Operation Manual

N-31
NEDERLANDS
HT-DV40H
HT-DV50H
Basisbediening
Van surroundgeluid genieten (geluidsmodus) (vervolg)
Voorinstelling geluidsmodus
Kies één van de 8 voorinstelbare modi, waarvoor de geluidskwaliteit
reeds op een optimaal niveau is ingesteld.
Kies de gewenste geluidsmodus, door tegelijkertijd op de toetsen
SHIFT en SOUND MODE te drukken.
Laagtonenregeling
1. Druk tegelijkertijd op de SHIFT en SOUND MODE toetsten om
"BASS" te kiezen.
2. Druk binnen 10 seconden op de toets VOLUME (+ of –), om de
laagtonen te regelen.
Hoogtonenregeling
1. Druk tegelijkertijd op de SHIFT en SOUND MODE toetsten om
"TREBLE" te kiezen.
2. Druk binnen 10 seconden op de toets VOLUME (+ of –), om de
hoogtonen te regelen.
Geluidsmodus: Luidspreker met virtuele Dolby (DVS)
De luidspreker met virtuele Dolby (DVS) creëert een virtuele
meerkanaalsomgeving, te vergelijken met 5.1-kanaals surroundgeluid
uit een 2.1-kanaals luidspreker.
Wanneer DVS voor 2-kanaals stereosignalen op "ON" is ingesteld,
produceert Dolby Logic (zie bladzijde 32) virtuele geluidseffecten door
de signalen naar 5.1 kanaals signalen te converteren.
Druk op de DVS-toets.
De indicator voor de luidspreker met virtuele Dolby begint te branden en
het toestel schakelt om naar de DVS WIDE-modus. Druk opnieuw op de
DVS-toets om om te schakelen naar de DVS REFERENCE-modus.
Druk opnieuw op de toets DVS om terug te gaan naar "DVS OFF".
STANDARD
CINEMA
NEWS
SPORT
NIGHT
MUSIC
BASS
TREBLE
Display
Voorinstelling
geluidsmodus
Opmerkingen:
De standaardinstelling voor DVS is "WIDE".
Wanneer de DVS-modus op "WIDE" of "REFERENCE" gezet wordt,
zijn de ingestelde geluidsmodus en Audistry (SOUND SPACE modus,
MONO TO STEREO modus) geannuleerd. (De NATURAL BASS-
modus en INTELLIGENT VOLUME-modus worden niet geannuleerd.)
Monosignalen genereren geen surroundeffecten.
Wanneer het ingangssignaal van het type Dual mono is en DVS op
"WIDE" of "REFERENCE" staat, wordt het geluid eventueel niet
correct weergegeven.
Wanneer het toestel voor de eerste keer ingeschakeld wordt, wordt
DVS automatisch uitgeschakeld, wanneer met de SOUND MODE-
toets de BASS-modus gekozen wordt. Daarna volgt, wanneer
opnieuw de BASS-modus gekozen wordt, de DVS-instelling de
actuele instelling van de gebruiker.
Wanneer de hoofdtelefoon aangesloten wordt, worden de DVS-
instelling en de BASS/TREBLE-instelling, die de gebruiker vooraf had
ingesteld, geannuleerd. De DVS-instelling wordt echter niet hersteld,
ook niet wanneer de hoofdtelefoon weer uitgetrokken wordt.
-5 +5
-5 +5