User Manual

NEDERLANDS
N-35
Geavanceerde mogelijkheden
-Invoeren van namen voor een minidisc-
Invoeren van namen voor een minidisc (vervolg)
Toevoegen van tekens
Overbrengen van namen naar een andere
minidisc ("stempelen")
Voor het overbrengen
Indien u 2 minidiscs heeft waarop dezelfde fragmenten
zijn opgenomen, kunt u de tekens (discnaam en frag-
mentnamen) van de master-minidisc overbrengen (stem-
pelen) naar de andere minidisc.
1
Activeer de functie voor het invoeren van te-
kens.
(Voer stappen 1 - 2 van bladzijde 33 uit.)
2
Druk op de VOL+ of VOL- toets om de cursor te
verplaatsen naar de rechterkant van het teken
waarnaast u een teken wilt toevoegen.
3
Kies het toe te voegen teken.
(Voer stappen 3 - 4 van bladzijde 33 uit.)
4
Druk op de ENTER/SYNC toets.
5
Druk op de EDIT toets.
6
"TOC" wordt getoond ten teken dat de verande-
ring op de minidisc moet worden vastgelegd.
Druk op de /:OFF toets.
U kunt de minidisc niet verwijderen wanneer "TOC"
wordt getoond. "TOC" zal pas doven nadat de ge-
gevens op de minidisc zijn geschreven.
1. Wat is een master-minidisc?
Een voor opname geschikte minidisc waarop fragmen-
ten en tekens zijn opgenomen. (U kunt gegevens van
een minidisc die uitsluitend voor weergave geschikt is
niet overbrengen.)
2. Wat is de andere minidisc?
Een minidisc waarop dezelfde fragmenten, in dezelfde
volgorde als de master-minidisc zijn opgenomen. (Con-
troleer dat het totaal aantal fragmenten van de master-
minidisc en de andere minidisc hetzelfde is.)