Operation Manual

52
INSTELLINGEN
7
Druk op ENTER en voer dan de naam van het
toegangspunt in.
De naam van het toegangspunt wordt handmatig
ingevoerd met behulp van het scherm voor het
invoeren van tekens. (Zie blz. 53.)
Naam toegangspunt invoeren.
Toegangspunt:
Volgende
8 Selecteer “Volgende” en druk dan op ENTER.
9 Druk op a/b om uw juiste beveiligingscode te
selecteren en druk dan op ENTER.
Wanneer WPA/WPA2 wordt geselecteerd, zijn de
selecteerbare beveiligingscodes PSK/TKIP en PSK/AES.
Beveiligingssleutel selecteren.
OPENEN
WEP
WPA-PSK(AES)
WPA-PSK(TKIP)
WPA2-PSK(AES)
WPA2-PSK(TKIP)
10 Druk op ENTER en voer dan de
beveiligingscode in.
Voer precies dezelfde beveiligingscode in als op de
draadloze router is ingesteld.
De beveiligingscode wordt handmatig ingevoerd
met behulp van het scherm voor het invoeren van
tekens. (Zie blz. 53.)
Beveiligingssleutel invoeren.
beveil.sleutel:
Volgende
11 Selecteer “Volgende” en druk dan op ENTER.
12 Voor het uitvoeren van een test om de
instellingen te controleren, selecteert u “Test” en
drukt dan op ENTER.
Als de test is mislukt, verschijnt er een foutmelding.
Probeer opnieuw om de instellingen te maken nadat
u gecontroleerd hebt of de verbinding (blz. 20) juist is
uitgevoerd.
Bevestig uw instelling.
Toegangspunt
:
beveil.sleutel:
XXXXXXXXXXXX
XXXXXXXXXXXX
Test
13 Volg de stappen 5–11 van “Wanneer Kabel is
geselecteerd” op blz. 50 om de instellingen voor
de netwerkverbinding te voltooien.
Informatie over MAC-adressen
Een MAC-adres is een uniek ID-nummer voor
netwerkapparatuur. Een MAC-adres is nodig voor
filtering van de MAC-adressen op de draadloze
router/toegangspunt.
Voordat de instellingen voor draadloze
communicatie worden uitgevoerd, raden wij u aan
het MAC-adres van de aangesloten draadloze
LAN-adapter te noteren en dit op een veilige
plaats te bewaren. Het MAC-adres staat op de
adapter. (Het MAC-adres wordt op het “De info
over het Ethernet instellen” scherm weergegeven
wanneer de draadloze communicatie wordt
ingesteld (zie stap 4 van blz. 51).)
MAC-adres