Operation Manual

27
4
10
Voer het IP-adres, het subnet mask, en de standaard gateway in.
De instellingen in het scherm hierboven zijn voorbeelden. Vraag uw
netwerkbeheerder om het correcte IP-adres, subnet mask en standaard
gateway die moeten worden ingevoerd.
11
Klik op de toets "Volgende".
12
Klik op de knop "Ja" wanneer een bevestigingsvenster wordt
weergegeven.
Ga naar stap 11 op pagina 28.
Rechtstreekse LPR (TCP/IP) -afdruk
Na de stappen 1-7 op pagina 25-26
8
Klik op de knop
"Printerstuurprogramma".
Klik eerst op de "Stel het IP-adres in" en
ga naar de stap 8 op pagina 26 als u
geen IP-adres hebt ingesteld.
Het "Ethernet adres" wordt aangegeven aan de linkerzijde van de
machine, dichtbij de LAN connector.
Als de machine wordt gebruikt op een ander netwerk nadat het IP-adres is
ingesteld, zal de machine niet worden herkend. Voer het Ethernetadres in en
klik op de "initialiseren" toets om het IP-adres te initialiseren. Volg de
instructies op het scherm met de "OK" knop en vervolgens de "Zoeken" knop.
Het IP-adres kan soms automatisch worden gewijzigd wanneer "IP-adres
automatisch verkrijgen" is geselecteerd. Hierdoor zal het afdrukken niet mogelijk
zijn. Selecteer in zo'n geval "IP-adres toewijzen" en voer het IP-adres in.
OpmerkingOpmerking
OpmerkingOpmerking