
Wanneer er 0 uren overblijven verschijnt er een bericht op het
scherm (fig. 1).
VV
VV
V Nota
• Deze waarschuwingspictogrammen verschijnen niet indien de
display functie op "Uit" staat (blz. 48) of tijdens een "Picture
Freeze" (blz. 28) of "No Show" (blz. 29).
Fig. 1 Lamp vervangen pictogram
Lamp vervangen
Dit pictogram verschijnt wanneer het einde van de
levensduur van de lamp bereikt is.
VV
VV
V Nota
• Bij het aanzetten verschijnt pictogram (fig. 1).
SYSTEEMINSTELLINGEN