Operation Manual

5
Lichtmeting
•
Als na de meting de sluitertijd of de ISO instelling gewijzigd wordt, past de meter automatisch het gemeten
diafragma aan.
•
Als”E.o”(over) of “E.u” (onder) verschijnt en knippert, kan er geen correcte meting uitgevoerd worden
op basis van de ingestelde waarden (p. 23).
1-2. Frame Rates (bldn/sec) instellen
1) Druk op mode knop om frame rates
te selecteren.
2) Stel de gewenste frame rate met de
omhoog/omlaag knoppen in.
3) Druk op de meetknop om terug te
keren naar
sluitertijdvoorkeur en
rechtstreeks een meting uit te voeren
.
•
Beschikbare frame rates zijn 8, 12, 16, 18, 24, 25, 30, 32, 48, 50, 60, 64, 96, 100, 120 en 128 f/s.
•
Fram rates bepalen de laagst mogelijke sluitertijd.
1-3. Verlichtingssterkte meten
Verlichtingssterkte eerst activeren in de
persoonlijke instellingen (p. 26).
1) Schuif de diffusor uiterst rechts en plaats de
platte diffusor (p. 7).
2) Druk op de mode knop totdat
verlichtingssterkte actief is.
3) Richt de diffusor naar de lichtbron en druk
op de meetknop. De lichtmeter blijft meten
en de actuele waarde wordt weergegeven
zolang de meetknop ingedrukt blijft.
13
M
O
D
E
MODE knop
OMHOOG
OMLAAG
platte diusor
bolle diusor
Gemeten waarde (Lux)
Gemeten waarde (Foot-Candle)