Operation Manual

4-6
FAXVOORDAT U HET APPARAAT ALS FAXAPPARAAT GEBRUIKT
Bestemmingsadressen in het adresboek opslaan voor elke scanmodus
Als u de faxfunctie gebruikt, kunt u eerder gebruikte adressen opslaan in het adresboek.
Raadpleeg de volgende paragraaf voor meer informatie over het gebruik van adresboeken en het opslaan van
adressen.
ADRESBOEK (pagina 1-92)
ADRESSEN OPSLAAN VIA DIRECTE INVOER (pagina 1-96)
ADRESSEN OPSLAAN VIA GLOBAAL ADRES ZOEKEN (pagina 1-97)
ADRESSEN OPSLAAN UIT VERZENDLOGBOEKEN VAN FAX OF AFBEELDING (pagina 1-99)
GROEPEN OPSLAAN (pagina 1-100)
5
Sla het faxnummer van de afzender op.
Sla de naam van een afzender op bij [Naam Afzender] en sla het faxnummer op bij [Faxnr.]. Zorg dat u deze gegevens
configureert, deze zijn nodig voor de communicatie.
De naam en het adres van de afzender opslaan:
In de 'Instellingen (beheerder)' selecteert u [Systeeminstellingen] [Instellingen Beeld Verzenden] [Algemene
instellingen] [Eigen nummer en naam] [Registratie zendergegevens].