Operation Manual

Camera 53
Close-up opnamen maken
1. Zet in de modus van de digitale camera de macro-
schakelaar in de macro-stand ( ).
2. Druk op of op de omlaag-toets aan de zijkant om de
foto te nemen.
Om de macro-modus te verlaten, zet u de macro-
schakelaar in de normale stand ( ).
De zoomfunctie gebruiken
Druk op c of d om de zoomverhouding te wijzigen.
Opmerking
Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “Klein” ingesteld is,
heeft de zoomfunctie 20 stappen.
Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “Medium” ingesteld
is, heeft de zoomfunctie 10 stappen.
Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “Groot” ingesteld
is, heeft de zoomfunctie 5 stappen.
Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “XXL” of “XL”
ingesteld is, kunt u de zoomfunctie niet gebruiken.
Het afbeeldingsformaat selecteren
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Afbeeldingsformaat” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het gewenste afbeeldingsformaat
te selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze
te bevestigen.
De beeldkwaliteit selecteren
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Beeldkwaliteit” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Normaal” of “Fijn” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Opnieuw een foto nemen
Druk na stap 1 t/m 4 onder “Foto’s nemen” op pagina 52 op
C [Annuleren].
Nu kunt u weer foto’s nemen.
Opmerking
De digitale camera maakt gebruik van een CCD-sensor.
Hoewel deze camera van hoge kwaliteit is, kunnen
sommige foto’s te helder of te donker zijn.
Als de telefoon lange tijd op een hete plaats heeft gelegen
voordat u foto’s ging nemen of registreren, kan de
fotokwaliteit matig zijn.