Operation Manual

33
Beeld
Geavanceerd
Deze TV is uitgerust met diverse geavanceerde
functies voor het optimaliseren van de
beeldkwaliteit.
Ga naar “Menu” > “Instellingen” > “Beeld” >
“Geavanceerd”.
C.M.S.-Kleurschakering
Gebruik deze functie om de kleurschakering van
een geselecteerde kleur met het zes-kleuren
afstelsysteem af te stellen.
C.M.S.-Verzadiging
Gebruik deze functie om de verzadiging van
een geselecteerde kleur met het zes-kleuren
afstelsysteem te versterken of verzwakken.
C.M.S.-Waarde
Gebruik deze functie om de helderheid van
een geselecteerde kleur met het zes-kleuren
afstelsysteem af te stellen.
Kleuromvang
Gebruik deze functie om het bereik van een
kleurensubgroep af te stellen voor weergave van
het beeld. Een grotere kleuromvang betekent meer
kleuren; de beelden zijn helderder.
Instellingen
Standaard
Standaard kleuromvang.
Uitgebreid
Bij een uitgebreide kleuromvang
zijn de kleuren levendiger.
OPMERKING
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer “FILM” of
“Film (3D)” in het “AV functie” menu is geselecteerd.
Kleurtemp.
Stel de kleurtemperatuur in om de gewenste wit-tint
te verkrijgen.
Instellingen
Hoog
Wit met een blauwe tint.
Midden-hoog
Middentint tussen “Hoog” en
“Midden”.
Midden
Natuurlijke tint.
Midden-laag
Middentint tussen “Midden” en
“Laag”.
Laag
Wit met een rode tint.
10-punts
instelling*
Voor het fijninstellen van de
kleurtemperatuur tussen 1 en 10
punten.
R/G/B versterking
(LG), R/G/B
versterking (HG)
Voor het instellen van de
witbalans door de waarden van de
onderdelen te veranderen.
* “10-punts instelling” is alleen beschikbaar wanneer
“STANDAARD”, “FILM”, “Standaard (3D)” of “Film (3D)”
in het “AV functie” menu is geselecteerd.
Scanning backlight 200
De “Scanning backlight 2000” technologie biedt een
superieure oplossing voor de digitale beeldkwaliteit
door de bewegingswaas te verwijderen (“Scan”,
“Hoog”, “Laag”, “Uit”).
OPMERKING
Het effect is sterker bij snel bewegende beelden.
Deze functies hebben geen effect in de volgende
gevallen.
1) Er wordt een PC-signaal ontvangen.
2) Er wordt een OSD beeldschermdisplay weergegeven.
3) Teletekst is geactiveerd.
Als beelden toch wazig zijn, zet u het onderdeel op
“Uit”.
Sub pixel control
Deze functie geeft hoge-definitie beelden met een
hogere resolutie weer.
Gamma-instelling
Hiermee selecteert u het tintverschil van de heldere
en donkere partijen van het beeld overeenkomstig
het type programma dat wordt bekeken, uit een
maximum van e 2 tot een minimum van f 2.
Filmmodus
Deze functie kan automatisch een bron die
gebaseerd is op filmmateriaal (d.w.z. oorspronkelijk
opgenomen met 24 of 25 frames per seconde,
afhankelijk van de verticale frequentie) detecteren,
waarna deze geanalyseerd wordt en elk beeld
zodanig wordt weergegeven dat een beeldkwaliteit
met hoge definitie wordt verkregen (“Geavanceerd
(hoog)”, “Geavanceerd (laag)”, “Standaard”, “Uit”).
OPMERKING
U kunt “Geavanceerd”, “Standaard” en “Uit” selecteren
in de 3D modus.
Actief contrast
Hiermee wordt het contrast van een beeld
automatisch afgesteld overeenkomstig de scène.
Ruisonderdr.
De “Ruisonderdr.” (digitale ruisonderdrukking)
functie zorgt voor een scherper beeld (“AUTO”,
“Hoog”, “Midden”, “Laag”, “Uit”).
OPMERKING
Deze functie is soms niet beschikbaar afhankelijk van
het ingangssignaaltype.
Basisinstelling