Operation Manual

62
In dit hoofdstuk wordt het vehelpen van papierstoringen alsmede het opsporen van
fouten beschreven.
Voor problemen met de printer- of de scannerfunctie, zie het online-handboek of het
helpbestand voor de printer/scanner besturing.
OPSPOREN VAN FOUTEN
Controleer in geval van problemen de punten in onderstaande lijst alvorens contact op te
nemen met uw erkende onderhoudsvertegenwoordiger.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Pagina
Het apparaat
functioneert niet
Is de stekker in het stopcontact? Sluit het apparaat aan op een geaarde
wandcontactdoos.
12
Staat de aan-/uitschakelaar aan? Zet de aan-/uitschakelaar aan.
12
Is de zijklep goed gesloten? Sluit de zijklep voorzichtig.
10
Frontdeksel gesloten? Sluit voorzichtig het frontdeksel en
vervolgens de zijklep.
10
Blanco kopieën
Is het origineel met de beeldzijde
omlaag op de glasplaat of met
de beeldzijde omhoog in de SPF
geplaatst?
Plaats het origineel met de beeldzijde
omlaag op de glasplaat of met de beeldzijde
omhoog in de SPF.
47, 48
Is de
scankopvergrendelingsschakela
ar vergrendeld?
Ontgrendel de
scankopvergrendelingsschakelaar.
9
De kopieën zijn te
licht of te donker.
Is het origineel te donker of te
licht?
Stel het belichtingsniveau handmatig af.
49
Staat het apparaat in de
automatische belichtingsfunctie?
Stel het automatische belichtingsniveau af.
50
Staat het apparaat in de foto
belichtingsfunctie?
Annuleer de foto belichtingsfunctie.
49
Stof, vuil, vlekken
verschijnen op de
kopieën.
Is de glasplaat of de SPF vuil?
Regelmatig reinigen.
60
Is het origineel vuil of gekreukeld?
gebruik een schoon origineel.
Gestreepte kopieën
Is de coronadraad schoon? Reinig de coronabedrading.
61
Er komen vaak
papierstoringen voor.
Werd er ander dan
standaardpapier gebruikt?
Gebruik standaardpapier. Als u speciaal
papier gebruikt, moet u het invoeren via de
handinvoer.
14
Is het papier gekruld of vochtig? Bewaar kopieerpapier in de verpakking op
een droge plaats.
Zijn er papierstukjes in het
apparaat achtergebleven?
Verwijder alle stukjes vastgelopen papier.
64
Zijn de papiergeleiders in de
papierlade niet correct
ingesteld?
Stel de papiergeleiders correct af
afhankelijk van het papierformaat.
15, 18
Is er te veel papier in de
papierlade of handinvoerlade?
Verwijder overtollig papier uit de papierlade.
15, 17
Kopieën worden
gemakkelijk
afgeveegd.
Is het papie te zwaar? Gebruik papier binnen het gespecificeerde
bereik.
14
De heatertemperatuur is
verkeerd.
Zet de "Instelling heatertemperatuur bij gebruik
van de handinvoer" (programma 29) in de
gebruikersprogramma’s op "2 (Hoog)".
56
Is het papier vochtig? Door droog papier vervangen. Wanneer het
apparaat lang niet wordt gebruikt, dient u
het papier uit de papierlade te verwijderen
en in de verpakking op een droge plaats te
bewaren.
73
Het afdrukken gebeurt
ongelijkmatig tussen de
randen van het papier en
het midden.
De heatertemperatuur is
verkeerd.
Zet de "Instelling heatertemperatuur bij
gebruik van de handinvoer" (programma 29)
in de gebruikersprogramma’s op "1 (Laag)".
56
8
OPSPOREN VAN FOUTEN IN HET APPARAAT