Operation Manual

1-6
VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKENVOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN
AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID EN
GLASPLAAT
MX-3050N/MX-3060N/MX-3550N/MX-3560N/MX-4050N/MX-4060N/MX-5050N/
MX-6050N
MX-3070N/MX-3570N/MX-4070N/MX-5070N/MX-6070N
(1) Papierinvoerrol
Deze rol draait zodat het origineel automatisch wordt ingevoerd.
(2) Klep van documentinvoergedeelte
Open deze klep om een vastgelopen origineel te
verwijderen.Op de MX-3050N/MX-3060N/MX-3550N/
MX-3560N/MX-4050N/MX-4060N/MX-5050N/MX-6050N kunt u
deze klep ook openen om de aanvoerrol te reinigen.
DE AANVOERROL VAN DE PAPIERINVOER
REINIGEN (alleen voor de MX-3050N/MX-3060N/
MX-3550N/ MX-3560N/MX-4050N/MX-4060N/
MX-5050N/MX-6050N) (pagina 1-150)
(3) Origineelgeleiders
Deze geleiders zorgen ervoor dat het origineel goed
wordt gescand.
Stel de geleiders af op de breedte van het origineel.
(4) Documentinvoerlade
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de afdrukzijde naar boven.
AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID
(pagina 1-78)
(5) Origineeluitvoerlade
Na het scannen wordt het origineel naar deze lade
uitgevoerd.
(6) Detector van formaat van origineel
Deze eenheid detecteert het formaat van een origineel
dat op de glasplaat is geplaatst.
GLASPLAAT (pagina 1-80)
(7) Scangebied
Hier worden originelen gescand die in de automatische
documentinvoereenheid zijn geplaatst.
DE GLASPLAAT EN AUTOMATISCHE
DOCUMENTINVOEREENHEID REINIGEN (pagina
1-139)
(8) Glasplaat
Plaats boeken of andere dikke originelen die niet via de
automatische documentinvoereenheid kunnen worden
gescand op deze glasplaat om ze te scannen.
GLASPLAAT (pagina 1-80)
(4)(2) (5) (6)
(1) (3)
(7) (8)
(4)(2) (5) (6)
(3)
(7) (8)