Operation Manual

Nederlands 16
INSTELLEN
Informatie over opladen
De camera wordt alleen opgeladen als het toestel is uitgeschakeld of als de
energiebesparingsfunctie of sluimerstand is geactiveerd. De camera wordt
niet opgeladen als het toestel zich in de opname- of weergavemodus bevindt.
Info over het waarschuwingspictogram voor de
temperatuur \
Als tijdens het gebruik van de camera de temperatuur van de batterij of het
inwendige van de camera (met uitzondering van de batterij) stijgt, wordt een
waarschuwingspictogram voor de temperatuur \ weergegeven zoals
hieronder beschreven.
k Als de temperatuur of het inwendige van de camera (met
uitzondering van de batterij) stijgt tijdens het gebruik
h Als tijdens het gebruik van de camera de temperatuur van de batterij of
de temperatuur binnen in de camera (met uitzondering van de batterij)
oploopt, gaat het pictogram \ branden op de monitor. Als het
pictogram \ brandt, is het nog steeds mogelijk op te nemen en af te
spelen. Het wordt echter geadviseerd zo spoedig mogelijk te stoppen
met het gebruik van de camera en het toestel uit te schakelen.
h Als de temperatuur nog verder stijgt, begint het pictogram \ te
knipperen en wordt de camera automatisch uitgeschakeld.
De camera kan pas weer worden ingeschakeld nadat de temperatuur is
gedaald (of wanneer het pictogram \ niet meer knippert). Wacht tot
de temperatuur is gedaald voordat u de camera opnieuw gebruikt.
h Tijdens het opnemen van videobeelden geeft een aftelindicator de tijd
aan vanaf ongeveer 15 seconden voordat het toestel wordt
uitgeschakeld. Als de indicator 0 seconden aangeeft, wordt het
opnemen gestopt.
h Als de camera is uitgeschakeld terwijl de temperatuur hoog is (en dus
het pictogram \ knippert), kan het toestel pas weer worden
ingeschakeld nadat de temperatuur is gedaald (of wanneer het
pictogram \ niet meer knippert).