Operation Manual

Camera 43
Optische zoom inschakelen
Met de optische zoomfunctie kunt u met gebruik van de optische lens
scherp in- en uitzoomen. De optische zoomfunctie wordt gebruikt tot
tweemaal [×2] de zoomverhouding. Als de zoom groter wordt dan
[×2], wordt de digitale zoom gebruikt om het beeld verder te
vergroten.
“Camera”
[Opties]
“Instellingen”
“Optische zoom”
1. Selecteer “Inschakelen”.
Selecteer “Uitschakelen” om de functie uit te schakelen.
Als u “Uitschakelen” hebt geselecteerd, kunt u alleen de digitale
zoomfunctie gebruiken.
2. Druk op a of b.
Zodra de telefoon is teruggekeerd naar standby, worden de
zoominstellingen teruggezet naar de standaardinstelling.
De belichting aanpassen
“Camera”
[Opties]
“Belichting”
1. Druk op a (Licht) of b (Donker).
: (Donker Normaal Licht)
Zodra de telefoon is teruggekeerd naar standby, worden de
helderheidsinstellingen teruggezet naar de standaardinstelling.
Toestellampje
De modus van het toestellampje wijzigen
Stel voor het toestellampje de gewenste modus in.
“Camera”
[Opties]
“Modi”
“Toestellampje”
“Aan/uitzetten”
1. Selecteer de gewenste modus.
“Aan” ( ): De lamp is altijd aan.
“Automatisch” ( ): De lamp gaat aan als het toestel merkt dat
het donker wordt.
“Verlichting laag” ( ) (alleen fotocameramodus):
Selecteer deze modus voor macro-
opnamen.
“Uit”: De lamp is altijd uit.
De bijbehorende indicator wordt op het scherm weergegeven.
Selecteer “Uit” om de verlichting uit te zetten.
Het opnamelicht wijzigen
U kunt verschillende kleurmodi gebruiken voor uw foto’s.
“Camera”
[Opties]
“Modi”
“Toestellampje”
“Opnamelicht”
1. Selecteer de gewenste lichtkleur.
Lichtkleuren: Wit/Rood/Geel/Groen/Blauw/Violet/Lichtblauw
Gebruik van de zelfontspanner
“Camera”
[Opties]
“Modi”
“Zelfontspanner”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
wordt op het scherm weergegeven als u “Aan” selecteert.