Operation Manual

Table Of Contents
GEBRUIKERSINSTELLINGEN
64
8
ORIGINEELBEELD
ROTEREN
1: AAN
2: UIT
Wanneer u 2-zijdige kopieën maakt,
roteert u met deze functie het beeld
op de achterzijde van het origineel.
Deze functie is handig wanneer u de
kopie in langs de bovenzijde inbindt
(schrijfblok binden).
9
AE/TEKST
RESOLUTIE
1: 300dpi
2: 600dpi
Deze instelling wordt gebruikt om de
kopieerresolutie te wijzigen in de
AUTO en TEKST modus van 600 x
300 dpi in 600 x 600 dpi (hoge
kwaliteit modus). Het scannen is
langzamer wanneer u de hoge
kwaliteit modus gebruikt.
10
2-ZIJDIGE
KOPIEERMODUS
1: HI-SPEED
2: NORMAAL
Wanneer het geheugen volraakt
tijdens het 2-zijdige kopiëren, kunt u
"NORMAAL" selecteren om het
kopiëren mogelijk te maken. De optie
"NORMAAL" heeft echter wel een
langzamere kopieersnelheid tot
gevolg. Normaal gesproken is "HI-
SPEED" geselecteerd om het snelle
2-zijdig kopiëren mogelijk te maken.
11
KANTLIJNBREEDTE
1: 5 mm (1/4")
2: 10 mm (1/2")
3: 15 mm (3/4")
4: 20 mm (1")
Gebruik deze instelling om de
kantlijnbreedte in te stellen.
12
GEHEUGEN VOOR
PRINTER
1: 30%
2: 40%
3: 50%
4: 60%
5: 70%
Gebruik deze instelling om de grootte
van het machine-geheugen in te
stellen voor de printerfunctie.
13
AUTOMATISCHE
TOETSHERHALING
1: AAN
2: UIT
Gebruik deze instelling om al dan niet
de herhaling van het indrukken van
een toets te selecteren. Voor toetsen
die normaliter een instelwaarde
verhogen wanneer deze worden
ingedrukt (bijvoorbeeld het ingedrukt
houden van de [ ] toets ( ) of
[ ] toets ( )) kunt u dit
programma gebruiken om te bepalen
of de instelwaarde wel of niet wordt
gewijzigd wanneer de toets ingedrukt
gehouden wordt.
Programma
nummer
Programmanaam
Instelcodes
(fabrieksinstelling
verschijnt
vetgekleurd)
Uitleg