Operation Manual

4-102
FAX►OVERIGE FUNCTIES
DE AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET
TRANSMISSIERAPPORT WIJZIGEN
(TRANSMISSIERAPPORT)
Er wordt automatisch een rapport afgedrukt om u te waarschuwen wanneer een verzending mislukt of wanneer een
distributieverzending wordt uitgevoerd.
Het transactierapport bevat een beschrijving van de verzending (datum, starttijd, naam van bestemming, vereiste tijd,
aantal pagina's, resultaat, enzovoort).
INFORMATIE IN DE STATUSKOLOM (pagina 4-125)
7
Tik op de toets [Start] om het scannen van het origineel te starten.
Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand.
Er wordt een pieptoon afgegeven om aan te geven dat het scannen is beëindigd; het apparaat gaat stand-by voor verzending.
Als u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, moet u elke pagina afzonderlijk scannen.
Wanneer het scannen is voltooid, plaatst u het volgende origineel en tikt u op de toets [Start]. Herhaal dit totdat alle pagina's
zijn gescand en tik vervolgens op de toets [Lezen Klaar].
Er wordt een pieptoon afgegeven om aan te geven dat het scannen is beëindigd; het apparaat gaat stand-by voor verzending.
U kunt op de toets [Voorbeeld- weergave] tikken om een voorbeeld van de afbeelding te controleren voordat u een fax
verstuurt. Zie 'HET TE VERZENDEN BEELD CONTROLEREN (pagina 4-30)
' voor meer informatie. Instellingen voor
deze functie kunnen echter niet in het voorbeeldscherm worden gewijzigd.
Het origineel wordt gescand naar het geheugen. Het origineel kan niet op een opgegeven tijdstip worden gescand.
Transmissierapporten worden afgedrukt op basis van voorwaarden die zijn ingesteld in de "Instellingen"; u kunt echter wel
tijdelijk andere voorwaarden voor een verzending selecteren.
Bij distributieverzending zijn wijzigingen in de afdrukvoorwaarden van het transmissierapport van toepassing op alle bestemmingen.
De afdrukvoorwaarden voor een transmissierapport instellen:
In de "Instellingen (beheerder)" selecteert u [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld Verzenden] → [Fax Instellingen] →
[Standaard- Instellingen] → [Instelling Afdrukken Transactierapport].
1
Plaats het origineel.
Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat.
AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-82)
GLASPLAAT (pagina 1-84)
2
Voer het faxnummer van de bestemming in.
Een bestemming invoeren met de cijfertoetsen ►pagina 4-13
Een bestemming ophalen uit een adresboek ►pagina 4-14
Een bestemming ophalen met een zoeknummer ►pagina 4-17
Een bestemming ophalen uit een globaal adresboek ►pagina 4-18
Een verzendlogboek gebruiken om opnieuw te verzenden ►pagina 4-20