Operation Manual

2-51
KOPIEERMACHINE
Inhoudsopgave
3
Selecteer de inbindkopie
kopieerinstellingen.
(1) Druk op de toets [1-Zijdig] als het origineel
1-zijdig is. Druk op de toets [2-Zijdig] als het
origineel 2-zijdig is.
(2) Selecteer de inbindrand ([Rug Links] of
[Rug Rechts]).
(3) Druk op de toets [Kaftinst.] om een kaft in te
voegen.
Als u geen kaft wilt invoegen, ga dan naar de stap 5.
4
Selecteer de instellingen voor de kaft.
(1) Als u wilt kopiƫren op de kaft, drukt u op de
toets [Ja]. Druk anders op de toets [Nee].
(2) Selecteer de papiereninstellingen voor de
kaft.
(A) De momenteel geselecteerde papierlade voor de kaft
wordt weergegeven.
(B) Het formaat en de papiersoort in de momenteel
geselecteerde lade worden weergegeven.
Als u de papierlade voor de kaft wilt wijzigen, drukt u op
de toets "Papierlade".
Als u op de toets "Papierlade" drukt, verschijnt het scherm
om de lade te kiezen. Selecteer de papierlade voor de
kaft in het ladekeuzescherm en druk op [OK].
(3) Druk op de toets [OK].
Als op de kaft wordt gekopieerd, kunt u geen etikettenvellen, transparanten en tabpapier gebruiken.
Als u kaftinstellingen wilt annuleren...
Druk op [Annuleren].
Spec. Functies
OK
Inbindkopie
1-Zijdig 2-Zijdig
Rug
Links
Rug
Rechts
Origineel
OK
Kaftinst.
Annuleren
(1) (2) (3)
Kaftinstelling
Folderkopie
OK
Annuleren
Handinvoer
Papierlade
A3
Normaal papier
Afdrukken op kaft(2-Zijdig)
Ja Nee
(2) (1) (3)
(A)
(B)
Folderkopie
Kaftinstelling
OK
Papierlade
Doorvoerlade
Normaal papier
Normaal papier
A3
3. B4
Normaal papier
2. A4R
Normaal papier
1. A4
4. A3
Normaal papier