Operation Manual

3-24
PRINTER
Inhoudsopgave
In dit gedeelte worden veel gebruikte functies uitgelegd.
KLEURENMODUS SELECTEREN
2-ZIJDIG AFDRUKKEN (pagina 3-27)
DE AFBEELDING AANPASSEN AAN HET PAPIER
(pagina 3-29)
MEERDERE PAGINA'S OP ÉÉN PAGINA AFDRUKKEN
(pagina 3-30)
AFDRUKKEN NIETEN/PERFOREREN (pagina 3-33)
Deze uitleg veronderstelt dat het papierformaat en ander basisinstellingen al zijn geselecteerd. Voor de basisprocedure
voor het afdrukken en de stappen voor het openen van het instelvenster van de printerdriver, zie het volgende gedeelte:
Windows: BASISPROCEDURE VOOR AFDRUKKEN (pagina 3-4)
Macintosh: BASISPROCEDURE VOOR AFDRUKKEN (pagina 3-17)
KLEURENMODUS SELECTEREN
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de Kleurfunctie selecteert in het instelvenster van de printerdriver. U kunt kiezen uit
drie mogelijkheden voor de Kleurfunctie.
Automatisch: Het apparaat bepaalt automatisch of de pagina kleur of zwart-wit is en drukt de pagina navenant af. Pagina's met
andere kleuren dan zwart en wit worden afgedrukt met Y (Gele), M (Magenta), C (Cyaan) en Bk (Zwarte) toner.
Pagina's met alleen zwart-wit worden afgedrukt met uitsluitend Bk (Zwarte) toner. Dit is handig wanneer u een
document afdrukt met zowel kleuren- als zwart-witpagina's. De afdruksnelheid is echter trager.
Kleur: Alle pagina's worden in kleur afgedrukt. Zowel kleuren als zwart-wit worden afgedrukt met Y (Gele), M (Magenta), C
(Cyaan) en Bk (Zwarte) toner.
Zwart/wit: Alle pagina's worden afgedrukt in zwart-wit. Kleurengegevens, zoals afbeeldingen of materiaal voor een presentatie,
worden uitsluitend met zwarte toner afgedrukt. Deze functie bespaart kleurentoner als er geen kleurenafdrukken nodig
zijn, zoals bij proeflezen of het controleren van de opmaak van een document.
(1) Klik op het tabblad [Kleur].
(2) Selecteer de "Kleurfunctie" die u wilt
gebruiken.
VEEL GEBRUIKTE FUNCTIES
Raadpleeg voor Windows de Help van de printerdriver voor informatie over de printerdriver-instellingen voor elke
afdrukfunctie.
Wanneer de "Kleurfunctie" is ingesteld op [Automatisch]
Zelfs als het afdrukresultaat zwart/wit is, worden de volgende types afdruktaken beschouwd als afdruktaken met vier kleuren
(Y (Gele), M (Magenta), C (Cyaan) en Bk (Zwarte)). Om een afdruktaak altijd als zwart/wit-taak te laten beschouwen,
selecteert u [Zwart/wit].
Als de gegevens als kleurengegevens worden gecreëerd.
Als de toepassing de gegevens als kleurengegevens behandelt, ook al zijn de gegevens zwart/wit.
Als een afbeelding onder een zwart/wit-afbeelding verborgen zit.
Windows
(1)
(2)